Nadere beschouwingen over de uitslag der kamerverkiezingen t.a.v. de S.G.P.

De uitslag is voor de S.G.P. bevredigend, zelfs zeer bevredigend. Onderscheidene personen van andere partijen, welke ik sprak, zeiden mij in mondeling gesprek: De S.G.P. heeft zich uitstekend gehouden!

En dit is ook stellig het geval als wij er acht op geven welke "verliezen de A.R.P. en de C.H.U. bij deze verkiezingen geleden hetoben. Degenen, die de S.G.P. gram zijn, hebben dan ook geen reden tot juichen. De S.G.P. is gelukkig bewaard voor zulk een, grote nederlaag als zij in 1937 leed, toen zij in stemmenaantal niet minder dan omstreeks 13.000 stemmen ten opzidhte van de verkiezing van 1933 achteruit ging. Dat was waarlijk een debacle. Velen vonden daarin een aanleiding om de totale ondergang van de S.G.P. te voorspellen. Men had de glunder lachende gezichten van de A.R.P.-Kamerleden, die toen 17 in aantal waren, eens moeten zien, toen Ds. Kersten en Ds. Zandt in de eerste vergadering van de Tweede Kamer binnen kwamen, waarop duidelijk te lezen stond, ihoc ingenomen zij waren met de uitslag van de toen gehouden Kamerverkiezing. Zij waren maar eens eventjes met zijn zeventienen in de Kamer teruggekeerd, en Ds. Zandt had toen, wat nog nimmer eerder was voorgekomen, de volle kiesdeler niet kunnen halen en was met een restzetel tot Kamerlid verkozen.

Daar bestond in 1937 een reden voor, dat de A.R.P. zo uitermate tevreden kon zijn met de uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen. Het kabinet Colijn was tevoren tot devaluatie van de gulden overgegaan. Daardoor was er een zekere bloei in het maatschappelijke leven ontstaan. Men schreef deze toe aan Dr. Colijn. Deze werd toen bij zeer velen de ge­ wilde man. Vele Joden kwamen er openlijk voor uit, dat zij hun stem op Dr. Colijn in 1937 zouden uitbrengen. Vele liberalen brachten hun stem ook al op hem uit. Zelfs rooms-katholieken deden zulks. Vandaar ook al dat exorbitante hoge aantal van 17 A.R. Kamerleden. SteUig hebben ook toen tal van niet beginselvaste kiezers, die tevoren hun stem op de S.G.P. hadden uitgebracht, de S.G.P.candidaten niet gestemd, met gevolg, dat Ds. Zandt toen op het randje af in de Kamer terugkeerde, en dat de derde zetel, die van Ir. van Dis, voor de S.G.P. verloren ging.

Ja, de S.G.P. is ditmaal er voor bewaard gebleven, dat zij niet weder zulk een debacle beleefde als in 1937. Daar bestaat dan ook alle reden voor om de Heere voor de uitslag ootmoedig dank te betuigen.

