VOOR DE JEUGD

oota KOOS

Beste neven en nichten!

Bertus van den Broek vroeg of de oplossingen van zijn zus Leni en van hem in één brief aan Oom Koos kunnen toegezonden worden. Ja, dit kan, wanneer er maar voor gezorgd wordt, dat op de brief de juiste postzegel wordt gedaan. Als de brief niet zwaarder weegt dan 20 gram: , dan is een postzegel van 12 cent voldoende. Boven de 20 gram tot 100 gram moet er een postzegel van 25 cent op, zodat men dan 1 cent duurder uit is dan bij het verzenden van twee brieven van elk beneden de 20 gram. Dat weet je dus weer, Bertus.

Voordat we nu de nieuwe raadsels geven, moet er eerst nog even wat recht gezet worden. In de opgave 623, raadsels voor de jongeren no. 3, stond in , , De Banier" van S maart vermeld, dat het gevraagde tekstgedeelte voorkomt in Jozua 18. Dit moet echter Jozua 8 zijn. Hoewel verscheidene neven en nichten de oplossing van dit raadsel toch gevonden hebben, zullen wij dit raadsel als vervallen beschouwen. Het telt dus niet mee bij het bapalen van het toekennen van de prijs. Thans gaan wij de nieuwe raadsels geven van

OPGAVE 626

Jongeren:

1. [Een tekstgedeelte uit het boeik Mattheüs bestaat uit 70 letters. Welk tekstgedeelte wordt bedoeld als het volgende bekend is? 89 11 51 21 54 en armen ontmoeten elkander (Spreuken). 66 14 59 2 33 7 43 zeide: God van de 'hemel zal het ons doen gelukken. De 48 60 25 is nauw, die tot het leven leidt. Farao zag in zijn droom zeven vette 4 67 17 23 46 57. Gelijk een 16 52 10 32 schreeuwt naar de waterstromen. Alzo Hij is het afschijnsel Zijner 1 19 26 15 27 28 9 45 49 7 13. Uw vader heeft het 64 31 55 85 24 36 53 kalf geslacht. Salomo werd door 41 37 40 5 12 tot koning gezalfd. Gelijk een arend zijn 6 61 58 63 opwekt (Deut. 32). En de knecht nam tien 29 56 68 69 20 2 22 (Genesis 24). Hij zal u hoeden met een ijzeren 35 3 42 62. De wolf en het 50 38 18 zullen tezamen weiden (Jesaja 65). Esn levende 30 34 70 44 is beter dan een dode leeuw (Pred. 9). ApoUos heeft 8 37 47 gemaakt (1 Kor. 3).

2. Noem de naam van: a. de vader van Obed. b. de vader van Macblon. c. de discipel die eerst wilde zien en daarna geloven'. d. de vader van Lot. e. de ^moeder van Izak. f. de spelonk waarin David verbleef. g. de grootvader van Salomo. h. één der zonen van Jakob, door Mozes een jonge leeuw genoemd < Deut.). i. de zoon en opvolger van koning Jotham. Welke naam vormen de eerste Ieit> ters der gevraagde namen?

8. Zoek uit elk der volgende zinnen eeo woord, zo, dat de woarden te­ zamen een tekstgedeelte vormen uit Mattheüs 13. a. Gij hebt mij overreed en ik ben overreed geworden. b. Maar de Heere is met mij. c. Twee zullen er zijn op de akker. d. Wee de ene, die gevallen is. e. Want aldaar is de tijd over alle werk. f. De wereld en haar begeerlijkheid gaat voorbij.

Oudesren.

1. 'Maak uit EMARIA MORIA KEDRONKALEB GASDASDEKKBDES'DED een tekstgedeelte, dat voorkomt in de eerste twaalf verzen van Mattheüs 27.

2. Zoek uit elk der volgende zinnen een •woord, zo, dat de woorden tezamen een tekstgedeelte vormen uit Johannes 18 na vers 15. a. Want Mijn voïïc heeft twee boosheden gedaan. b. Ik zal gewisselijk dit koninkrijk van u scheuren. c. Wie is met U in de hemel te schatten? d. Mijn oog zal niet verschonen. e. Van die dag af zochten zij Hem te doden. f. Deze mijn zoon was d'ood. g. Hiertoe ben Ik in de wereld ge-'komen.

