Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De kabinetsformatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De kabinetsformatie

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Prof. Beel aan de arbeid

Professor Beel heeft de arbeid van de hem door de Kcningin gegeven opdracht hervat. Hij heeft een bespreking gevoerd op maandag 4 mei, in volgorde het eerst met de fraktieleider der P.v.d.A., de heer Burger, en daarna met die van de K.V.P., de heer Romme, en de daarop volgende dinsdag met de fraktieleiders van de V.V.D., de A.R.P. en de C.H.U., de heren Oud, Bruins Slot en Tilanus. Over hetgeen er besproken werd, is tot nu toe zeer weinig bekend.

Over zijn onderhoud met Prof. Beel heeft Mr. Burger het navolgende verklaard: „Professor Beel heeft met mij de politieke situatie doorgenomen. Ik heb hem medegedeeld, dat de Partij van de Arbeid onveranderd bereid blijft tot het voeren van onderhandelingen, die zouden kunnen leiden tot een meedragen der regeringsverantwoordelijkheid door de Partij van de Arbeid, onder erkenning van de moeilijkheden, die alsdan zouden zijn te overwinnen.

Ik heb hem voorts medegedeeld, dat waar mijns inziens dit hem bekend was, terwijl tot dusver niet gebleken is de bereidheid van de K.V.P. tot zodanige formatie, ik de volgorde van deze bezoeken niet heb begrepen".

Prof. Romme 'heeft daarna bekend gemaakt, dat hij bereid was met Mr. Burger een gesprek te voeren, onder het tweeledige voorbehoud, het initiatief van Prof. Beel moest uitgaan en dat zulk een gesprek slechts gevoerd zou moeten worden op basis van het ontwerp-regeringsprogramma van Prof. Beel.

Na het onderhoud met de fraktievoorzitters is Prof. Beel er toe overgegaan aan de fraktievoorzitters een schrijven te zenden, waarin mogehjk nog wel geen volledig koncept regeringsprogramma is opgenomen, maar toch stellig wel de belangrijkste punten, waarbij hij uit de antwoorden van de fraktievoorzitters tot een zekere konklusie zal kunnen komen omtrent de vraag in hoeverre en tussen welke partijen er overeenstemming te bereiken zal zijn. Hij verwachtte woensdagavond 6 mei het antwoord der fraktievoorzitters.

De houding der partijen

Tengevolge van deze brieven heerste er een grote aktiviteit in de politieke kringen. 'De P.v.d.A. kwam woensdag 6 mei in aktie. Een aantal vooraanstaande leden uit de P.v.d.A., onder wie Dr. Drees en de andere sociahstische oud-ministers, was in het Tweede-Kamergebouw om tien uur des morgens al in vergadering bijeen gekomen. iDe Tweede-Kamerfraktie van de K.V.P. vergaderde om één uur in hetzelfde gebouw, terwijl de Tweede-Kamerfraktie van de C.H.U. reeds anderhalf uur tevoren voor besprekingen bijeengekomen was en stellig de beantwoording der brief ook de andere partijen niet ongemoeid heeft gelaten.

Hierbij valt op te merken, dat de verstandhouding tussen de K.V.P. en de P.v.d.A. nog steeds geprikkeld is.

Het rooms-kathoheke dagblad De Tijd-De Maasbode, dat blijk geeft voor heel de periode van het hernieuwde overleg niets te gevoelen, wilde wel eens weten of, als het opnieuw mis gaat, er weer lieden zijn, die vragen op het alsjeblieft nog duidelijker kan worden gemaakt, dat de heer Burger een verdraaid beeld van de feiten geeft en er werkelijk niet, echt niet, heus niet met hem te praten valt.

Het socialistische „Vrije Volk" acht de verklaring van Mr. Burger volkomen duidelijk: de K.V.P. is voor het uitsluiten van de Partij van de Arbeid verantwoordelijk. Zij zal de keuze moeten doen tussen de V.V.D. of de P.v.d.A. als regeringspartner.

Het „Parool" plaatste dinsdagavond 5 mei boven zijn formatiekommentaar het veelzeggende opschrift: „P.v.d.A. wil niet spelen voor Lamme Goedzak", en schreef verder onder meer, dat het is alsof de andere partijen de P.v.d.A. telkenmale de rol willen laten vervullen van een goedmoedige beer, die moet voordansen, zodat de omstanders zich kimnen amuseren met zijn, huns inziens, onelegante passen.

De voorzitter van de C.H.U., de heer Beerninck verklaarde in een rede, welke hij dezer dagen hield, dat de C.H. niet bereid zijn alles te slikken en overal ja en amen op te zeggen. Hij moet in zijn rede, volgens verschillende persverslagen, te kennen gegeven hebben, dat de Anti-Revolutionairen het slachtoffer geworden zijn van een misverstand, dat daarin bestaat, dat zij zouden gemeend hebben, dat de Christelijk-Historischen met één portefeuille in het door Prof. De Quay te vormen kabinet wel genoegen genomen zouden hebben en dat dan de A.R. er drie zouden krijgen.

In een artikel in het Anti-Revolutionaire re dagblad „Trouw" wordt verklaard, dat de heer Beerninck er van verzekerd kan zijn, dat in A.R. kring de gedachte, dat de C.H. kandidaten genoegen zouden nemen met een formule 6, 3, 3, 1, steeds absurd gevonden is. Van zulk een misverstand als waarvan de heer Beerninck gesproken heeft, zijn de A.R. volgens het dagblad „Trouw" niet het slachtoffer geworden.

Geen kabinet op brede basis

De fraktievoorzitters hebben allen de hun toegezonden brieven van Prof. Beel tijdig beantwoord. Ofschoon Prof. Beel zich niet nader over de antwoorden heeft uitgelaten, blijkt uit de konklusies, welke daaruit door hem getrokken zijn, wel, dat vier antwoorden, die in positieve zin gegeven waren, hem hebben bevredigd, en één daarvan, dat in negatieve zin gegeven was, hem niet heeft kunnen bevredigen.

De woordvoerder van Prof. Beel heeft desgevraagd medegedeeld, - dat uit de gesprekken, welke Prof. Beel gevoerd heeft met de fraktieleiders, alsmede uit de antwoorden, die hij ontvangen heeft op zijn brieven, is gebleken, dat de voorwaarden voor herstel op de brede basis niet aanwezig zijn.

Het staat dus wel vast, dat Prof. Beel van de zijde van de socialisten geen enkele medewerking meer te verwachten heeft bij de oplossing van de moeilijk­ heden van het te vormen kabinet. Van socialistische zijde toont men zich ontstemd, omdat Prof. Beel in zijn brief, anders dan de socialisten zeggen aanvankelijk te hebben verondersteld, geen enkel nieuw aspekt naar voren heeft gebracht, dat de P.v.d.A. als een bHjk van toenadering tot hun inzichten betreffende het regeringsprogramma had kunnen opvatten. Van socialistische zijde iheeft men zelfs kunnen horen, dat de aanvankehjke houding van Prof. Beel, zoals deze in het gesprek met Mr. Burger was gebleken, later sterk gewijzigd was onder invloed van het daarop volgende gesprek van Prof. 'Beel met Prof. Romme. Dit is een zaak, waarover allicht het laatste woord nog niet gesproken is, waar men mogelijk zelfs in parlementaire diskussies nog meer over te horen zal krijgen. Volgens de sociaHsten, zo werd van die kant in de pers vermeld, heeft Mr. Burger Prof. Beel in zijn brief laten weten, dat hij diens laatste brief niet kon beschouwen als een serieuze poging tot toenadering. Prof. Beel toch had in zijn brief een vijftal belangrijke punten van regeringsbeleid voorgelegd, waarover, naar men in socialistische kring zegt, met de andere fraktievoorzitters reeds in een eerder stadium overeenstemming was bereikt. Prof. Beel had daar bovendien aan toegevoegd, dat hij het zelf ook met de formulering van deze punten eens was.

Ook was men in socialistische kring ontstemd over het feit, dat Prof. Beel niet ingegaan was op het voorstel van Mr. Burger om met Prof. Romme een onderhoud te beleggen.

De socialisten hebben ook nu weer bhjk gegeven, dat zij op de hun voorgelegde vragen geen positief antwoord willen geven, maar dat zij wensen te onderhandelen en al onderhandelende tot een overeenstemming trachten te komen.

