Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Grote blijdschap

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Grote blijdschap

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

En de engel zeide tot hen: Vreest niet, want ziet, ik verkondig u grote blijdschap, die al den volke wezen zal; namelijk dat u heden geboren is de Zaligmaker, Welke is Christus, de Heere, in de stad Davids.

Lukas 2 : 10-11

II.

Maar zullen wij in deze geboren Koning •nze zaligheid hebben, dan moeten wij waarlijk deel aan Hem verkrijgen. Hij is «iet voor alle mensen gekomen. Zijn volk «al Hij zalig maken van hun zonden. Hij is een val en opstanding. Een val allen, die van Hem vreemdeling blijven; in wier hart wordt gemist de ware vereniging met Hem door het geloof. Zij allen zuilen vallen ten verderve, hoe gereformeerd welHcht hun belijdenis is en hoe vroom ook hun gedrag. Vallen zullen zdj, an eeiiwig rouw bedrijven. O oppervlakkig cliii^itendom, hoe ontzettend zal uw einde zijn! Kerstfeestvierders, uw kerstbomen, en Icerstgeschenken en kerstvreugde zullen eens op uw ziel branden. Wij moeten Christus leren kennen en in Hem alleen ons leven vinden.

Niet aan alle mensen, hoofd voor hoofd, is met de geboorte van Ohristus blijdschap vericondigd. Tot de herders in Betlblehems velden Honk het woord van de engel: „Ik verkondig u grote b'hjdschap, die al den volké wezen zal". U, niet allen, maar u, herders, van God uitverkorenen en begenadigden.

In de naoht is de engel aan de herders verschenen, toen zij de nachtwacht hielden bij hun 'kudden. Duisternis bedekte de aarde. En in hun harten? Hoe doiiker was de tijd, die aan de komst van Ohristus onmiddellijk voorafging. Onmogelijk was naar menselijke berekening de vervulling van Gods beloften aangaande de Messias. Davids huis was te gronde geworpen; Davids troon door een Edomiet, een eeuwige vijand van Israël, belklommen. Hoe moest nu vervuld de belofte, dat uit Davids lendenen Vorst Messias komen zou? Wie zegt weUce overleggingen de harten der herders hebben vervuld en in welk een donkerheid hun ziel eich bevond, toen geheel onverwadht een engel des Heeren bij hen stond en hun grote blijdschap verkondigde, namelijk, dat hun „heden geboren is de Zaligmaker, Welke is Christus, de Heere, in de •tad Davids"?

Zou Gods volk geen moed grijpen? Zo menigmaal is het donker in het hart van Gods kinderen. Dat volk leert zich verloren kennen voor God. Buiten Ohristus blijft er hun geen hoop over. Hun verlossing ligt in Hem, Die in Bethlehems ftal ons vlees en bloed aannamV'Hij openbaart Zich aan hen, zo Hij het niet doet aan de wereld. Welk een rijkdom van genade mag Goda volk dan in Hem door het geloof aanschouwen. Hij wordt hun ziel dierbaar. Ja, met de bruid roepen zij: „Al Wat aan Hem is, is gans begeerlijk".

O kostelijke tijd! De glans van Ohristus, het heil in de belofte verdrijft alle donkerheid van zonde en schuld, van veroordeling en ongeloof, van aanvechting des satans en vrees voor bedrog. Maar tegenover die troostrijke tijden staan zo veel andere. Dagen, waarin de vrucht niet genoten wordt en Ohristus Zich aan het oog des geloofs niet vertoont. Hoe meer Gods volk van de gestalten der ael als grond van zaligheid mag worden afgebracht, hoe noodzakelijker de vereniging met Christus htm wordt. Want buiten Hem is een eeuwig zielsverderf. Hier zijn nachten van bestrijding, zó groot, dat dikwerf alles verloren schijnt. De Heere is niet voor alle mensen gekomen. Ook niet voor alle gedoopten en voor alle kerkgangers. Welnu, waaruit zal onze ziel weten, dat Hij voor ons gekomen is? Alleen door Zijn openbaring en de verzegehng des Heihgen Geestes.

U geboren de Zaligmaker! O, dat u! Zo mocht het met de Kersttijd eens in hét hart van vele bekommerde zielen klinken, wie het om Christus te doen geworden is. Hoe lang hebt gij reeds uitgezien; hoe menigmaal verlangd de dag te zien; hoe dikwerf gehoopt op Gods beloften! En met al uw leven, bidden en werken staat gij voor de ware vereniging des geloofs en is het u of gij zonder Christus in de wereld zijt. Maar hoort nu die troostmare: , , Ik verkondig u grote blijdsdhap". Het worde u gegeven, hopende zielen, uw Zaligmaker te ontmoeten. Ohristus, de 'Heere, in de stad Davids. Wij mochten door het oprechte geloof Ohristus eigenen, als vrucht van de inlijving in Hem door de Heilige Geest. In Adam zijn wij met alle mensen verdoemelijk voor God; in Ohristus zijn de uitverkorenen rechtvaardig gesteld. In Adam 2ajn wij allen de dood onderworpen; in Christus is het leven der gegevenen des Vaders aan Hem. O, dat wij door het geloof in Ohristus mogen ingaan. Die het Voorwerp is van des Vaders liefde en in Wie de Heere lust heeft aan hen, die van nature voorwerpen van Zijn toom en gans walgelijke schepselen zijn. Zijn Geest getuige met onze geest, volk van God, dat wij kinderen Gods zijn.

De grote blijdschap, die de engel verkondigde, geldt al het oprechte volk van God. Het is de blijdschap, waarmede Christus de Zijnen verheugt; een geestelijke, hemelse en eeuwige bhjdstihap. Hier in dit moeitevoUe leven, in alle druk in de 'bangste tijden, wil Ohristus de Zijnen verheugen. Het is een nauiwelijks 2ïilig worden, en toch een zeker zaUg worden. De verheugingen in Christus mog'en onze ziel vervullen; dan zullen wij Kerstfeest mogen hebben, gelijk de herders uit Bethlehems velden.

Dat de onwrikbare vastheden van de genade in Ohristus ons sterken, opdat wij als helden het slijk der straten treden. De hefde van Ohristus is sterker dan de dood en harder dan het graf. Die hefde verzadige ons. O, eenmaal zal de volheid van die liefde in eeuwige, ongestoorde blijdschap de gekochten met Ohristus' bloed doen delen. Eeuvwge bhjdschap zal op uw hoofd zijn, als gij er toe verwaardigd wordt God zonder zonde, volmaakt in eindeloze eeuwigheid te prijzen. Die blijdschap vervuUe onze harten. Ons Kerstfeest zij niet hol en ledig. Maar Christus wone rijkelijk in u en verdrijve leed en smart en doe smaad en hoon ons licht achten, wetende, dat welhaast die gfeboren Middelaar komen zal en Hij Kal de Zijnen opnemen in eeuwige heerlijkheid.

Wijlen Da. G. H. Kersten

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

De Banier | 8 Pagina's

Grote blijdschap

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

De Banier | 8 Pagina's