Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gevangenen worden largemaakt

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gevangenen worden largemaakt

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Heere maakt de gevangenen los. Psalm 146 : 7c

VII

Het zal tot in alle eeuwigheid in uw oren klinken: Deze Mijn vijanden, die niet gewild hebben dat Ik koning over hen zijn zal, brengt ze hier, en slaat ze voor Mijn voeten dood. Onze Dordtse vaderen hebben zo duidelijk gezegd en geschreven, dat het vrije genade zal zijn als we zalig worden, maar ook eigen schuld wanneer vsdj verloren gaan. Het zal niet baten zo vrij in het oordeel zouden zeggen: Ik was niet uitverkoren, of, ik kon mijzelf niet bekeren. Hier kunnen wij er achter weg schuilen, maar die vijgeialaderen zullen van ons afgescheurd worden. O, dat het toch eens recht beseft mocht worden, eer het voor eeuwig te laat zal zijn.

Wanneer het God behaagt door Zijn Geest een mens te overtuigen, dan vallen alle wapens tegen God uit onze handen. Dan gaan wij niet langer de schuld op God steken, maar dan worden wij de man voor God. Dan gaan vsdj het met ons ganse hart bekennen, dat onze plaats is in de eeuwige rampzaligheid. Neen, die door Gods Geest aangeslagen zielen gaan God niet van onrecht beschuldigen, zij gaan niet zeggen: de Heere moet me bekeren; maar zij erkennen dat het eigen schuld is dat zij onbekeerd zijn, en zij smeken of God hen uit genade bekeren wü.

Of zij dan niet uitverkoren moeten zijn om zalig te worden? Gewisselijk ja, en nogeens: a. Was er geen uitverkiezing, dan was er geen zaligheid. Maar wij hebben wel te bedenken wat wij lezen in Deut. 29 : 29: e verborgen dingen zijn voor de Heere onze God, maar de geopenbaarde voor ons en onze kinderen. En wat God ons geopenbaard heeft in Zijn onfeilbaar Woord, dat is, dat Hij geen lust heeft in de dood des goddelozen, maar daarin dat de goddeloze zich bekeert en leve.

Heeft de mens dan nog krachten en vermogen om zichzelf te bekeren, is het dan onze vrije wil, dat wij uit de gevangenis komen. Och neen, het wordt u genoeg verkondigd dat de mens dood ligt in zonden en misdaden. Dat wij geen vrije wil meer hebben, dat onze wil geheel verkeerd is, maar dan ook zo verkeerd, dat wij tot Christus niet willen komen om het leven in Hem te vinden. De arme verblinde en verdwaasde mens heeft geen lust aan de kennis van Gods wegen.

Kinderen, jongelingen en jongedochters, acht het groot dat ge nog verkeren moogt onder de middelen der genade. Laat uw plaats nooit ledig staan maar komt getrouw onder de waarheid. Verzuimt de catechisaties niet. Verzet u niet tegen de vermaningen van uw ouders, van uw ouderlingen, van uw leraar, die het waarachtige heil van uw zielen zoeken. De wereld lacht u tegen van alle kanten, en opent zijn armen om u te grijpen, maar 't is alles bedrog. Hoe jong ge ook zijt, gij zit in de gevangenis maar satan, wereld en zonde willen u steeds vaster binden, om straks in het eind aan handen en voeten gebonden, geworpen te worden in de plaats der pijniging die de duivel en zijn engelen bereid is.

God opene in de dagen uwer jeugd uw blinde ogen, om uw diep rampzalige toestand recht te leren kennen, te betreuren en te bewenen, maar ook uit de diepte uwer ellende tot God te roepen. Helaas in onze dagen zien wij zo weinig van dat krachtdadige, onweder standelijke werk des Geestes. Toch, God leeft nog en Hij is nog Dezelfde als van weleer, Die maar spreekt en het is er, gebiedt en het staat er. Zijn vermogen is onbeperkt, en er is niets te wonderlijk voor Hem.

Dat er nog velen gevangen mochten worden, die door God Zelf in de banden werden gebracht. Ook onder de ouderen van jaren, ja zelfs onder degenen die nu reeds grijze haren dragen. Brengt God ons in de banden, dan is het niet om ons in de wanhoop te doen wegzinken, maar om op Zijn tijd ons uit de banden te verlossen.

Christus heeft aan het kruis getriumfeerd over alle machten en krachten der hel en in Zijn gezegende opstanding uit de doden, is het openbaar geworden dat de dood Hem niet houden kon. Hij heeft op Zijn kleed en dij geschreven. Koning der koningen en Heere der heren, en Hij heerst ongestoord. Hij is aller dingen machtig. Het geloof beaamt het: Want Uw is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid. Alles moet voor Hem zwichten, en het is Zijn werk om te verlossen van het hoogste kwaad en te brengen tot het hoogste goed. Sions eeuwige Koning haast Zich wanneer dat tijdstip van Gods welbehagen is aangebroken, om die gevangenen vrijheid te schenken. Sommigen zijn, gelijk wij in de waarheid lezen, wel achttien jaar gebonden en Hij komt om hen op de dag des Sabbats los te maken. Anderen zitten nog veel langer in de gevangenis, en zij zingen wel eens: Zou God Zijn geni vergeten. Nooit meer van ontferming weten? Ja, er zijn er in het midden van Gods kerk bij wie die klanken weggestorven zijn en die niet meer weten, hoe en of het nog wel ooit gebeuren zal; dat zij zullen worden losgemaakt. Hun ziel druipt soms weg van treurigheid en klagen. Maar soms is het ook of alles, alles weg is. Zijn er zuiken in ons midden, och dat de Heere hun hoop verlevendige en hun harten opwekke onder de waarheid. O, bedrukte zielen. God bracht u in de banden, en Hij zal u er ook uit verlossen, al gaat het door zulke donkere en onmogelijke wegen. God zal nooit laten varen het werk Zijner handen. De drie jongelingen kwamen in het vuur gebonden, maar zodra zij in de oven kwamen, zag Nebukadnezar vier mannen los wandelende in het midden des vuurs. Dus we moeten in het vuur van Gods recht, zullen de banden afvallen, en dan Christus er bij. In Hem zijn wij meer dan overwinnaars.

God verheerlijke Zich in Zijn gerechtigheid in en door Christus Jezus, dan zullen onze banden wegvallen en er niets meer van overbhjven. O, dat Gods Geest moge twisten, en uw zielen tot oplossing brengen: Dat het uw gedurig gebed zij: Voer mij uit mijn gevangenis, Tot roem Uws Naams, die heerlijk isl Dat mij 't rechtvaardig volk omring' En vrolijk van Uw weidaan zing'.

En volk des Heeren, dat door genade daar kennis van gekregen hebt, en nu gebonden is door de banden van Gods eeuwige liefde, gebruikt de vrijheid niet tot een oorzaak voor het vlees. Dat de zonde gedood mocht worden meer en meer, om Code te mogen leven. Welgelukzalig is de mens die geduriglijk vreest.

Dat Gods Naam om onzentwil niet gelasterd moge worden, maar veeleer verheerUjkt en geprezen. O, 't is zulk een weldaad, om in de dadelijke vereniging en gemeenschap met Christus, in vreze te mogen wandelen de tijd onzer inwoning hier op aarde. Christus' dood was uw leven, maar dat nu ook Zijn leven uw dood moge zijn. Dat ge door Zijn kracht mocht doden, de leden die op de aarde zijn, en dat de Heüige Geest u leiden moge in een effen land. Dat uw wandel zij in de vreze Gods, in ootmoed, laag bij de grond en toch veel boven het stof. Ons hart is zo arglistig, en wij zijn zo spoedig overrompeld en gevangen, en de gevolgen blijven niet uit; tot oneer Gods, tot sterking van de vijand, maar ook tot schade van onze ziel.

En eindelijk, losgemaakt volk, het zal hier wel blijven: van de ene gevangenis in de andere. Over het algemeen zijn het zulke korte ogenblikken dat wij in de vrijheid staan en wandelen. De vijand ligt steeds op de loer om ons te grijpen, maar laat het uw zielen troosten in dit Mesech der ellende, in dit vreemdelingsoord, dat de tijd zal aanbreken dat God u zal verlossen. Straks zal de gevangenis voor eeuwig gesloten worden, en de poorten des hemels geopend om allen die hier gevangen waren, te doen ingaan in de vreugde huns' Heeren. Dan vallen de banden voor eeuwig af, en dan zullen wij vreugd op vreugd hebben en ons eeuwig in God verblijden. De Heere zegene en heilige Zijn Woord door Zijn Geest óm Christus' wil. Amen.

Grand-Rapids Ds. W. C. LAMAIN

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 november 1954

De Banier | 8 Pagina's

Gevangenen worden largemaakt

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 november 1954

De Banier | 8 Pagina's