Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buitenlands OVERZICHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenlands OVERZICHT

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

De politieke buitenlandse toesftand is Eorgwekkend. Oat was zij reeds geruime tijd en dat is zij nog steeds. Daarin komt maar geen verbetering. In weerwil van de betuigingen, dat men de vrede wil en niets dan de vrede, woedt er een soort van gewapende vrede. Het is daarbij zelfs zó gesteld, dat er maar één vonk in het geladen kruitvat behoeft te vallen, of alles staat in de lichte laaie van ds oorlogsbrand. Dat zulks niet geschiedt, hebben wij te danken aan de grote lankmoedigheid en verdraagzaamheid des Heeren, waarover men zich nooit genoeg verwonderen kan. Onder de mensen, de machtigen der aarde, zijn de wangunst, wrevel en wrok, haat en nijd zó hoog geklommen, dat wanneer het aan hen lag, zij elkander al lang te lijf gegaan zouden zijn. Doch zij zijn aUen zo tot aan de tanden gewapend, dat dit de meesten weerhoudt om tot de oorlog over te gaan, waarbij ook «; n vrij algemene vernietiging zou plaats vinden. Wij beleven de angstwekkende dagen, waarvan de Heilige Schrift gewaagt, dat zij zó verschrikkelijk zullen zijn, dat indien zij om der uitverkorenen wil niet verkort zouden worden, niemand het leven zou behoudeiu In tal van landen gist het toch dusdanig, dat er alle reden voor bestaat om de toekomst donker in te zien.

Zo is er het wroeten van de kommuni»tische rijken in de binnenlandse aangelegenheden van andere landen, dat schier overal in heel de wereld te konsta^ teren valt en dat de onrust ten top doet eüjgen. Op het ogenblik wordt er op Cuba zó gewroet, dat de Amerikaanse regering besloten heeft dit niet langer onbewogen te kunnen en te willen aanzien.

In de Veiligheidsraad is nu dezer dagen 4 het Amerikaans-Cubaanse geschil behandeld. De Cubaanse regering heeft de Amerikaanse van ekonomische agressie l> eschuldigd. Deze bestond daarin, dat de Amerikaanse regering geweigerd heeft langer van Cuba suiker te kopen tegen een prijs, welke aanzienlijk hoger ligt dan de op de wereldmarkt geldende prijzen. Zij heeft geweigerd de Cubaanse regering van Fidel Castro langer ekonomisch te steunen, nu deze niet alleen de Amer.kaanse bezittingen naast, doch ook er op uit is om op aUerlei wijze Russishe ekonomische en militaire steun te verkrijgen, en zij in naxïwe samenwerking met de Russische regering is getreden.

Hoewel de Organisatie der Verenigde Naties vaak als een spreekbuis voor de kommunistische propaganda met sukses gebruikt wordt, is het aan de Russische delegatie deze keer niet gelukt dit bij de behandeling van het Amerikaans-Oabaanse geschil in de Veiligheidsraad te doen.

Ondanks de oppositie van de Russische en de Poolse delegatie heeft de Veiligheidsraad besloten het geschil tussen Amerika en Cuba naar de organisatie van de Amerikaanse staten te verwijzen. Het voorstel daartoe was afkomstig van de gedelegeerden van Argentinië en Ecuador, die beide lid van deze Amerikaanse organisatie zijn.

De Cubaanse minister van buitenlandse zaken, Paul Rao, die voor deze zitting expres naar New-York was gekomen, verklaarde dat hij zich niet met dit voorstel kon verenigen, maar dat zijn regering niettemin voor de wil van de meerderheid zou buigen.

De verwijzing houdt in, dat Amerika en andere landen van het Amerikaanse kontinent de Cubaanse kwestie zullen kun­ nen ijespreken zonder inmenging van de kommunistische mogendheden. Tevens tekent het, dat de Russische regering er althans voorlopig niet in geslaagd is zeggenschap te bekomen in de onderlinge zaken van Zuid-Amerikaanse landen, die immer volgens een vaststaande traditie zelf zijn behandeld, met uitsluiting van andere niet-Amerikaanse landen.

De Russische gedelegeerde Sobolef probeerde nog wel de verwijzing te voorkomen door te bewersn dat de Amerikaanse regering het in deze organisatie voor het zeggen had, en hij zeide tegen de Amerikaanse gedelegeerde: „Blijf van Cuba aF', waaifcij hij echter verklaarde, dat dit geen bedreiging aan het adres van Amerika met raketten inhield.

De Amerikaanse afgevaardigde merkte op zijn beurt op: „Raak ons niet aan en blijf van degenen af, met wie wij betrekkingen hebben”.

Het is zeer opmerkelijk, dat hierbij de Monroeleer: „Amerika voor de Amerikanen", tan uitvoer is gebracht, welke in 1823 werd afgekondigd en sindsdien tot grondslag van de Amerikaanse politiek dient.

Het is zeer begrijpelijk, dat de Monroeleer allerminst naar de zin van Chroestsjef is. Hij heeft daar zelfs een openlijke aanval op gedaan toen hij verklaarde: Deze is verouderd en wij zullen er ons eventueel niets van aantrekken. Dit was wel een bijzonder grote bluf van hem, want hij heeft jdch er wel van aangetrokken, gelijk dit uit de behandeling in de Veiligheidsraad gebleken is.

Inmiddels gaat de penne-en woordenstrijd onafgebroken voort. De Engelse minister-president Macmillan heeft een vrij scherpe nota aan de Russische regering gezonden. Daarin werd de Russische Ijeschuldiging, dat de Engelse regering grote verantwoordelijkheid voor de spionagevlucht van de Amerikaanse RB^7 droeg, welke boven de Barentszee werd neergeschoten, met klem van de hand gewezen. Macmillan bracht hier tegenin, dat de Russische regering grote verantwoordelijkheid voor het neerschieten van het vliegtuig had.

In de korte nota, welke naar Moskou verzonden werd, schreef Macmillan aan Chroestsjef niet te begrijpen wat op het ogenblik zijn bedoelingen zijn.

De Russische regering was er heel vlug bij om de Engelse nota te beantwoorden. Iti dat antwoord werd gezegd, dat Macmillan de blaam van de schuldige naar de onschuldige had verschoven.

.Macmillan, die de nota en de brief in het Lagerhuis besprak, zeide, dat in de laatste twee jaren achttien spionnen van het kommunistische blok uit Engeland waren uitgewezen.

Ik vond het mijn plicht, zeide de Engelse minister-president, Chroestsjef een persoonlijke brief te zenden. Het was een brief, zo verklaarde hij nader, waarin ik ongeveer liet uitkomen wat het Engelse volk op het ogenblik van de situatie denkt. Het gevaar van deze situatie is, dat wanneer wij deze negeren, wij ons allemaal op een goede dag, per ongeluk of door fien misrekening, in een toestand kunnen bevinden, waaruit geen uitweg meer is.

Macmillan had in zijn brief de schuld voor deze situatie zonder meer op rekening van de Russische regering geschoven. Hij memoreerde het échec van de topkonferentie, de mislukking van de cntwapeningskonferentie en het opblazen tot een formidabele hoogte van het vliegtuigincident, en verwierp de Russische beschuldiging, dat de Engelse regering samenzwoer om de onafhankeüjkheid van Kongo te torpederen.

De Engelse regering, merkte MacmiUan op, heeft sinds de oorlog 510 müjoen mensen in het Gemenebest geholpen tot het bereiken van hun doel: de onafhankelijkheid.

Nog steeds staat Kongo in het brandpunt van de belangstelling. Daarover kan men nog uitgebreide besprekingen in de dagbladen aantreffen. Ook in deze kwestie staan de .\merikaanse en de Russische regeringen lijnrecht tegenover elkander. De Russische delegatie heeft in de Veiligheidsraad een resolutie ingediend waarin geëist wordt dat de Belgische troepen binnen drie dagen uit Kongo terugaetrokken moeten worden, terwijl het haar 7.eer wel bekend is, dat de Belgische troepen alleen in Kongo zich bevinden om aldaar het leven van hun burgers, vrouwen en kinderen, te beschermen.

Aan deze eis zal zeer moeilijk voldaan kunnen worden, te meer nu er bewijzen zijn, dat de Kongolese minister van voorlichting, Kasjamoera, de Kongolese bevolking onomwonden in opruiende toespraken tot moord op de Belgische inwoners heeft aangespoord. Deze Kongolese minister heeft een jarenlange opleiding in Praag gehad, waar een kommmiistische kaderschool gevestigd is, welke zich speciaal met de Afrikanen bemoeit. Het staat wel vast, dat deze Kongolese minister, die in zijn positie grote invloed uitoefent op de Kongolese bevolking, handelt in overleg en samenwerking met de kommunistische leiders achter het ijzeren gordijn.

Op kommunistisch bevel wordt alzo de Kongolese bevolking aangespoord tot moord op alle Belgen, wat de Belgische regering onmogelijk met over elkander gekruiste armen kan aanzien. Zij wordt gedwongen om tsr bescherming van haar biurgers op te treden. Dit verklaart de Russische regering agressie te zijn. Daaraan ontleent zij de bevoegdheid en het recht om aan Kongo steun te verlenen. Wat in weikelijkheid niet anders dan een voorwendsel is om de Kongo in haar machtssf.eer te betiekken.

De Amerikaanse regering, welke zich er bewust van is, dat er een groot gevaar dreigt, dat de Russische invloed in Kongo dusdanig groot wordt, dat de Russen in Kongo de heerschappij verkrijgen, heeft verklaard dat zij en haar bondgenoten alles in het werk zullen stellen om dit te verhinderen.

Zo woedt dan de koude oorlog in al zijn hevigheid thans in Kongo. Het is aldaar van lieverlede een strijd geworden op leven en dood, waarbij de kommunisten alles op het spel zetten, zelfs tot moord en doodslag aansix)ren, om hun doel te bereiken. Geen middel is daartoe te laag en te gemeen.

De toestand in Kongo is nog inmier zeer ernstig. Dit verklaarde de sekretaris-generaal Hammarskjoeld tijdens de debatten in de Veiligheidsraad. Hij zeide dat de Organisatie der Verenigde Naties thans verplicht was zich te wijden aan de zwaarste inspannüig sinds haar bestaan. Hij waarschuwde dat hij nog veel meer bijstand zou moeten vragen. Er was volgens hem geen tijd om te aarzelen, want hij meende dat deze periode beslissend was, niet slechts voor de toekomst van de Organisatie der Verenigde Naties, doch ook voor de toekomst van Afrika. En dat kan volgens hem in de huidige omstandigheden veel betekenen voor die van de gehele wereld. Hij verklaarde verder, dat zijns inziens de resolutie, die de Veiligheidsraad reeds aangenomen had, ten doel had de politiemacht van de Verengide Naties te doen optreden. Hammarskjoeld had deze zün zienswijze ter kennis gebracht van de premier van Katanga, die gezegd had, dat hij de troepen van de Verenigde Naties niet in zijn gebied zou toelaten, omdat Katanga zich onafhankelijk had verklaard, terwijl de sekretaris-generaal Kongo als één geheel beschouwt.

In de debatten, welke gehouden werden, zeide de Russische gedelegeerde, dat België zijn tioepen binnen drie dagen moet terugtrekken en dat België ach J20 agressie had schuldig gemaakt. Een „Ujjoe eis heeft de Russische regering (X)k tegenover de Amerikaanse regering oesteld. In antwoord daarop heeft de ^jjerikaanse regering verklaard, dat zij geen gevechtstroepen in Kongo had, jgar er slechts een groep Amerikaanse militairen was, welke assistentie verleent jjij de overbrenging van troepten, voorraden fn voedsel. Zij heeft daarbij tevens verklaard, dat zij de Russische eis jls een weloverwogen, eenzijdige poging Ijeschouwt om het werk van de Organisatie der Verenigde Naties in Kongo te verhinderen. Wat nu de Russische regerinf zal doen, nu de Amerikaanse regering haar eis definitief heeft afgewezen, zal pas in de toekomst blijken.

In deze debatten hield de Kongolese gedelegeerde een gematigde rede, waarin hij vertclaarde, dat er in Kongo prijs gesteld werd op een samenwerking met de Belgen, en waarin hij toegaf dat er ergerlijke wreedheden bedreven waren, doch niet alleen door de Kongolezen.

De Belgische minister van buitenlandse zaken, Wigny, verklaarde dat de muitende troepen het de Kongolese regering onmogelijk gemaakt hebben het land te regeren en de orde te handhaven. In de daarop volgende chaos waren Belgische burgers aan de ergste wresdheden onderworpen. Velen hurmer waren gedood en vrouwen waren geschonden in afschuwelijke omstandigheden, waarvan de minister schokkende voorbeelden gaf. Het waren zulke ornstandigheden, die de Belgische troepen niet sechts het recht gaven, doch de absolute plicht oplegden om tussenbeide te komen. Hij bevestigde tevens opnieuw, dat België zijn troepen zou terugtrekken zodra de eenheden van de Verenigde Naties in staat waren de openbare veiligheid te verzekeren. Hij droog er op aan, dat de komst van meer troepen ten zeerste zou worden bespoedigd, en stelde voor dat er een internationaal onderzoek zou worden ingesteld aangaande de bedreven wreedheden en gruwelen.

Er is aan het verzoek van Loemoemba, om de debatten uit te stellen totdat hij in New York zou kunnen aanwezig zijn, niet voldaan. Ook heeft men zijn dreigement, dat hij Russische troepen te hulp zou roepen, voor kennisgeving aangenomen. Men is voortgegaan met de besprekingen. -

Dit heeft tengevolge gehad, dat de Veiligheidsraad met algemene stemmen een resolutie heeft aangenomen, waarin België verzocht wordt zijn troepen spoedig uit Kongo terug te trekken. Een tijdslimiet wordt in deze resolutie zelfs niet gesteld.

Zelfs hebben de Russische en Poolse gedelegeerden hun stem voor de resolutie uitgebracht. iDe Russische gedelegeerde neeft zijn ontwerpresolutie, waarin terugtrekking binnen drie dagen van de «agressor" België werd geëist, na aanvaarding van de resolutie van Tunesië en Ceylon ingetrokken, wel hegrijpende < Jat er niet de minste kans bestond dat zijn resolutie werd aangenomen.

In de aangenomen resolutie wordt de gespecialiseerde agentschappen van de Organisatie der Verenigde Naties verzocht aan sekretaris-generaal Hammars-Moeld alle bijstand te verlenen, die hij nodig mocht hebben bij het verlenen van ^ steun aan de Kongo.

De Belgische regering kan over de gang ^an zaken alleszins tevreden zijn. De "Ussische beschuldiging van België als agressor heeft niet de minste indruk geblaakt. Zij is daarmede deerlijk in de kou '''ijven staan.

Ten aanzien van Katanga is er geen bes& sing gevallen En dit te meer niet omoat er nog een groot aantal centra in •^^igo moet worden bezet, alvorens er van een bezaettmg van Koago sprake zal kunnen zijn.

Het is bovendien in Kongo op alle plaatsen bij lange na nog niet rustig. In Leopoldstad staat nog een aantal Belgen op punt van vertrek. Zij verkiezen niet in deze stad te blijven na het vertrek van de Belgische parachutisten. Er zijn drie Amerikaanse .iiCgtuigen met vluchtelingen uit Stanleysiad in Leopoldstad aangekomen. Deze vluchtelingen verklaarden, dat oostelijk Kongo het toneel van gewapende muiters op grote schaal is. Volgens hen stropen groepen muitende mihtairen rovend en brandstichtend het land af.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juli 1960

De Banier | 8 Pagina's

Buitenlands OVERZICHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juli 1960

De Banier | 8 Pagina's