Uit het eigen land

Er heeft zich in ons land iets opzienbarends, dat stellig de belangstelling van tal van landgenoten zal hebben, voorgedaan.

De Rijksvoorlichtingdienst heeft medegedeeld, dat de minister van Defensie, de lieer Sidney J. v. d. Bergh, aan Hare Majesteit de Koningin verzocht heeft hem eervol ontslag als minister te wiUen verlenen, teneinde hem bij de behandeling van een partikuliere aangelegenheid volkomen vrijheid van beweging te geven. Dit verzoek is wel één van zeer buitengewone aard. De reden, die de heer Sidnev J. V. d. Bergh er toe gebracht heeft zo kort nadat hij zijn funktie als minister van Defensie aanvaard had, is wel van een geheel droeve, afkeurenswaardige aard. Zij is gelegen in het feit, dat hij betrokken werd bij een echtscheidingsprocedure, warüi zijn aanstaande vrouw is verwikkeld en waarvan Amerikaanse en Franse persorganen uitvoerig melding hebben gemaakt

De heer van den Bergh werd voor een rechtbank in de Amerikaanse stad San Diego genoemd door een zekere heer Lek als toekomstige echtgenoot van zijn vrouw Helga Helena Lek.

De heer Lek verklaarde voor de rechtbank, dat zijn vrouw geschenken had ontvangen en in ontvangst genomen van de heer van den Bergh, waaronder kostbare juwelen, een sportauto en aanzienlijke geldbedragen.

Hij verzocht de rechtbank mevrouw Lek te verplichten beide kinderen uit hun huwelijk aan hem terug te geven en hem tevens het voogdijschap over deze kinderen te geven.

Dit hebben niet alleen Amerikaanse maar ook Franse dagbladen wereldkundig gemaakt, schrijvende, dat de Nederlandse minister van Defensie betrokken was bij een geval van overspel.

Het staat in deze wel vast, dat de ontslagaanvrage van minister van den Bergh vrij spoedig zal worden aanvaard. Wat de ontslagaanvragen van de twee staatssekretarisssn van het ministerie van Defensie, namelijk die van kapitein ter zee P. S. J-de Jong en luitenant-generaal b.d. M. R. H. Calmeyer, betreft, welke tegelijk met die van de minister bij de Koningin zijn ingediend, wordt algemeen aangenomen, dat deze zullen beantwoord worden met het Koninklijke verzoek om de werkzaamheden voorlopig te blijven voortzetten.

Minister-president en minister van Algemene Zaken Prof. Dr. J. E. de Quay zal als minister ad interim de portefeuille van Defensie beheren, nadat het gevraagde ontslag verleend is.

Aangenomen wordt, dat er naar gestaan zal worden om zo spoedig mogelijk een opvolger van de heer van den Bergh te verkrijgoi, maar dit kan nog wel eens niet zo vlot gaan en nog wel heel wat voeten in de aarde hebben.

Ook is men algemeen de opinine toegedaan, dat de toekomstige minister een man van de V.V.D. za] zijn. Ofschoon er nog geen namen van bepaalde kandidaten zijn genoemd, Hgt dit toch wel voor de hand, ook al met het oog daarop, om in de verhouding der partijen in het ministerie geen verandering aan te brengen.

Wordt de toekomstige minister van Defensie gevonden, dan zal hij, zoals bij de wet is voorgeschreven, door de Koningin worden benoemd en beëdigd. Dit kan ook in Italië geschieden, waar Koningin Juliana thans met vakantie vertoeft en waar zij nog ongeveer twee weken hoopt te verbHjven. Doch allicht zal het niet nodig zijn, dat de minister zich ter beëdiging naar Italië begeeft, want het is moeihjk aan te nemen, dat alvorens de Koningin naar Nederland terugkeert, er reeds een opvolger voor de afgetreden minister van den Bergh gevonden zal zijn; ook al daarom, omdat de andere partijen geen van alle op de waarneming van het departement van Defensie door één hunner mannen gesteld zijn.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen