Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BUITENLANDS OVERZICHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BUITENLANDS OVERZICHT

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Pax optima recuin — de vrede is het begin van alle dingen — verklaarden de oude christenen. Daarbij hadden zij allereerst de vrede met God op het oog.

Daaraan wordt in onze dagen al bitter weinig gedacht. Hoe weinig toch wordt dezelve thans geacht.

Het overgrote deel der mensen maakt zich bezorgd over de vrede onder de volken. Daarvoor hebben zij alle belangstelling. In de waan verkerende, dat, indien deze eenmaal maar tot stand gekomen is, zij het gewonnen hebben.

De vrede met God, daarover bekommeren zij zich in het allerminst niet. En toch is deze het allernoodzakelijkste en het allervoornaamste, wat een mens op deze aarde deelachtig kan worden. Hoe zal het toch blijken, indien men straks voor de rechterstoel van Christus verschijnt — en dit kan o zo onverwacht en ongedacht plaats vinden — dat buiten deze vrede God een verterend vuur en een brandende gloed is, bij Wie niemand kan wonen.

Doch hoe allergewichtigst dit ook moge zijn, nochtans gaat dit geen enkel mens van nature recht ter harte, gelijk wij kunnen waarnemen ook uit de gedragingen van de grote massa der mensen.

En juist dewijl dit allervoornaamste en allernoodzakelijkste zo jammerhjk verwaarloosd wordt en men een vrede buiten God om zoekt, zien wij de vredespogingen van de machtigen der aarde zo jammerlijk mislukken.

Wat al pogingen zijn er toch al aangewend, wat al nota's zijn er al door hen verzonden, en wat conferenties zijn door hen al belegd om de wereldvrede, die nog maar steeds op zich laat wachten, te verwezenlijken. En telkens zien wij, dat al deze bemoeienissen op een bankroet uitlopen.

Dit is ook weer het geval met het Russische antwoord op de nota, waarin de regering van de Sovjet-Unie door de regeringen van de^ drie grote Westerse mogendheden uitgenodigd werd voor een conferentie van de vier ministers van buitenlandse zaken te Lugano op 15 October voor een bespreking van de Duitse en Oostenrijkse kwestie.

Dit antwoord houdt in, dat er niets zal kunnen komen van de conferentie op 15 October te Lucarno. Het bevat wel geen directe en besliste weigering om in conferentie met de Westerse mogendheden tezamen te komen, neen, daarin wordt een slag om de arm gehouden en aangaande het beleggen van een conferentie ja noch neen gezegd, doch zoveel is uit het antwoord wel op te maken, dat de Russische regering er niet in zal bewilligen om een conferentie te hebben, zoals de Westerse mogendheden die begeren.

Dé Russen komen in hun antwoordnota, die dezer dagen aan de Westerse regeringen verzonden werd, weer terug op hun oude voorstellen van een conferentie van veel ruimere strekking, waaraan ook het communistische China, dat dan in de zogenaamde grote vijf de plaats van het nationalistische China zou innemen, zou moeten deelnemen. Indien hel blijkt, dat de Russen er onvoorwaardelijk op staan — en dat zal ook, gezien de ge­ stadige houding, welke zij te dezer zake aannemen, wel zo zijn — dan kan er van besprekingen op een conferentie in onafzienbare tijd geen sprake zijn. De Amerikanen toch blijven even hardnekkig de toelating van het rode China tot de conferentie weigeren, als de Russen standvastig op die toelating staan.

En zelfs indien de Russen uiteindehjk in het houden van een conferentie, waaraan het communistisch China niet deelneemt, zouden toestemmen, dan nog kan het met alle recht in twijfel getrokken worden, of zulk een conferentie enig resultaat zou opleveren.

De scherpe kritiek, welke de Russische regering in haar antwoordnota op het voorstel van de drie Westerse mogendheden uitoefent, wijst er op, dat zij op haar eenmaal ingenomen standpunt vastberaden blijft staan, en dat zodoende zelfs enige toenadering niet te verwachten is.

De laatste verzonden Russische nota blijkt als twee druppels water te gelijken op de nota, welke de Russische regering op 4 Augustus aan de drie Westerse regeringen verzond als antwoord op hun nota's van 15 Juh, waarbij deze ook een te houden conferentie van hen met de Sovjet-Unie voorstelden. In het voorstel van 15 Juli werd uitgesproken, dat het sluiten van vredesverdragen met Duitsland en Oostenrijk een wezenlijke voorwaarde was voor een Europese regeling, doch onder de voorwaarde, zo werd er met nadruk in verklaard, dat eerst een regeling zou moeten worden getroffen voor het houden van vrije verkiezingen in Duitsland en het vormen van een regering voor geheel Duitsland, geheel in overeenstemming met de uitslag van deze verkiezingen.

De Russen daarentegen willen geheel iets anders. Zij willen, dat er eerst een regering voor geheel Duitsland gevormd zal worden, welke bestaan moet uit een vermengde samenvoeging van de Westduitse en de communistische Oostduitse regering. Hetgeen de Russen hiermede voor hebben, dat ligt er wel dik boven op, is om bij voorbaat de Oostduitse regering een sterke stem in het kapittel te geven, waarop deze, gelet op de besUst anti-communistische gezindheid van het Duitse volk, niet het minste recht heeft. Deze uit de Oost-en Westduitse ministeries gevormde regering zou dan — aldus begeren de Russen — zelf de verkiezingen moeten uitschrijven.

