BRIEF uit Zeeland

cccxv.

Het stemt tot blijdschap dat er personen zijn die voorlichting wensen en dan ook wel bronnen v/illen hebben.

Toch is niet steeds aan de mening te ontkomen alsof gedacht wordt dat met het eens doorlezen van één of ander boek alles dan duidelijk zal zijn, zelfs zo duidelijk dat één en ander kan worden voorgelicht.

Enerzijds moet niet worden aangedrongen dat voor elke inleiding, bijvoorbeeld in eigen kring in de kiesvereniging, of studievereniging te houden, als het ware lles moet bezien zijn alvorens daaraan an worden begonnen, maar anderzijds ient er toch wel mede te worden geekend dat het niet mogelijk is om door e lezing van een bepaald werk de geele materie zodanig te beheersen dat aarmede gerust ook in het openbaar an worden opgetreden.

et is nodig dat in de kiesverenigingen nleidingen worden gehouden. Ook al ijn dat dan eenvoudige inleidingen, aarvan niet verwacht kan en mag woren, dat die het onderwerp uitputtend n geheel behandelen. Het is nodig dat ook de eenvoudige man dat doet. Immers, hij zal er zelf het meest door leren, en daardoor te sterker in de beginselen staan. Te sterker ook tegen hen die buiten ons staan. Er mag echter niet verwacht worden dat elke inleiding alles weergeeft. In besloten kring gaat het er om elkander tot voorhchting te zijn, dus ook door de bespreking elkander in de beginselen te versterken. Laat daarom zich niemand terugtrekken ook al weet hij voor zich, dat er in de vereniging zijn welke meer onderlegging hebben, maar gestudeerd hebben, meer algemene ontwikkeling bezitten enz.

Och, het eenvoudig woord kan zeker even vruchtbaar zijn voor versterking in de beginselen dan het op wetenschappelijke grondslag weergegevene.

Het is dus geenszins de bedoeling om maar te stellen dat voor iedere inleiding de eis moet worden gesteld dat die wetenschappelijk is opgesteld. Och, er zijn van die eenvoudige mensen die de beginselen toch zo zuiver aanvoelen omdat die in hen leven. En die kunnen gerust worden toevertrouwd een inleiding te houden. Zeker in besloten kring. Voor het houden van inleidingen in het openbaar is wel wat meer nodig. Dan gaat het ook wel om voorlichting, maar niet om door onderlinge bespreking elkander te leren, dus zowel inleider als aanhoorder.

In het openbaar dient er mede te worden gerekend dat dan voor buitenstaanders wordt gesproken, ja zelfs in vele gevallen voor hen die onze beginselen trachten te bestrijden en in een verkeerd daglicht te stellen.

Daarvoor zal dus meer studie nodig zijn, meer ervaring, maar ook een kennen van de beginselen. Het zal dan ook nuttig zijn dat die beginselen worden beleefd.

Immers, over hetgeen men kent kan het best worden gesproken.

Uw briefschrijver meent dat het wel nodig is daarop de aandacht te vestigen, ook al geldt dat niet alleen voor de Zeeuwen.

Het blijkt toch soms dat er personen zijn die menen met een cursus te volgen om in het openbaar te spreken, al een heel eind gevorderd te zijn, ja eigenlijk alles te hebben wat nodig is, om als spreker voor de S.G.P. te kunnen optreden. Ook zijn er die menen dat als ze nu maar een bron hebben zij het wel kunnen.

In de eerste plaats is het niet zo, dat ei nu maar naar één bron kan worden verwezen, en in de tweede plaats is men door zo'n bron door te nemen er niet. Toch is er al veel meer materieel dan voor 30 jaren terug. Hoeveel is er in deloop der tijden al niet verschenen. Wij hebben nu reeds een deel van ons Beginselprogram behandeld gezien, deels al in boekvorm verschenen en verder in „De Banier" afgedrukt. Dan de redevoeringen op de Partijdagen, in de Tweede Kamer gehouden. Hoeveel onderwerpen zijn daarin al niet behandeld? Als we daarop zien dan wordt het wel gemakkelijker om inleidingen te houden. Maar, ook dan zal een inleider zich enige inspanning moeten getroosten.

Er zijn nu eenmaal niet veel mensen die kunnen weergeven wat zij eenmaal hebben gelezen. Dus lezen en herlezen zal nodig zijn.

Het doet echter wel wat vreemd aan dat om bronnen wordt gevraagd en dat de gelegenheid om die verkrijgen niet zodanig wordt gebruikt dat er zeker reden is om maar meer te geven.

Toch zal het nodig zijn en bhjven dat wij ons verdiepen in onze beginselen. Dat alleen zal ons tonen de juistheid en de gegrondheid daarvan. Dat zal ons sterken in de strijd die steeds gevoerd moet worden, en pal doen staan tegen degenen die willen afwijken.

Uw Zeeuwse Briefschrijver

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen