Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VOOR Gemeentebestuurder

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VOOR Gemeentebestuurder

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is noodzakelijk er steeds op te blijven wijzen dat een behoorlijke toelichting op de voorstellen welke aan de raad worden gedaan noodzakelijk is.

De wijze waarop soms gehandeld wordt, de goede niet te na gesproken, is zeer te laken.

Hoe kan nu een raadslid een begroting lezen als hij de toelichting daarbij niet ontvangt?

Het is bekend dat sommigen de mening hebben dat een memorie van toelichting bij een begroting er is, en ook maar alleen er is, om Gedeputeerde Staten de mogelijkheid te schenken tot beoordeling daarvan.

Maar zo is het toch niet. De toelichting dient om de raad de gelegenheid te geven tot beoordeling. Die toelichting behoort, zoals door de raad gegeven, aan Gedeputeerde Staten te worden overgelegd.

Het kan, in enkele gevallen misschien nog nodig zijn in een brief Gedeputeerde Staten nog nader in te lichten, maar als de begroting behoorlijk is toegelicht zal dat toch tot de hoge uitzonderingen moeten behoren.

Vooral de inrichting van de begroting, zoals die tegenwoordig is, eist de toelichting daarnaast.

Neem nu eens Hoofdstuk 14. Dat is niet te lezen zonder toelichting. Neem de saldi van de kapitaalsuitgaven, op de hoofdstukken geraamd. Hoe zijn die te beoordelen, zonder toelichting?

Neem de nog niet afgeloste geldleningen, op Hoofdstuk 14 van de kapitaaldienst.

Zo kan worden doorgegaan. Het is niet mogelijk alles te vermelden, maar alleen om de aandacht te bepalen.

De begroting geeft toch aan, het beleid voor het volgende jaar. De raad heeft toch het recht om dat beleid te kunnen bepalen, en de indruk is dat de gelegenheid niet daartoe wordt geboden. Hoe kan de raad vertrouwen hebben in het Dagelijks Bestuur der gemeente als dat niet de zaken bloot legt?

Waartoe moet dat Dagelijks Bestuur wat terughouden?

Indien het Dagelijks Bestuur bang is voor critiek, dan zal het beter doen met daartoe geen aanleiding te geven door niet alles bloot te leggen.

Geheimziimigheid leidt tot achterdocht. Gemeentebestuurder weet wel dat in het geven van de toelichting de medewerking van de secretaris niet gemist kan worden, maar, die secretaris is er toch om behulpzaam te zijn?

Het is niet alleen dat de begroting niet behoorlijk wordt toegelicht, maar het komt ook nog voor dat de agenda voor de vergaderingen, niet of zeer sober zijn toegelicht.

Waarom toch? Waarom ziet men toch niet in dat door een goede toelichting de vergaderingen veel vlotter en prettiger verlopen? Het is toch nodig dat de raad niet alleen weet of Burgemeester en Wethouders dit of dat wensen besloten te zien, maar ook hoe de bewoording van het besluit zal zijn. Hoe kan een raadslid anders voorstellen tot wijziging doen?

Is het genoeg dat een raadslid maar alleen voor of tegen zegt? Het kan toch zijn dat een zaak voor een raadslid wel aanvaardbaar is, mits er voorwaarden aan verbonden zijn, of dat het besluit in bepaalde bewoording gesteld wordt.

Wordt wel eens gedacht aan de grote moeite welke het geven kan om een besluit, dat niet eerst woordehjk is voorgelegd, en waarvan door bespreking of stemming de strekking van de wil niet duidelijk is, te redigeren?

Hoeveel verschil van mening kan er niet heersen over een genomen besluit. Is dat besluit te voren ontworpen, dan kan er geen verschil van mening zijn. Dan kan de voorzitter dat besluit aan stemming onderwerpen, en is dat dan aangenomen, dan ligt alles vast.

Het is wel treurig dat nu nog moet worden aangedrongen op een behoorlijke voorbereiding. De hulpmiddelen tot het vermenigvuldigen van stukken zijn toch zoveel.

Maar, het moet er uit, de indruk wordt gewekt dat liever niet wordt medegedeeld wat gewild wordt, dat die raad maar een lichaam is dat getracht moet worden zo weinig mogelijk in te lichten en maar bhnd te laten besluiten.

De raad is, volgens de grondwet, het hoofd der gemeente. De raad heeft de leiding. Het is te begrijpen dat er schuwheid voor een vergadering kan zijn als niet alles wordt opengelegd, maar dat behoort niet. Bij een openlegging van alles kan, ook al is er een groot verschü van richtingen, toch een persoonlijk vertrouwen verkregen worden. Bij het achterhouden van gegevens zal dat vertrouwen er niet kunnen zijn, ook al zijn politieke meningen minder verdeeld.

Gemeentebestuurder

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 november 1953

De Banier | 8 Pagina's

VOOR Gemeentebestuurder

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 november 1953

De Banier | 8 Pagina's