3. Een tekst uit het boek Job bestaat uit 67 letters. Zoek deze tekst met behulp van de volgende gegevens:62 12 21 4 48 34 AA liet Jozef in de gevangenis opsluiten. 55 9 22 4 65 was de zoon en opvolger van koning Amazia. Lot en de zijnen vonden een wijkplaats te 58 41 64 15. 'Mijn söhapen horen Mijn 67 52 14 19. Gelijk de 35 23 49 7 60 zijn in de hand eens helds (Psalmen). Sommigen prediken ook wel Christus door 40 59 6 (Filipp.). Een 32 8 50 56 29 17 54 51 30 15 wordt tegenwoordig een middenstander genoemd. Komt voor in 1 Kon. 10. Uw goedertierenheid is tot in de 16 1 47 2 63 25 31. De zal ihen in het 11 39 42 37 24 behouden. 10 33 66 is een zangstem. Gij zult tot elk daarvan zeggen:26 46 28 20 3 uit (Jesaja). Mijn hart werd 45 61 5 57 in mijn binnenste. Zo 38 53 43 18 nog één of twee met u (Matth.). 27 moet geraden worden.

De oplossingen dezer raadsels m'Ogen nog NIET ingezonden worden. Thans volgt nog een gedeelte van het veiliaal over

JAKOB LEFEVRE

7.

Wij waren er bij gebleven, dat het Beda, wiens franse naam Bédier was, was gelukt om Lefèvres opvattingen aangaande Maria Magdalena, die met de roomse overleveringen in strijd waren, dooj-de theologische afdeling of fakulteit van de hogeschool te Parijs te laten veroordelen, doch dat hij daarmede nog niet tevreden was. Lefèvre moest volgens hem ooik door het parlement ak ketter gestraft worden, wat ook zonder twijfel zou ge-'beurd zijn indien Lefèvre niet de bescherming genoten had van de koning van Frankrijk, Frans I.

Deze koning was echter niet protestant, integendeel, hij was rooms en bekommerde zich om de waarheid, die naar Gods Woord is, helemaal niet. Zelfs openbaarde hij zich later als een verwoed tegenstander van de Hervorming en begon hij de protestanten hevig te vervolgen. In het begin van zijn regeerperiode liet hij zich echter beïnvloeden door zijn twee jaren oudere zuster Margaretha, de latere koningin van Navarre, die grote belangstelling had voor de nieuiwe leer, namelijk voor de leer welke door de hervormers uit Gods Woord was opgedolven. Zij was zeer bevriend met BriQonnet, de bisschop van Meaux, over wie wij reeds het één en ander verteld hebben en die er een warm^ voor-.•jtander van was om het volk meer met de inhoud van de Heilige Schrift bekend te maken. Ook las zij de door hem uitgegeven traktaten, en het was ook door Briccnnet, dat zij met Lefèvre in 'kennis kwam. Zodoende vond Lefèvre in haar een invloedrijke voorspreekster bij haar broer, de koning, die verhinderde dat Lefèvre door het parlement voor zijn zogenaamde ketterijen gestraft werd.

Rome zat echter niet stil. De geestelijk-'heid stelde alles in het werk om het werk der Hervorming te vernietigen. Toen dan ook de koning tegenslag had in door hem gevoerde oorlogen en bij Pavia zelfs verslagen werd, zodat hij gevangen genomen en naar Spanje gevoerd werd, werd dit door de vijanden der Hervorming uitgebuit om van alle ondervonden tegenslagen de schuld te werpen op de voortgang der Hervorming.

Dit had tot gevolg, dat de storm der vervolging over de protestanten in Frankrijk uitbrak en in het bijzonder in het bisdom Meaux, waar Lefèvre zijn verblijf had. De theologische fakulteit van 'de Parijse ho'geschool onderzodht de door Lefèvre uitgegeven preken en vond daarin niet minder dan 48 stellingen, die volgens haar ketters waren. De prekenbundel werd dientengevolge als een uitvinding van de duivel aangemerkt, zodat het 'boek moest worden verbrand met alle andere soortgelij'ke boeken. En niet alleen de boeken behoorden dit lot te ondergaan, maar ook de söhrijvers en de lezers er van, alsook degenen, die overeenkomstig de inhoud dier boeken preekten.

Nog voordat dit vonnis verscheen, had het parlement reeds het besluit genomen om een aantal doktoren der theologie, onder wie Lefèvre, een proces aan te doen. Dit keer kon Lefèvre helaas niet op de bescherming van Margaretha rekenen, daar deze Frankrijk verlaten had en naar Madrid was gegaan om daar voor de bevrijding van haar broer, Frans I, werkzaam te zijn. Lefèvre werd echter gewaarschuwd, zodat hij bijtijds naar Straatsburg kon uitwijken.

OOM KOOS

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen