Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor de Jeug

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor de Jeug

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Beste neven en nichten!

Voordat wij de nieuwe raadsels geven, willen we onze hartelijke dank betuigen aan hen, die in de vacantietijd ons een mooie ansichtkaart zonden. Vooral die van nichten uit Kleverskerke en Rijssen waren bijzonder mooi.

Thans laten we de nieuwe raadsels volgen van

OPGAVE 320

Jongeren:1. Een naam, voorkomend in het Nieuwe Testament, bestaat uit 11 letters. Welke naam wordt bedoeld als het volgende gegeven is; 7 6 10 3 is een onsterfelijk wezen; 11 6 10 3 is een deel van een schip; 5 6 10 3 is een deel van de voet; 4 1 is een maat; 9 1 is ook een maat; 2 9 8 is een bekende plaats in Gelderland.

2. Noem de naam van: a. de raadsman, tevens verrader van David; b. de plaats, waar Jacob een ladder zag; c. iemand, die voor de Heere ijverde; d. een psalmist, die zich als een groot beest voor God leerde kennen; e. een reisgenoot van Silas; f. de koning, die aan Salomo hout leverde; g. de spelonk, waarin David met anderen verbleef; h. de stad, waar Paulus twee jaren in een gehuurde woning vertoefde. Welke naam vormen de beginletters van bovenbedoelde namen?

3. Zoek uit elk der onderstaande zirmen een woord, zo, dat de woorden tezamen een tekstgedeelte geven uit één der Psalmen tussen Psalm 49 en 53. a. De mens bestaat uit ziel en lichaam. b. De Israëlieten brachten vele offeranden, die alle heenwezen naar het Lam Gods, dat zichzelf ten offer heeft gegeven. c. De goedertierenheden Gods mochten ons tot bekering leiden. d. Er zijn vele soorten bloemen en planten. e. Een kind is ons geboren. f. Hij heeft mijn verbond gebroken. g. Als mijn geest in mij overstelpt was.

Ouderen:

1. Maak uit de naam van de hoofdplaats van één der Noordelijke provinciën van ons land en het woord VELD een woord, waarvan het meervoud voorkomt in Ezechiël 16.

2. Zoek uit elk der onderstaande zinnen een woord, zo, dat de woorden tezamen een tekstgedeelte vormen uit één der profetenboeken. a. Waarom zou ik zo laat vertrekken? b. Ben ik mijns broeders hoeder? c. Hij heeft de pers alleen gestreden. d. De Heere heeft man en vrouw geschapen. e. Allen, die van de Heere afvidjken, zullen vergaan. f. Dit is mijn troost in mijne ellende. g. Zijne heerlijkheid zal over u gezien worden. h. De zonde heeft heel wat teweeggebracht. i. Zij gingen door Duitsland en kwamen in verboden gebied. j. Zullen wij de man uit zijn moeilijkheden helpen? k. Hoort de roede en wie ze besteld heeft. 1. De eigendommen zijner ouders zijn hem ten deel gevallen. m. Die dag zal een dag der verbolgenheid zijn.

3. Een tekstgedeelte uit het Oude Testament bestaat uit negen en vijftig letters. Welk tekstgedeelte wordt bedoeld als het volgende bekend is:23 30 19 5 26 was een welgestelde vrouw te Korinthe, wier huisgenoten Paulus op de hoogte hadden gesteld van de toestand in de gemeente. 1 42 10 13 18 47 52 was de zoon van Zadok, die David gewichtige diensten heeft bewezen. 7 21 4 17 was een profeet ten tijde van de koningen Uzzia en Jerobeam. 6 20 24 51 betekent losser of verlosser. 8 14 49 48 22 was een koning, die de Joden verdrukt heeft. 12 3 53 16 is een zure vloeistof. 59 28 34 32 57 58 35 is een roofdier. 2 31 38 25 37 56 is een wereldstad. 27 55 41 45 40 is de opbrengst van kapitaal. 15 50 11 36 40 46 9 43 44 33 is een kleine plaats in het westen van het zuidelijke gedeelte van Noord-Holland. 29 39 54 zijn drie zelfde letters (eerste letter van de naam van Abrahams grootvader).

De oplossingen van de raadsels der opgaven 317 tot en met 320 kunnen toegezonden worden aan Oom Koos, postbus 2019 te Utrecht.

Alvorens tot het verhaal over te gaan willen wij nog een vraag beantwoorden, welke betrekking heeft op Willem Teil. De vraag is of Willem Teil werkelijk geleefd heeft en of de over hem vertelde geschiedenis op waarheid berust.