Dit lustte de andere partijen en ook de formateur De Quay niet, en al evenmin Prof. Beel.

De K.V.P. heeft wederom in de vergadering van haar leden van de Tweede Kamer in grote meerderheid haar instemming met een konfessioneel-liberaal ministerie betuigd en de vorming van een kabinet met de socialisten afgewezen. In die geest is ook het antwoord aan Prof. Beel samengesteld en overhandigd. Ook de andere partijen hebben Prof. Beel geantwoord, dat zij het in grote hjnen met het door hem voorgestelde regeringsprogram eens waren.

In dit verband laat het zich gemakkelijk verstaan, dat Prof. Beel vrijdag 8 mei achtereenvolgens ontvangen heeft de vertrouwensmensen van him partijen, de heren Korthals, Prof. Zijlstra en de demissionaire minister Mr. Cals, die de plaats van Mej. Klompé als woordvoerster van haar partij thans schijnt ingenomen te hebben; een vertegenwoordiger van de C.H.U. moet alzo nog door Prof. Beel worden uitgenodigd.

Van verschillende zijden is het voorgesteld, dat Prof. Beel nu spoedig met zijn opdracht klaar zal zijn en dat er alsdan een formateur benoemd kan worden, die het kabinet definitief zal samenstellen; of dit echter wel zo vlot zal verlopen als van die zijden wordt voorgesteld, dient nog afgewacht te worden.

Weliswaar heeft de fraktie van de K.V.P. haar instemming betuigd met de programmapunten van Prof. Beel, maar het wordt niet uitgesloten geacht, dat op het punt van zetelverdeling van die zijde nog een enkel voorbehoud zal worden gemaakt. Dat zou dan zijn voornamelijk betreffende de portefeuilles van Financiën, van Ekonomische Zaken en van Sociale Zaken, waarvoor achtereenvolgens in de opzet van de formateur De Quay genoemd waren Prof. Witteveen (V.V.'D.), Mr. van Campen (K.V.P.) en Drs. Hazenbosch (A.R.P.). Bovendien wordt vrij algsneen aangenomen, dat de A.R.P. er op zal blijven staan, dat Prof. Zijlstra in het nieuwre ministerie als mi.

nister zal worden opgenomen. Het is daarom niet uitgesloten, dat er andermaal een touvrtrekkerij zal plaats vinden, zoals wij er reeds één gehad hebben, en dat daardoor de formatie van een kabinet niet vlot zal verlopen.

Een nieuw kabinet in zicht

Namens Prof. Beel werd maandagmorgen 11 mei medegedeeld, dat hij on, twee uur een gesprek zou hebben met Mr. V. G. M. Marijnen, die, naar wordt aangenomen. Prof. Beel bereid zou gevonden hebben om de portefeuille van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening te aanvaarden.

Om half vijf op dezelfde dag zou Prof. Beel een onderhoud hebben met de demissionaire minister van Maatschappelijk Werk, mejuffrouw Dr. Klompé.

De woordvoerder was voorts gemachtigd mede te delen, dat Prof. Beel vandaag of morgen kontakt zou zoeken met de als formateur opgetreden Prof. De Quay, die dan de plaats van minister-president in het aanstaande kabinet zal innemen. De opvatting, dat Prof. Beel, wat de zetelverdeling in het voorlopige aanzoeken van kandidaat-ministers betreft, nagenoeg gereed is, wordt ook thans in de politieke kringen, waarvan aangenomen wordt, dat deze daarmede op de hoogte gesteld zijn, als zeker beschouwd. Hierbij is het opmerkehjk, dat ook met betrekking tot zijn aktiviteiten omtrent het weekeind Prof. Beel opnieuw een stilzwijgen in acht nam, tenvijl de moeilijkheden aangaande de zetelverdeling door Prof. Beel tot geringe proporties teruggebracht zijn.

Het is thans zo goed als zeker, zo wordt in politieke kringen beweerd, dat Mr. Toxopeüs (V.VJD.) de funktie van miniiter van Binnenlandse Zaken, de heer van den Bergh (V.V.D.) die van Oorlog en Marine, en de heer Korthals (V.V.D.) die van Verkeer en Waterstaat zullen waarnemen, waarbij de laatste tevens als vice-president in het kabinet zal optreden, zodat het kabinet dan drie hberale leden zal hebben.

De heer van den Bergh heeft zich inmiddels met het oog op door hem nog in de Verenigde Staten van Amerika te behandelen zaken, die hij als vice-voorzitter van de Unilever af wil doen voordat hij eventueel als minister zal optreden, maandagavond per vliegtuig naar Amerika begeven. Begrijpelijk heeft hij Prof. Beel met zijn reis naar Amerika in kennis gesteld, die daartegen geen bezwaar zal ingebracht hebben.

In geval dat de benoeming en beëdiging van de nieuwe ministers nog vóór Pioksteren zou plaats vinden, dan zal de heer van den Bergh, indien hij tot minister benoemd wordt, terstond na zijn terugkeer, onmiddellijk na Pinksteren, door de Koningin beëdigd worden.

De Anti-Revolutionairen zullen twee zetels in het aanstaande kabinet bekomen. Deze zullen worden ingenomen door Prof. Zijlstra in de funktie van minister van Financiën, en door de eveneens demissionaire minister Mr. van Aartsen in die van minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid.

De K.V.P. zullen 6 zetels in het nieuwe kabinet ten deel vallen. En wel, naar algemeen wordt aangenomen, te weten: Prof. Dr. J. E. De Quay minister-president en Algemene Z^en, Mr. J. M. H. A. Luns Buitenlandse Zaken, Mr. J-^^ L. Th. Cals Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, Mr. V. J. Marijnen Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, Mejuffrouw Dr. M. A. M. Klompé Maatschappehjk Werk, en naar alle waarschijnlijkheid, ofschoon nog niet geheel zeker, W. D. Lelieveld Sociale Zaken, die algemeen sekretarfe van de Katholieke Arbeidersbeweging is, terwijl ook als jjandidaat voor de portefeuille van Sociale Zaken de naam van Dr. G. M. J., Veldkamp, de demissionaire staatssekretaris, genoemd wordt.

Ak toekomstige ministers worden vervolgens de Christelijk-Historische heren j. W. de Pous en A. C. W. Beerman genoemd. De heer J. W. de Pous moet, naar beweerd wordt, thans bereid zijn zijn lidmaatschap van de Raad van State prijs te geven en de benoeming tot minister van Ekonomische Zaken te aanvaarden, terwijl dan Mr. Beerman minister van Justitie zou worden.

Wat het regeringsprogram betreft, schijnt er nog overleg gaande te zijn over de redaktie van het punt aangaande de loonvorming. Prof. Beel moet zich in zijn programmapunten wel uitgesproken hebben voor het principe van de vrijere loonvorming, doch daarbij niet nader omschreven hebben hoe en wanneer de invoering tot stand zal worden gebracht. De konfessionele vakorganisaties, de K.A.B, en het C.N.V., schijnen op het standpunt te staan, dat de redaktie van Prof. Beel te vaag is en dat zij in het regeringsprogramma iets duidelijker willen aangegeven zien, op welke wijze en op welk tijdstip de vrijere loonpolitiek aan de orde zal komen. Dit verlangen van de K.A.B. en het C.N.V. staat ook te lezen in de recente verklaringen, die beide vakverenigingen omtrent dit punt hebben afgelegd. Het wordt evenwel mogelijk geacht, dat men eventueel, als 'hierover niet onmiddellijk overeenstemming kan worden bereikt, eerst het kabinet tot stand wü brengen, om zich dan later in de kring der betrokken ministers nader over dit punt te beraden. Dit zal ten aan2aen van de uiteindehjke vaststelling van het regeringsprogram ook wel het geval zijn. Het programma, dat Prof. Beel voor het te vormen kabinet heeft opgesteld, bepaalt zich tot het geven van de hoofdlijnen, maar is nog niet volledig in concreto uitgewerkt, hetgeen pas zal plaats vinden wanneer de ministersploeg kompleet is. Daarom 2Mllen wij daar ook thans niet verder op ingaan.

Zo heeft het er dan op het ogenbhk alles van weg, dat het aanstaande kabinet spoedig zal geformeerd zijn, als er tenminste nog geen kink in de kabel komt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 mei 1959

De Banier | 8 Pagina's

De kabinetsformatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 mei 1959

De Banier | 8 Pagina's