Er bestond ook thans reden voor om voor de S.G.P. een minder gunstige uitslag te verwaöhten. De tijdgeest is tegen haar. De zucht naar brood en spelen heeft tallozen onder ons volk bevangen. Aardse welvaart staat geheel bij hen op de voorgrond, de eeuwige belangen komen bij hen niet meer in aanmerking. Ons volk vermaterialiseert in ontstellende mate. De rooms-rode kabinetten hebben dit met hun wetgeving in sterke mate bevorderd. Daarbij heeft de Partij van de Arbeid het wel voorgesteld in haar verkiezingslectuur en ook anderszins, alsof zij de eigenlijke drijfveer is geweest, dat het roomsrode kabinet in vooruitstrevende, zoals zij dat noemt, in progressieve richting is gestuwd. Zij heeft zich als de partij van de vooruitgang, van de progressiviteit, bij ons volk aangediend. Daarbij heeft de hoogconjunctuur haar gediend. Zij was het, zo werd door haar voormannen ge­ zegd en geschreven, die het volk allerlei belangrijke voordelen had gebracht. En ook in haar verkiezingslectuur werd belofte op belofte voor een goede toekomst afgelegd, indien men zijn stem op haar candidaten uitbracht. De woningnood zou krachtig verholpen worden. Ja, ik weet niet wat er al voor goeds zou geschieden, indien de stembusstrijd ten gunste van de Partij van de Arbeid zou verlopen. BegrijpeHjk werd ook danig met het staatspensioen, dat als het werk van de socialistische minister Suurhoff werd voorgesteld, geschermd. Verzwegen werd daarbij, welke zware lasten daardoor op tal van personen en gezinnen in 1957 zullen gelegd worden, en al wat met redht en reden tegen de algemene ouderdoms"> vet kan worden aangevoerd. In één woord, door de grote bekoring, welke er voor menig mens van uitgaat, wanneer hem aardse voordelen en genietingen geboden worden, zoals de Partij van de Arbeid dat in rijke mate doet en gedaan heeft is er van deze partij een grote zuigkracht uitgegaan. Menige kiezer heeft door de invloed, welke er van dit materialisme uitgaat, zijn stem uitgebracht op de candidaten van de Partij van de Arbeid. Dit heeft de Anti-Revolutionnaire Partij wel in zeer bijzondere mate, en ook de Christelijk-Historische Unie, zij het in heel wat mindere mate, ondervonden, en ook aan de S.G.P. is dit niet geheel voorbij gegaan. Er is alle reden om aan te nemen, dat de principiële houding, welke haar Kamerleden ten aanzien van de Algemene Ouderdomswet hebben aangenomen, de S.G.P., wat haar stemmenaantal betreft, geen goed gedaan heeft. Het werd toch zo mooi voorgesteld door de mannen en vrouwen van de Partij van de Arbeid, dat elk, die de 65-jarige leeftijd bereikt had, in 1957 een staatspensioen zou krijgen. Ze

Dit heeft menigeen als muziek in de oren geklonken. Daardoor is menigeen, die niet beginselvast is, geheel van de wijs gebracht. Pensioen, en dat op de oude dag, dat was een lokaas, dat stellig invloed op niet weinigen heeft uitgeoefend en waardoor menigeen in het zo handig gespannen net van de Partij van de Arbeid is verstrikt geraakt; zo handig gespannen, doordat deze wet eerst in 1957 in uitvoering komt. Het is toch wel zeker, dat menigeen, als hij in dat jaar de belastingaanslag, die niet mis zal zijn, dewijl er dan bij de reeds zo hoge lasten en belastingen nog heel wat meer naar het ontvangkantoor der belastingen gebracht zal moeten worden, onder het oog zal krijgen, het aangezicht als een pot zal betrekken.

Nochtans is, zoals reeds in het begin van dit artikel is opgemerkt, de uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen voor de S.G.P. bevredigend geweest. Zij heeft bij zo verschillende ongunstige factoren haar nog 'n vooruitgang van 378 stemmen gebracht. En als wij hierbij rekening houden met de verkiezingen van twee jaar terug, met die van de Provinciale Staten, dan bedraagt die vooruitgang in stemmenaantal nog ettelijke duizenden stemmen. In 1954 bedroeg het stemmenaantal van de S.G.P. toch 116.243. Telt men nu de 1243 stemmen, welke de S.G.P. in de provincies Groningen, Drenthe en Limburg nu bij de Tweede Kamerverkiezing verkreeg, er af, dan bedraagt de vooruitgang in het stemmenaantal voor de S.G.P. in twee jaren nog, om precies te zijn, 12.026, al is het waar, dat men hierbij niet buiten beschouwing mag laten, dat de uitslagen van de verkiezingen voor de Tweede Kamer meestal gunstiger zijn dan die voor de Provinciale Staten; maar toch ook niet altijd, zoals dat het geval in de provincie Zuid-Holland is, waar het stemmenaantal van de S.G.P. in 1954 bij de verkiezing voor de Provincial Staten 54.727 bedroeg en bij de verkiezingen van thans 54.052 bedraagt. Ten aanzien van het thans behaalde stemmenaantal van de S.G.P. moet rni in aanmerking genomen worden, dat i ze ongunstig beïnvloed is doordat de V. tionale Unie en de Nationale Oppont, Unie thans met eigen candidaten zjuitgekomen, die, hoewel zij geen v-beide een Kamerzetel verwierven, t»; nog de eerstgenoemde 28.954 en laatstgenoemde 19.543 stemmen on \ lijsten zagen uitgebracht. Onder dei nen nu, die thans op één van deze k\ lijsten gestemd hebben, zijn schrij\enj dit artikel wel personen bekend, die vioe. ger, niet om principiële redenen, maat il één om die, en de andere om gene ie. den, hun stem uitbrachten op de cani datenlijst van de S.G.P.

Wat de uitslagen in de verschillende meenten, kieskringen en provinciën betreft, daarover zullen wij thans niet brede beschouwing treden; wij hopen bij leven en welzijn te doen als wij volgende nummers van „De Banier" n ouder gewoonte dit zullen doen.

Alleen wensen wij thans op te merken dat er gemeenten, kieskringen en prori ciën zijn, welke ons door de uitslag ver. blijd, alsook die ons wel enigermate teleurgesteld hebben.

Doch zoals reeds in het begin van dit artikel is opgemerkt, er is alleszins om Gode ootmoedig dank te betuigen voor de verkiezingsuitslag voor de S.G.F. Zij is voor een grote nederlaag als ia 1937 gespaard gebleven, en heeft niet zulke verliezen geleden als de Anti-Revolutionnaire Partij, die van haar 12 Ki merzetels er 2 verloor, en ook niet a de Christelijk-Historische Unie. die van haar 9 Kamerzetels er één verloor; al haar percentage, dat in 1952 2, 4 \ droeg, bij deze verkiezing teruggelopen op 2, 26, hetgeen nog altijd een vooruitgang is in vergelijking met die van 1951 toen het 2, 18 was.

De uitslag van deze verkiezing is voor df S.G.P. dan ook alleszins bemoedigend Onder voor haar ongunstige omstandigheden verkreeg zij nog het belangrijke aantal van 129, 512 stemmen, 'hetgeen ons zegt, dat zij een groot aantal beginselvaste aanhangers in ons land heeft Altijd hebben wij gezegd en geschreven. dat de S.G.P. thans op een zware strijd had te rekenen, en ook nimmer hebben wij er voet aan gegeven, of gesproken oi geschreven, dat de S.G.P. bij deze verkiezing wel drie personen in de Kamei zou kunnen afvaardigen. Daarop heiben wij nooit enige moed gehad; al hebben wij er wel hoop op gehad, dat bij de mt breiding van het aantal Kamerleden tot 150 de S.G.P. een derde afgevaardigde zou bekomen.

Haar twee afgevaardigden, 'Ds. Zandt en Ir. van Dis, keren D.V. straks in de Kamer terug en algemeen wordt verwaclil, dat burgemeester Kodde, nadat eerst de grondwetswijziging in het Parlement is aangenomen, in September van dit jaai als de derde afgevaardigde van de S.G.P. zijn intrede zal doen. in de Tweede Kamer; zó groot was het aantal stemmeOf' dat dit mogelijk is.

Dit is wel heel zeker, dat hun positie in de Tweede Kamer verre van gemakkelijk zal zijn. Zij zullen bij leven en welzijn tal van wetsontwerpen ter behandeling voorgelegd krijgen, die ook vrijwel alle vai groot belang voor ons land zijn en wefe heel veel studie van hen zullen vorderen. Ook al is het aantal Kamerleden van de S.G.P. dan in de toekomst met één vermeerderd, hetgeen ongetwijfeld een verlichting ten aanzien van de vele en veelomvattende werkzaamheden van oe S.G.P.-Kamerleden betekent, nochtaai zullen zij handen vol werk hebben en zich menigwerf voor grote, moeilijk op te lossen problemen gesteld zien.

Wij bevelen hen dan ook bij de S-G.ï-' ers aan ten aanzien van de voorlichÜDj-Gaarne zullen zij voorgelicht worden. Wij bevelen hen bovenal aan in de g^ beden van hen, die de Geest der gen^* , „ gebeden ontvangen hebben, opdat de ggre hun wijsheid moge verlenen, geï .„ijwheid en moed, en kracht en gezond-Z^ opdat zij, waar zij van zichzelf onjebvaam tot enig goed, geneigd tot alle kwaad, en tot hinken en zinken ieder ogenblik gereed zijn, zich naar Zijn Woord en wet mogen gedragen en Zijn eer mogen zoeken, tot welzijn van ons zo diep gezonken land en volk.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen