Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De twee ontvoerde Joodse meisjes

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De twee ontvoerde Joodse meisjes

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Eindelijk is het gelukt het vijf jaar geleden uit Den Haag ontvoerde Joodse meisje Rebecca Meljado op te sporen.

De Nederlandse rijksrecherche heeft dit 13-jarige Joodse oorlogspleegkind, naar wie sinds 5 Mei 1948 is gezocht. Zaterdagochtend 13 Maart j.l. teruggevonden in een Belgisch klooster. Het is voorlopig ondergebracht in een tehuis van de Voogdijraad.

De rijksrechercheurs hadden enkele uren tevoren nog gepoogd ook het sedert verscheidene jaren vermiste Joodse weesmeisje Anneke Beekman te achterhalen ia een Belgisch pensionnaat; maar haar verzorgster had echter op het laatste ogenblik met het kind nog weten te ontkomen.

Is Rebecca Meljado in Nederland behouden en wel teruggekeerd. Anneke Beekman heeft men tot op heden verborgen weten te houden, en dat naar alle waarschijnlijkheid in het één of andere klooster, of mogelijk ook in een andere schuilplaats.

Aan de lotgevallen van deze twee Joodse meisjes, wier beide ouders in de oorlog zijn omgekomen, is een hele historie verbonden.

Verscheidene jaren was er geen spoor van deze vermiste kinderen te vinden. Nadat door de Commissie Oorlogspleegkinderen bepaald was, dat de meisjes ondergebracht dienden te worden in een Joods milieu, bleken zij spoorloos verdwenen te zijn. Zij waren door hun rooms-katholieke verpleegsters weggemoffeld.

Reeds lang was men er van overtuigd, dat zowel Rebecca Meljado als Anneke Beekman in Belgische kloosters moesten verblijven.

Dat de manier, waarop men met deze Joodse meisjes gehandeld heeft, het licht niet kan verdragen, staat wel als een paal boven water vast. Niets meer of minder dan zoiets van kinderroof is hier gepleegd. En dit klaarblijkeHjk om deze Joodse meisjes voor Rome's kerk op te voeden en hen daarbij in te lijven. Het doel heeft hier de middelen geheiligd. De middelen toch kunnen in geen enkel opzicht door de beugel.

De Belgische politie zoekt de r.k. pleegmoeder, die met Anneke Beekman nog op het laatste ogenblik heeft kunnen ontsnappen, wegens het opgeven van een valse naam en het bezitten van valse papieren; de Nederlandse justitie zoekt haar wegens het onttrekken van een minderjarige aan het wettig over haar gestelde gezag, waarop een maximumstraf van negen jaar staat.

Van Joodse zijde heeft men al lange tijd onafgebroken geprobeerd om de meisjes terug te krijgen.

Tijdens een vergadering van de centrale oommissie tot de algemene zaken van het Nederlands Israëlietisch kerkgenootschap zijn daartoe twee ongeveer gelijkluidende telegrammen verzonden; één aan kardinaal van Roey te Mechelen en één aan de aartsbisschop-coadjutor dr B. J. Alfrink te Utrecht. Hierin wordt o.a. verklaard: Bij de opsporing in België van Rebecca Meljado door de burgerlijke overheden is gebleken, dat bij haar verdwijning en die van haar op het laatste ogenblik weer weggevoerde lotgenootje Anneke Beekman onderdelen van uw kerkelijke organisatie medeplichtig zijn. Derhalve doen wij een beroep op Uwe Hoogwaardige Excellentie om onverwijld uw gezag te doen gelden, opdat binnen kortst mogelijke tijd ook een einde kome aan de voortgezette kinderroof van Anneke Beekman.

In een tijdens de vergadering aangeno­ men motie wordt verder nog verklaard, dat met teleurstelling kennis is genomen van het feit, dat het vermoeden bewaarheid is geworden, dat bepaalde roomskatholieke instanties aan het verbergen van de kinderen hebben medegewerkt. Aanvankelijk is het bericht verspreid geworden, dat Kardinaal van Roey de kwestie van de twee Nederlandse Joodse oorlogspleegkinderen, die in kloosters in België verborgen werden gehouden, zou bestuderen.

Doch volgens een later bericht heeft de particuliere secretaris van de kardinaal medegedeeld, dat de kardinaal geen speciale studie van de kwestie maakt. Volgens de secretaris ressorteert de zaak der kinderen niet onder de bevoegdheid van de kardinaal, doch is het een zaak voor de minister van justitie. Maar de kardinaal stelt wel belang in de zaak, zoals hij zich ook voor veel andere kwesties interesseert — aldus de secretaris.

Het blijkt, zo kunnen wij er aan toe voegen, dat de kardinaal er meer belang in stelt, dat Anneke Beekman rooms blijft, dan dat hij zijn medewerking er aan verleent en zijn gezag doet gelden, dat aan de schandelijke kinderroof een einde gemaakt wordt.

Ten aanzien toch van het telegram van het Nederlands-Israëhetisch Kerkgenootschap, waarin een beroep gedaan wordt op kardinaal van Roey om zijn gezag te doen gelden teneinde Anneke Beekman opgespoord te krijgen, merkte de secretaris van de kardinaal op: „Er zijn zo veel mensen en zo veel organisaties, die telegrammen aan de kardinaal zenden".

Uit de verklaring van de particuliere secretaris is vast te stellen, dat de kardinaal zich er niet om bekommert, dat kloosters in België positieve medewerking hebben verleend aan strafbare feiten.

Als er een zieltje voor haar te winnen is, dan steekt het Rome niet zo nauw op welke wijze dat geschiedt, dan heeft zij maling aan ^de burgerlijke wetten; dat blijkt keer op keer uit haar gedragswijze, zoals de Vader des Vaderlands, Prins Willem van Oranje, reeds opgemerkt heeft, dat zij de eed aan de paus stelt boven die aan de burgerlijke overheid.

Men had toch billijkerwijs mogen verwachten, dat de Belgische kardinaal en de aartsbisschop-coadjutor hun afkeuring hadden uitgesproken over het feit, dat de pleegmoeders van de Joodse kinderen de hulp van rooms-katholieke kerkelijke instelhngen hebben gehad om deze kinderen onderdak te geven en te verschuilen. Deze kerkelijke instellingen hebben daadwerkelijk en kennelijk medegeholpen om de kinderen aan het bij rechterlijke uitspraak over hen gestelde burgerlijke gezag te onttrekken.

Rome's kerk heeft niet alleen elk woord van afkeuring over de kerkelijke instellingen (kloosters) die zich aan strafbare feiten hebben schuldig gemaakt, achterwege gelaten, maar door het zvirijgen daarover daaraan haar sanctie verleend, en zodoende getoond, dat zij zich niet op het standpunt stelt, dat aan de burgerlijke overheid gehoorzaamheid moet worden betoond.

Moge deze gebeurtenis — in feite is hier strafbare kinderroof gepleegd — zo vele lauwe Protestanten eens terdege wakker schudden voor het gevaar, dat hen van Rome bedreigt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 maart 1954

De Banier | 8 Pagina's

De twee ontvoerde Joodse meisjes

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 maart 1954

De Banier | 8 Pagina's