Antwoord: Wilhelm Teil, de nationale held van Zwitserland, was volgens een Zwitsers kroniekschrijver een landbouwer uit Burgeln in het kanton — wij zouden zeggen in de provincie — Uri. Toen deze in 1307 aan de op een paal geplaatste hoed van de Oostenrijkse landvoogd Geszier te Altoof niet de voorgeschreven hulde bewees, werd hem, die als een zeer goed boogschutter bekend stond, de straf opgelegd, een appel van het hoofd van zijn zoontje te schieten. Nadat hem dit gelukt was vroeg de landvoogd hem, waartoe de tweede pijl diende, die Teil bij zich had. Deze gaf kloekmoedig ten antwoord, dat zij bestemd geweest was voor de landvoogd zelf, in geval hij zijn kind getroffen zou hebben. De landvoogd liet hem, zo luidt het verhaal, in boeien slaan en gaf bevel hem met een boot naar Küsznacht te brengen om hem aldaar in de toren te werpen. Toen Wilhelm Teil met zijn begeleiders zich op één der Zwitserse meren bevond, brak er een storm los. Men ontdeed Teil van zijn boeien en droeg hem op de boot te besturen. Teil deed dit, doch maakte van deze gelegenheid tevens gebruik om aan de voet van de Axenberg aan wal te springen op een rots, die de Tell's Platte werd genoemd. Over het gebergte spoedde hij zich naar Küsznacht, waar hij in een bergpas de landvoogd met een pijl doodde.

Tegen de waarheid van dit tegen het eind der 15e eeuw daterende verhaal zijn zeer ernstige bedenkingen gerezen, daar er in andere historiebeschrijvingen met geen woord van Wilhelm Teil gewag wordt gemaakt. De gedenktekenen en volksliederen, welke op hem betrekking hebben, zijn voorts alle uit veel latere tijd afkomstig. In Uri heeft men ook nooit een familie Teil kunnen opsporen. Bovendien is het schieten naar een appel op het hoofd van een geliefd kind, een sage, welke reeds bij de oud-; Germanen aangetroffen wordt. Ze wordt in een ander kleed ook aangetroffen bij de oude bewoners van Noorwegen, Engeland, IJsland en Denemarken. Zij is in Zwitserland zeer waarschijnlijk aan de kroniekschrijvers der I5e eeuw ontleend om daarmede Zwitserland's bevrijding van het Oostenrijkse juk te versieren. Ook is gebleken, dat in de reeks van landvoogden van Küsznacht geen Geszier voorkomt. Het hele verhaal van Wilhelm Teil wordt door de historieschrijvers tegenwoordig dan ook algemeen als verdichtsel beschouwd. Thans volgt het verhaal over:

DE WALDENZEN

XLIX

Henri Arnaud, een prediker der Waldenzen, was tevens een kundig en onverschrokken legeraanvoerder. Zijn moeder Margaretha Gros was uit een adellijk geslacht, hijzelf had zijn studiën voor het predikambt gedeeltelijk in ons land voltooid.

In het begin van 1688 maakte hij een reis door Holland en verwierf toen van de regerende Oranjetelg de goedkeuring op zijn plan omtrent de Waldenzen en van Nicolaas Glignet, postmeester te Leiden kreeg hij een grote som gelds, meer dan één ton gouds.

Op de te voren bepaalde dag verzamelden de moedigsten der Waldenzen zich te Bex. Zo bedekt mogelijk hadden zij hunne woonplaatsen verlaten, want de regeringen der Zwitserse kantons waren tegen de uitvoering van het plan, daar zij vreesden met Savoye en Frankrijk in ongelegenheid te zullen komen. Hoe voorzichtig ze echter ook gehandeld hadden, de senaat van Zurich en die van Bern alsmede de raad van Geneve hadden achterdocht gekregen en wisten hun maatregelen zo goed te nemen, dat de toeleg geheel mislukte.

Zo bleef dan de Waldenzen niets anders over dan zich te schikken naar de wil der Zwitserse regeringsautoriteiten en voor een deel naar Duitsland te verhuizen. Ruim achthonderd personen scheepten zich in om naar Brandenburg te gaan. De keurvorst, Frederik III, deed alle moeite hen zeer vriendelijk te ontvangen. Een afzonderlijke gedeelte van de stad Stendal werd hun ter woning en de mildste bepalingen maakten hun de ballingschap zo dragelijk mogelijk. Zij mochten niet slechts hun eigen leraars en schoolmeesters aanstellen, maar ook zelfs eigen rechters en overheden en dat geheel naar vrije 'keuze. Op gelijke wdjze namen achthonderd Waldenzen de wijk naar de rijke en vruchtbare streken van de Paltz, hun door de paltzgraaf Füips Willem aangewezen.

OOM KOOS

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 september 1953

De Banier | 8 Pagina's

Voor de Jeug

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 september 1953

De Banier | 8 Pagina's