Bij dit zo diepgaande geschil — dat onder de gegeven omstandigheden al wel niet voor een beide partijen bevredigende oplossing in aanmerking zal kunnen komen — komt dan nog, dat de Russen verklaard hebben er op te staan, dat er een neutraal, beslist ongewapend Duitsland zal komen, hetgeen rechtstreeks daartegen gericht is, dat Duitsland als bewapende mogendheid in het Europese Defensie Verdrag opgenomen zal worden. Bovendien — zo eisen de Russen — zal er volkomen vrijheid van handelen van de in hun ogen democratische partijen in het mogelijk te sluiten vredesverdrag moeten gewaarborgd worden, waarbij er tegen militairistische organisaties zal moeten worden opgetreden.

Bij dit alles komt nog, dat de Russische msBsmaasmmm regering in deze nota's een krachtig protest uitsprak tegen de verdragen van Bonn en Parijs, welke naar haar oordeel moesten leiden tot een herleving van het Duitse militairisme, terwijl er in de Russische nota daarover verklaard werd, dat de drie Westerse mogendheden te Washington in het dusgenaamde kleine Bermuda, in tegenstelling tot het internationale gebruik, tezamen waren gekomen in een conferentie, waarop zij, zonder dat Rusland er bij vertegenwoordigd was, hadden gesproken over de agenda voor een te houden conferentie.

Ook werd de wapenstilstand op Korea door de Russen ter sprake gebracht, waarvan zij verklaarden, dat daardoor de gelegenheid ontstaan was voor een algemene ontspanning. Zij waren tevens van gevoelen, dat door beperking van bewapening en opheffing van militaire bases op andermans grondgebied de bestaande spanning verminderd zou worden.

Voegt men hierbij nog, dat er ten opzichte van de te houden politieke conferentie over Korea totaal geen schot komt, dan moet een ieder wel tot de overtuiging komen, dat wij er nog heel ver van af zijn, dat de wereldvrede gesloten zal worden.

In Amerika zijn door de Russen weer eens pogingen aangewend om India en andere Aziatische volken tot de conferentie over Korea toe te laten. Deze pogingen zijn, evenals de vorige, ook nu weer in een mislukking geëindigd. Op de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties wilde men er niets van weten. Men scheen daarop zo zeer genoeg te hebben van de bespreking over Korea, dat men daarop de Koreaanse kwestie onderaan op de lijst van de agenda, als het laatste punt, dat in behandeling zal worden genomen, plaatste. Het Britse kabinet, dat weer onder de leiding van Churchill stond en waarbij, na zes maanden. Eden ook aanwezig was, nam echter een besluit, dat een geheel andere richting uitgaat. Het besloot in zijn vergadering, dat de conferentie over Korea bepaalde Aziatische neutrale landen, als India, Pakistan en Indonesië, alsnog zal uitnodigen aan de besprekingen op die conferentie deel te nemen.

Vóór het begin van het vredesoverleg - zo besloot het Engelse ministerie - moeten de communisten de verzekering krijgen, dat de conferentie deze neutrale landen tot bijwoning van haar vergaderingen zal uitnodigen.

Door dit besluit is de verwarring nog al zo veel te groter geworden. Het zal ongetwijfeld met groot genoegen door de Russische regering zijn ontvangen, en in Amerika geen gering misnoegen verwekt hebben.

Met dat al is men tot de vrede geen stap nader gekomen, en zelfs wanneer er een accoord over de vrede gesloten wordt, dan nog zal deze vrede veel meer schijn dan werkelijkheid zijn; wat ook al niet anders kan, dewijl men, wat de oude christenen als het begin van de vrede gesteld hebben, zo verwaarloost.

In het kort nog het navolgende.

In Amerika is in de havens van de Oostkust een grote staking uitgebroken, waarbij benevens het personeel van het loodswezen 60.000 havenarbeiders betrokken zijn, met gevolg, dat alle vervoer in die havens stilgelegd is.

President Eisenhower heeft inmiddels reeds de Taft-Hartleywet (anti-stakingsmsaiss wet) uitgeroepen. Deze wet kan echter door de verschillende bepalingen over de wijze, waarop zij moet worden uitgevoerd, eerst in het begin van de week van 4 October effect sorteren.

Voor het toepassen van de Taft-Hartleywet benoemde president Eisenhower 'n uit drie personen bestaande commissie van onderzoek, welke hem Maandag 5 October te middernacht verslag over de staking zou moeten uitbrengen.

De president kan daarna de federale rechtbank verzoeken de staking voor tachtig dagen op te schorten.

Op Atjeh zijn vrij ernstige onlusten uitgebroken, welke de Indonesische troepen handen vol werk geven om ze te onderdrukken. De reders van Singapore hebben besloten hun schepen niet meer de havens van Atjeh te laten aandoen, uit vrees, dat de Indonesische regering beslag zal leggen op hun schepen voor het vervoer van troepen.

In de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties heeft het opschudding verwekt, dat de Indiase bewakingstroepen bij een opstootje onder de anti-communistische krijgsgevangenen de ene dag 2 personen neergeschoten en 5 verwond hebben, en de andere dag een gelijk getal personen neergeschoten en verwond hebben. Men leefde in die Vergadering in de mening, dat de Indiase bewakingstroepen niet gewapend waren. De commandant van de Indiase troepen heeft op zijn beurt de anti-communistische Chinese en Koreaanse krijgsgevangenen voor die schietpartijen verantwoordelijk gesteld.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 oktober 1953

De Banier | 8 Pagina's

BUITENLANDS OVERZICHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 oktober 1953

De Banier | 8 Pagina's