VOOR Gemeentebestuurder

Was de taak van de overheid voorheen meer het handhaven van de orde, en daardoor minder uitgebreid, alhoewel van groot gewicht, tegenwoordig acht men de overheid wel in de eerste plaats geroepen om het geheel te verzorgen.

Daarin kan de overheid wel te ver gaan, maar het is niet zo gemakkelijk om de grens te bepalen. In tijd van voedselschaarste zal de overheid zich met de verdeling van voedsel wel moeten bemoeien, maar dat houdt toch niet in, dat de verdeling van voedsel tot de gewone taak van de overheid behoort. Zo is het wel met meer zaken.

Echter, het lijkt wel of tegenwoordig niets meer tot stand kan komen of de overheid zal moeten helpen of ook wel geheel zelfstandig regelen.

Het is niet de bedoeling om op de gevaren, daaraan verbonden, nu dieper in te gaan, maar meer om te vsdjzen op andere moeilijkheden, welke daaruit kunnen voortkomen.

Als de overheid aan een zaak haar hulp verleent, of wel een zaak zelfstandig daarstelt, dan zal die overheid ook gevraagd worden zich op de één of andevvijze bij het ingebruiknemen te doen vertegenwoordigen.

Daaruit kan een moeilijkheid voortkomen voor onze bestuurders.

Immers, het staat toch wel vast, dat er zaken worden tot stand gebracht, welke wij krachtens ons beginsel niet kunnen steunen.

Ik denk daarbij aan het inrichten van sportvelden, van bioscopen, van toneelzalen, enz.

Was nu de S.G.P. maar in de meerderheid, dan zou de steun niet worden verleend, en was er ook geen mogelijkheid om tot het ingebruiknemen te kunnen komen; maar zo is het niet.

Het kan wel zijn, dat de S.G.P. in de minderheid is, en dat een S.G.P.-er wethouder is geworden.

Moet nu in dergelijke gevallen, waarin iets in gebruik genomen wordt, wat we niet kunnen steunen, een S.G.P. wethouder er toch heengaan en dan nog namens het gemeentebestuur de gelukwensen overbrengen?

Moet hij medegaan als het college er als college heen gaat, ook al moet hij dan geen gelukwensen overbrengen? Naar de mening van gemeentebestuurder moet hij in beide gevallen weigeren dat te doen.

Dat behoeft geen afbreuk te doen aan het samen in één college 2ajn en de daaruit voortvloeiende noodzaak om in meer of mindere mate samen te werken. Als de samenwerking goed is, dan zullen de beginselen geëerbiedigd moeten worden, wat nog wel wat anders is dan er mede instemmen.

Beter is het misschien om te spreken van het eerbiedigen van de personen, ook al kan het beginsel van die persoon niet worden overgenomen. Maar, als er dan enige waardering is voor de persoon, dan zal het ook noodzakelijk zijn, dat niemand gedwongen wordt iets te doen wat hem tegenstaat.

Dan kunnen de andere leden of een ander lid van het college wel gaan. Het is wel duidelijk, dat ook niet verwacht kan worden, dat iemand, die zich tegen het verlenen van hulp, of tegen het zelf daarstellen van een zaak, heeft verzet, toch straks dat alles maar zal kunnen opzij zetten en de gelukwensen overbrengen.

Daarom is het zo nodig om pal te staan voor de beginselen, opdat de anderen weten wat zij aan die persoon hebben. Is hij gewoon de zaken ronduit te zeggen, zoals die hem voorkomen, dan zullen ze zich ook wel wachten hem te zenden, want dan kunnen ze ook niet anders verwachten of hij zal het ook daar doen.

Het is tegenwoordig wel gewoonte geworden, dat een gemeentebestuur overal bij tegenwoordig moet zijn. Nu kan die gewoonte worden overgenomen, maar ook worden tegengestaan.

Het beste is maar er niet aan te begmnen; dat voorkomt veel moeilijkheden. Het is wel mogelijk, dat dan de gedachte gevormd wordt, dat zo iemand niet meer met zijn tijd mee kan, maar het is beter dat die gedachte er is, dan dat moet worden gezien, dat er door toe te geven toch een gedeeltelijke toestemming is.

Het wordt wel moeilijk om in deze tijden van vervlakking uit te komen, te meer waar de steun van anderen wordt ontbeerd, en leden van partijen, waarvan men anders verwachten zou, zich op een ander standpunt stellen. Nog moeilijker wordt het, als, wat ook gebeurt, men met die personen in één kerk, onder één prediking, somswei in én bank als ambtsdrager zit.

Maar al is het moeilijk, de plicht eist te getuigen.

Gemeentebestuurder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen