JEUGD

OOM KOOS

Beste neven en nichten!

Wij beginnen met een - woord van hartelijk welkom tot onze nieuwe nicht Adrie de Bree te Grijpskerke, met wie wij er weer een Zeeuwse nicht hehben bijgekregen. Onder de neven en nichten nemen de Zeeuwen een belangrijke plaats in, en het opmerkelijke is wel, dat er bij zijn, die al jaren meedoen. Doe maar goed je best, Adrie, dan zal de prijs na enige tijd wel komen. En nu gaan we eerst de oplossingen vermelden van de raadsels der opgaven 705 tot en met 708.

OPGAVE 705

Jongeren:

1. Het is beter te gaan in het klaaghuis dan in het huis des maaltijds. (Hiskia, Gamaliel, Ester, Benhadad, tijd, tegen, gisteren, haast, huis, Hanna, ut). 2. Oneslmus (Obed, Noach, Eskol, Sodom, Ismaël, Moab, Sinear). 3. Methusalah.

Ouderen:

1. Eeuwige blijdschap zal op him hoofd wezen. 2. Beter is het aanzien der ogen. 3. Daar werd wederom tweedreicht onder de Joden om dezer woorden wil. (zwaard, wonde, wereld, Noach, Jona, doden, redenen, Romein, wreed, der, dood, tot).

OPGAVE 706

Jongeren:

1. Daarom zijn strikken rondom u en vervaardheid heeft u haastelijk beroerd, (bazuin, Darius, Stefanus, voedsterheer, kemel, rijken, haat, hand, drijvers, koord, mcied). 2. Magor-Missabib. 3. Libanon (Lodebar, Isai, Bethanië, Amon, Nahor, Og, Naomi).

Onderen:

1. Vertrouwt met op valse woorden. 2. Want zij zullen Mij allen kennen. 3. En Salomo had twaalf bestelmeesters over gans Israël, die de koning en zijn huls verzorgden. (Stefanus, schijnt, versoenlng, rover, roede, gisteren, zoeken, hemelen, Dagon, Islam, Baal, was, ds, hinde, 1).

OPGAVE 707

Jongeren:

1. Leer de jongen de eerste b^inselen naar de eis zijns wegs. (Jona, Eli, twee, ijzer, geel, Genesis, raderen, beginne, 2 x des, s, n). 2. Samaria (Ahasveros, Gaza, Mirjam, Obadja, Hagar, Levi, Elkana). 3. De Heere zal genade en eer geven.

Ouderen:

1. Maar toen zijn hart zich verhief. 2. IiBvi, de zoon van Alfeüs. (filosofen, velen, Uz, Eva, Ada). 3. Wie heeft haar maten gezet, want gij weet het, of wie heeft over haar een richtsnoer getrokken? (fakkelen, farizeërs, vijgen, toomt, 2 x geweten, weten, hamer, citroen, heet, weet, Pihahlroth, hart, ij).

OPGAVE 708

Jongeren:

1. Toen zag ik, en zie, een stormwind kwam uit het noorden af, een grote wolk en een vum: daarin vervangen, (verzenen, verzoeiken, giraf, wateren, vernederen, twisten, klederen, koning, wond, mug, hut, Anna, tam. Al, ooilam, o). 2. Door Mij regeren de koningen. 3. Benhadad (Boaz, Eliëzer, Noach, Hanna, Areopagus, Daniël, Achab, Dagon).

Onderen:

1. In zes benauwdheden zal Hij u verlossen. 2. En Saulus verwoestte de gemeente, gaande in de huizen en trekkende mannen en vrouwen, leverde ze over in de gevangenis. (Samuel, leeuwen, verzadiging, verkeren, veelheid van woorden, £»denken, vreeën. Genesis, nut, stonde, wreed, tenten, Anna, heden, eer).

Nu volgen de nieuwe raadsels van

OPGAVE 713

Jongeren:

1. Zoek een tekstgedeelte uit het boek 1 Koningen met behulp der volgende gegewens: 47 1 8 39 30 53 bracht Simson ten val. De Heere doet de woestijn 36 12 19 4 10 beven. Die 42 7 50 49 21 28 40 heeft onder Pontius Pilatus. Eén van de twee broexs van Abraham heette 2 32 15 24 46. 11 25 37 51 en 41 48 35 14 geven samen gemengd oranje kleur. Het gras is 3 18 45 6 38. 54 26 9 20 is een getal beneden tien. 5 22 33 43 2 is het tegengestelde van liefhebben. De 31 44 17 27 is verslonden tot overwinning. 52 29 13 23 is erg warm. 34 16 is een muzleknoot. 2. Noem de naam van a. de spelonk waarin Sara begraven werd. b. een dal, bekend om zijn druiven (Oude Testament). c. een purperverkoopster. d. het eiland waar Barnabas geboren werd. e. de koning die cederhout aan Salomo leverde. f. de zoon van Hagar. g. de priester, die stom gemaakt werd. h. de man van Naomi, i. de vrouw, die veel voor de armen deed. j. de tweede zoon van Jozef. k. de hogepriester in Israël tijdens Pontius Pilatus. Welke naam vormen de eerste letters der gevraagde namen?

Ouderen:

1. Maak door een andere rangschikking der letters van EiETTHGELIPITLAS de naam van een koning van Assyrië ten tijde van Achaz, koning van Juda. 2. Een tekstgedeelte uit 2 Kronieken bestaat uit 85 letters. Zoek dit tekstgedeelte met behulp der volgende gegevens: 40 1 59 33 22 12 53 64 7 71 83 was een koning van Salem, zonder geslachtsrekening. 36 51 69 31 67 21 34 was één der drie vrienden van Daniël. 15 80 73 24 78 38 was een goddeloze koningin. Koning 9 62 46 82 42 liet Jeruzalem herbouwen. 26 45 57 18 85 74 25 in de hoogste hemelen. De Heere Jezus werd van allen 77 48 66 72 37 65 5 13. De 29 8 23 70 35 is wel gewillig. Gij vertient de munte en de dille en de 49 44 56 54 2. Bij wie van uw knechten hij zal 14 27 17 41 19 47 76 6 worden. 43 32 79 ondersteunde met Aaron de arm van Mozes. Een druppel aan de 30 63 61 84 31. Hij wierp een duivel uit en die was 20 28 10 52. Er kwamen vingeren, die schreven op de kalk van de 50 68 19 69. 75 81 11 is een vat. De kamerling was een 63 4 55 79 40 58 2. Een 85 39 60 3 is een muziekterm.

De oplossingen der raadsels mogen nog NIET ingezonden worden.

OOM KOOS

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen