Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De ministeriële krisis beëindigd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De ministeriële krisis beëindigd

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

De beëindiging van deze krisis heeft een verrassend verloop gehad. Het oude rompkabinet heeft een hoofd gekregen. De informateur Prof. Dr. L. J. M. Beel is als formateur aangewezen en is als minister-president benoemd van een kabinet met een beperkte opdracht. De Koningin heeft hem verzocht zich te belasten met de vorming van een kabinet, dat zich tot taak stelt de bevordering van d« onfibinding van de Tweede Kamer, alsmede de behartiging, tot het tijdstip, waarop de vervroegde verkiezingen zullen hebben plaats gevonden, van al ihetgeen het in het belang van het Koninlkrijk noodzakelijk aoht. Professor Be«l heeft deze opdracht aanvaard.

Daarop zijn de negen niet-90cialiiftische ministers in liet departement van Bdnnenkuidse Zaken bijeen gekomen, waarin wat later ook Prof. Beel verschenen is. In deze samenkomst is een interim-kabinet van de negen ministers, met Prof. Beel als minister-president aan liet hoofd, beklonken.

In het rooms-katholieke dagblad „De Volik.skrünt" van maandag 22 december werd de ingenomenheid met deM gang van zaken uitgesproken. Dit blad meende te kunnen vaststellen, dat het opgetreden kabinet onder de leiding van Pixjf. Beel geen rechts kabinet mag worden genoemd — stellig niet in de betekenis van konservatief, zo schrijft het blad — dat een voorloper zou zijn van een na de verkiezingen te vormen rechts kabinet.

Het plan wijst er tevens op, dat Prof. Beel altijd het vertrouwen van de socialisten heeft gehad, en het 'blad ziet aldus de mogelijkheid opengehouden voor een nieuwe kabinetssamenwerking met de soeialist.'ii na de verkiezingen.

Ondertus.sen had de partijraad van de Partij van de Arbeid in eon te Arnhem gehouden vergadering een resolutie aangenomen, waarin deze als zijn oordeel te kennen gaf, dat de voor de krisis verantwoordelijke frakties, namelijk die van de K.V.P., de A.R.P., de V.V.D., de C.H.U. en de S.G.P., een nieuw kabinet dienden te vormen, en waarin de socialistische partijraad tussentijdse verkiezingen strijdig met een goed parlementair gebruik achtte.

In verband inet de gang van zaken had de voorzitter van de Tweede Kamer, Dr. Kortenhorst, zaterdag 20 december des namiddags aan de leden van deze Kamer een telegram gezonden van de volgende inhoud:

„In afwachting dat het te vormen ka-'binet in de vergadering van aanstaande dinsdag een verklaring zal afleggen en bereid zal zijn mot de Kamer de belastingontwerpen te behandelen, heb ik besloten de vergadering van maandag te veiplaatsen naar din.sdag te één uur".

De Tweede Kamer Vergadering van 23 dec.

Deze vergadering was door de leden druk bezocht. Ook de tribunes, zowel de gereserveerde als de voor het publiek bestemde, waarop tal van belangstellenden geen plaats hadden kunnen bekomen, waren dicht bezet.

Reeds kort na de opening der vergadering legde Prof. Beel een regeringsverklaring af. Daarin stelde hij vast, dat de verscherpte politieke tegenstellingen geen oplossing boden voor de voortzetting van de arbeid van het in 1956 gevormde kabinet, voor het voeren van een deugdelijk beleid en een vnjchtbaar gemeen overleg.

Dit en het feit, dat ons nog nauwelijks anderhalf jaar scheidt van de normale verkiezingen, vormden goede redenen vooT het besluit, de Tweede Kamer te ontbinden en vervroegde verkiezingen uit te schrijven. Voorts kondigde de minister-president aan, dat de Tweede Kamer met ingang van 19 maart 1959 zal worden ontbonden en het thans gevormde kabinet zal heengaan wanneer de vervroegde verkiezingen zijn gehouden.

Het kabinet — zo verklaarde Prof. Beel verder — zal behalve de lopende zaken slechts die aangelegenheden in behandeling nemen, waarvan uitstel niet in 's lands belang of in dat van het Koninkrijk moet worden geacht. Aan de totetandkoming van het kabinet is niet Toorafgegaan het maken van enige afspraak met welke fraktie ook.

De laatstgesproken woorden van de minister-president werden met hoongelach van de socialistische fraktie beantwoord. In het begin van zijn verklaring bracht de minister-president hulde en dank aan het werk van zijn voorganger. Dr. Drees, aan wie de Koningin met ingang van 22 dfc> cember op zijn verzoek uit zijn ambt, onder bijzondere dankzegging voor zijn bewezen diensten, ontslag had verleend, gelijk het ont.slag ook verleend was aan de andere socialistische ministers en en staatssekretarissen.

Ton aanzien van de vorming van een nieuw kabinet voor het nog resterende deel van de parlementaire periode dat op eau meerderheid in de Tweede Kamer steunt, merkte Prof. Beel op, dat deze niet mogelijk was. De behartiging van de belangen van het Koninkrijk toch vergt zeer Zjeker — zo voegde hij aan deze laatste verklaring toe — in deze tijd van internationale verwikkelingen cii spanningen een voortdurende paraatheid van de regering tot het nemen van beslissingen. Zij behoeft daartoe een zo groot mogelijke steun en medewerking van de zijde van de volksvertegenwoordiging.

Dit laatste geldt evenzeer voor de oplossing van < le vele en ingewikkelde problemen, waaraan de regering binnen het Koninkrijk 'haar aandaeht heeft te wijden. De omstandigheid, dat reeds in 1960 de normale verkiezing van de leden uwer hoge vergadering zou plaats hebben, zo vervolgde de minister-president Prof. Beel, bemoeilijkte op zidlizelf reeds de formatie van een kabinet voor de nog resterende pci'iode. Immers op het tijdstip, waarop de leden van zodanig kabinet zioh zouden hebben üigewerkt, stonden de verkiezingen reeds voor de deur. Deze omstandigheid zou onder normale omstandigheden op zidlizelf geen genoegzame reden zijn voor Kamerontbinding. Dit wordt nochtans anders tegen de achtergrond van de konfliktsituatie, waarover ik zo evan sprak.

Nadat deze regeringsveAlaring was afgelegd, werd de vergadering voor een korte pauze door de voorzitter geschorst. Om twee uur werd zij weder geopend en trad als eerste spreker de voorzitter va-^' de Kamerfraktio van de Partij van de Arbeid, Mr. Burger, in het debat.

Veel nieuwe argimi enten vo^de hij daarbij niet aan. Merkwaardig was het, dat hij geen enkele aanval op Prof. Beel richtte, al zeid© hij, dat de formatie van het interim-kabinet geschied was om de K.V.P. te dekken en in het bijzonder het gezicht van Prof. Romme te redden. In felle bewoordingen kreeg de K.V.P. er van langs, die hij verschillende malen als reaktionair betitelde. Hij betoogde tevens, dat er geen gronden voor de ontbinding van de Kamer zijn en diende een motie in, waarbij de Kamer werd uitgenodigd als haar oordeel uit te spreken, dat de Kamerontbinding niet in 's lands belang wordt gevorderd, waarbij hij de vraag stelde waarom er geen ander kabinet was geformeerd.

Prof. Romme reageerde op de felle aanvallen van Mr. Burger op hem en de K.V.P.-fraktie op een zeer gematigde wajze, waarbij hij zijn instemming met de formatie van het interim-kabinet betuigde en in zijn rede merkbaar liet doorschemeren, dat hij nog steeds een voorstander was van de brede-basispohtiek en de samenwerking met de socialisten.

Dr. Bruins Slot, de voorzitter van de A.R. fraktie, verklaarde in dit detbat onder meer, bereid te zijn geweest mede te werken aan de vorming van een kabinet zonder socialisten en dan ook zonder Kamerontbinding.

Ds. Zandt, die ook aan het debat deelnam, kon volstaan met het afleggen van een enigszins uitgebreide verklaring, dewijl toch de Kamerfraktie van de S.G.P. geen verantwoordelijkheid draagt voor 'het in 1956 samengestelde kabinet-Drees en dat zij ook niet verantwoordeUjk gesteld kan worden voor de gang van zaken betreffende de belastingontwerpen.

Verder verklaarde hij, dat de S.G.P.fraktie, met aangeving van de reden, haar stem zal uitbrengen tegen de verlenging van tie tijdelijke verhoging van de door de regering voorgestelde direkte en indirekte belastingen.

Tevens zette hij in korte bewoordingen de bezwaren van de S.G.P.-fraktie tegen het opgetreden interim-kabinet uiteen. Wij laten hieronder de verklaring van Ds:7ANDT volgen. Zij luidt als volgt:

Mijnheer de Voorzitter!

De rede, welke ik wens te" houden, zal het karakter dragen van een enigszins uitgebreide verklaring. Zij zal niet van persoonlijke, maar van principiële aard zijn.

In dit verband wensen wij allereerst op te merken, dat onze fraktie voor het afgetreden ministerie-Drees generlei verantwoordelijkheid draagt en dat zij ook niet verantwoordelijk kan worden gesteld voor de gang van zaken met betrekking tot 'de belastingontwerjien. Onze fraktie heeft immer aangedrongen op ingrijpende verlatriiiff van de enorm hoog geklommen Staatsuitgaven en van de op ons volk zo zwaar drukkende belastingen en lasten, weshalve zij voornemens was haar stem uit te brengen tegen de verlenging van de tijdelijke verhoging van de door de regering voorgestelde direkte en indirekte belastingen en zij wenst dit vanavond ook te doen.

Wat nu het opgetreden interimkabinet betreft, daartegen hebben wij zowel principiële als ook andere bezwaren. Principiële bezwarefl, omdat het niet zal regeren overeenkomstig Gods Woord en wet. En wat de andere bezwaren betreft brengen wij in herinnering, dat professor Beel steeds oen beslist voorstander is geweest van de samenwerking met de P.v.d.A., gelijk dat onder meer ook duidelijk is gebleken bij de soevereiniteitsoverdradit van Indië aan Soekamo en de zijnen. Het is daarom te vi'ezen, dat door het opnieuw verschijnen van hem dit kabinet de weg zal banen voor het herstel van de brede basispolitiek van de K.V.P., de P.v.d.A., de A.R.P. en de C.H.U., waartegen wij om principiële redenen en ook o.m. omdat deze politiek zozeer het dirigisme, de bureaukratie en ook het zo dure leven heeft bevorderd, steeds zijn opgekomen, mede omdat de belangen van heel ons volk, inzonderheid van de arbeiders en van de vergeten groepen — dat zijn allen, die van een klein inkomen moeten rondkomen — daarbij allerminst zijn gediend.

De avondvergadering van de Tweede Kamer

Dewijl de middagvergadering pas na 6 uur geëindigd was, werd de aanvang van de avondvergadering door de voorzitter op half negen bepaald.

Het eerst kwam de minister-president ter beantwoording van de sprekers aan het woord. Veel nieuwe gezichtspunten bracht hij in een rede, die slechts tien minuten duurde, niet aan het hcht. Hij bepaalde zich tot vage verklaringen en omzeilde tot hem gericht© vragen met daarop de beantwoording t© ontwijken of met een slag om de arm te houden.

Daarop was het woord weder aan Mr. Burger. Daarbij plaatste hij weder de Kamerontbinding in zijn rede op de voorgrond, de schuld daarvan sdmivende op de ruggen van de rechtse Kamerleden, waanbij 'hij een overmaat van grote woorden 'bezigde, als: „wensdromen van de konservatieve krachten", „uitholling van de parlementaire demokratie", „ondermijning van het parlementair© stelsel". Aan de dupliek werd behalve door Mr. Burger slechts deelgenomen door de heer de Groot (C.P.N.) en de heer Gortzak (dissident kommunist), zodat minister Beel ook deze keer zeer kort kon zijn. Hij deelde hierbij mede, dat zijn kabinet bereid was het rapport over de helmenkwestie en mogelijk ook andere wetsontwerpen na verschijning na overleg met de Kamerpresident met de Kamer te bespreken, indien deze zulks zou wensen.

Hierna kwam de motie van de heer Burger in stemming, welke met 54 tegen 86 stemmen, waaronder die van de drie S.G.P.-Kamerleden, werd vei-woi'pen. Tenslotte werd er nog gestemd over de belastingontwerpen, welke de naaste aanleiding zijn geweest voor de kabinetskrisis, waarbij nu edhter, overeenkomstig het verlangen der KamermeerdeiHieid, de verlenging der verhogingen voorlopig slechts voor één jaar wordt vastgesteld. Nadat enkele korte verklaringen waren afgelegd, onder andere ook één door Ds. ZANDT, welke als volgt luidt:

Mijnheer de Voorzitter!

Hierbij verklaren wij, dat wij onze stem aan de onderhavige wetsontwerpen niet zullen kunnen geven, omdat wij van oordeel zijn, dat de verlenging van de tijdelijke verhoging der in deze wetsontwerpen begrepen belastingen niet nodig zou geweest zijn wanneer de regering de hooggeklommen staatsuitgaven ingrijpend verlaagd had, waarop door onze fraktie bij voortduring is aangedrongen;

werd het wetsontwerp, houdende verlenging van de tijdelijke verhogingen van enige direkte belastingen, alsmede maatregelen met hetrekking tot de vervroegde afschrijving en de investeringsaftrek, en het ontwerp verlenging van de tijdelijke verhoging van enige indirekte belastingen, zonder hoofdelijke stemming aanvaard, met de aantekening, dat de S.G.P.-fraktie en die van de C.P.N, en de heren Welter en Duynstee geacht wilden worden te hebben tegengestemd. Gezien al hetgeen was gebeurd, achtte de voorzitter van de Kamer het weinig zinvol aan het einde van de laatste Kamervergadering van dit jaar, zoals hij andere jaren deed, een overzicht te geven van de Kamerwerkzaamheden sedert ftinsjesdag. Hij zeide vervolgens, dat het nog niet zeker was wat met de nog niet afgehandelde begrotingen zou geschiedeii en dat ook nog niet bekend was of de regering zou verzoeken bepaalde dringende wetsontwerpen in behandeling te nemen.

Zijnerzijds zou de Kamervoorzitter slechts in uitzonderingsgevallen het initiatief nemen om de op termijn ontbonden Kamer bijeen te roepen. Naar hij thans aannam, zou dit in ieder geval zeker niet vóór 3 februari gesdiieden.

Vervolgens wijdde ook Dr. Kortenhorst zeer waarderende woorden aan het adres van Dr. Drees, die het ministersoliap langer dan enig ander minister heeft bekleed. Uit naam van de gehele Kamer wenst© hij Dr. Drees geluk met diens benoeming tot minister van staat.

Met de gebruikelijke goede wensen voor het Kerstfeest sloot hij daarna de vergadering.

De a.s. Tweede-Kamerverklezingen

De indiening van de kandidatenlijsten voor de Tweede Kamer is op woensdag 28 januari bepaald. Dit heeft voor de S.G.P. tengevolge, dat er vóór die datum geen Algemene Vergadering zal kunnen gehouden worden, omdat indien zulk een vergadering wel werd gehouden, het ten enenmale onmogelijk is, dat de kandidatenlijsten op woensdag 28 januari zou- den kunnen worden ingediend. Het Hoofdbestuur ziet zich gedwongen om onder de gegeven omstandigheden gebruik te maken van een ibepaling van het Partijstatuut, dat inhoudt, dat bij Kanierontbitiding het Hoofdbestuur naar bevind van zaken kan handelen. De kandidatenlijst moet dus ditmaal alleen in overleg met de vertrouwensmannen opgemaakt en vastgesteld worden. Met het oog daarop is zelfs de dag van vergadering van het Hoofdbestuur met de vertrouwensmannen, welke aanvankelijk op zaterdag 10 januari bepaald was, vervroegd moeten worden tot op de dag van 3 januari, wil de kandidatenlijst op woensdag 28 jan. 1959 in alle kieskringen, met welker voorbereiding zeer veel tijd gemoeid is, ingediend kurmen worden.

De dag, waarop de verkiezingen voor de Tweede Kamer D.V. zullen gehouden worden, is hepaald op donderdag 12 maart.

Het ziet er wel zeer naar uit, dat er een hevige verkiezingsstrijd aan de dag van 12 maart zal voorafgaan. Wij wekken bij deze de besturen, leden en vrienden van de S.G.P. dan ook op om met alle geoor­ loofde mdddelen Ihun uiterste best te doen, dat de uitslag van deze verkiezingen bevredigend, zelfs bemoedigend en hoopvol ook voor de toekomst zal zijn. Het zou toch bedroevend zijn indien de stem van de S.G.P., die smalend die van de Dordt.se Synode van 1618 en 1619 is genoemd, in verzwakte mate in de hoge vergaderzaal des lands gehoord werd, omdat deze stem van daaruit door heel ons volk beluisterd kan worden. Het zou zeer verblijdend, ook tot heil van heel ons volk zijn, indien dit in versterkte mate na de te houden verkiezingen kon geschieden. Ook met het oog daaroxD is het uitermate wenselijk, dat de werving van nieuwe abonnees voor , , De Banier" met alle kracht ter hand wordt genomen, dewijl daardoor de verbreiding van haar beginselen, welke geheel op Gods onfeilbaar Woord gegrond zijn, wordt bevorderd en de financiën van de S.G.P. worden gesterkt. Men late in deze niets onbeproefd om met geoorloofde middelen een goode uitslag voor de S.G.P. bij de aanstaande verkiezingen te verkrijgen en wij bevelen deze verkiezing bovenal aan bij al degenen, die de Geest der genade en der gebeden bekomen hebben, om haar in hun gebeden te gedenken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

De Banier | 8 Pagina's

De ministeriële krisis beëindigd

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

De Banier | 8 Pagina's