Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De beginselen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De beginselen

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

der Staafkundig Gereformeerde Partij

Artikel 1 van het beginselprogram der S.G.P.

VIII.

De Staatlpi'ndiig Gereformeerde Partij heeft zich nimmer kunnen veneiïigen met het door Dr. Kuyper vioorgestane 'beginsel, dat het staatsgezag ten 'onzent ni-et rechtstreeks noch door 'de ultepraak van enige kerk, doch sileohts in de oonsciëntie 'van 'die loverheidispersonen aan de goddeiijtee ordinantiën gebonden 'is. Ook niet met die redaktle van artikel 3 van het antirevolutionaiipe beginselprogram, zoals dit to 1934 werd gewijzigd on ^er voege, dat in plaats van „overheiidspersiomen" de woorden „over- 'heid en onderdaan kwamen te staan.

Om dit te bewijzen 'achten wij 'het het beste om eens iets uiit een Kamierrede naar voren te brengen, welke in 1927 in de Tweede Kamer bij de Algemene Beschouwingen over de rijksbegrottog voor 1928 door Ds. Kersten werd uitgesproken.

Door het ian'feireV'Oluttionaire Kamerlid, de heer Heemsikerk waren bij 'die 'gelegenheid enkele opmterfciingen 'gemaakt ter toelichting 'van het sitandpunt der 'antlrevoluti'onairen in zake de overheid, wat Ds. Kersiten aanleiding gaf daartegen het navolgende op te merken.

Ds. Kersten sprak daarbij als volgt: „Over arfeikei 3 van het program van 'beginselen 'der Antirevolutionaire Partij werden enkele opmierkinigen 'gemaakt, die, 'alls iik het goed begrepen heb, 'die inidiruk moesten vestigen, dat, als het lantdrevolTitionaiire alleen in de oonsciëntfe der loverheiid (het staats.'gezag bindt laan Gods Woord, het toch niet zulk een zwaikke band zij, die hier gelegd is. In 'dlat artikel 3 van het begit^elprogram staat het volgende:

„Ook op staatkun'dig terrein be- 'Uj'dt zij 'de eeuwige beginselen, 'die ons in Gods Woord geopenbaard izijn; "

Stond er nu maar een pimt, mijnheer de voorzatter, maar helaas, er staat een kommapunt, en dan volgt de beperkinig:

„zo evenwei, dat het staatsigezag ten ionzent, noCh rechtstreeks gehjik in Israël, noch door 'de uitspraak van enige kerk, miaar in 'de oansdëntie beide van overheid en onderdainen aan de 'ordiinanitóën Gods gebonden zij".

Het betoog van de heer Heemskerk heeft mij niet kunnen overreden. Ik heb wel eens gehoord van ruime, van zeer ruime consoiëntles, van oonsciënties, die zo ruim waren, 'dat men er met een wagen met twee paarden in 'kon omkeren. Als er zulke consoiënties zijn, kunnen ov'erheiidspersonen die 'Ook hebben, en wat Mij ft er 'dan van de band aan Gods Woord over?

Dr. Kuyper, en dat zegt voor de an- 'tirevolutioniaire heren toch wel iiets meer, erkende dit 'bezwaar. Over de ordinantiën Gods schreef hij:

„Wij verhelen ons zelf volstrekt niiet, dat hierbij 'de mogelijkheid bestaat, dat de consciëntie der loverhei'd voor 'de 'invloeden van Gods Woord geheel ongenaakbaar 'is. Het kan zijn, 'dat 'de overheid, zelfs van een gedoopte na- 'tie, öf geheel 'afvalle van het geloof en zich driestweg tegen de christelijke beUjdenis kere, öf wei onder een soort christelijk maasker een nog vixmiiger en gevaarUjker, wijl bedefcter, strijd voefre tegen wat bij Gods Woord leeft".

Is nu 'hier niet erkend, idat de band der consciëntie van de overheid zeer rekbaar is? Is de consciëntie de band die God tegt? Of bUjft Hij eisen volbrenging van Zijn wil, bekend uit Zijn Woord en neergelegd dienovereenkO'mstig in onze gereformeerde beUjdenis? Kerk en overh'ei'd staan naast ölkaar; zijn niet te scheii'den; vooral niet in het histerlsch Oalvioistisoh Nederland. Hier is niet de kerk in de staat gesiticht, maar veeleer de staat aan de kerk, als tot haar behorend, opgetrokken.

Ik heb tegen artikel 3 van het program der antirevolutiionafire partij 'het 'ernstige bezwaar, dat de kerk wordt uitgeschakeld, dat de ban'd aan GO'ds Woord 'gelegd wordt in de consciëntie van overheidspersonen en volk, dat arbLfcel is de vrucht van het on'dergraven der Nederlandse gereformeerde belij - denis.

De heer Heemskerk durfde met grote nadruk zeggen, dat het standpunt onzer vaderen ongereformeerd was. Daartegenover zou ik 'd'urven en kunnen zetten het ongereformeerde van 'de neo-gereformeerden onzer dagen. Ik zou kunnen wijzen op de schrikkehjke gevolgen van het standpunt dier vrije studie van Gods Woord, op Dr. Geeafcerken en zijn geestesrichting, op vele symptonen der Vrije Universiteit, als sprekende bewijzen van het noodzakeUjke steeds, ook 'op staatkundig erf, de vaste band te bewaren 'aan de belijdenis der vaderen en niet aan de over- 'heldspersonen over te laten Gods Woord vrij te bestuderen en 'in hun consciëntie het staatsgezag te 'binden aan Gods Woord".

Bij de repM'eken kwam Ds. Kersten nader op bovenvermelde kwestie terug 'in antwioord op de opm'erkiin- 'gen, die de 'heer Heemskerk had gemaakt.

Ds. Kersten zei hii'erbij het volgende: Mij'nheer de voorzitter!

Als ernstig punt van 'geschil is in gedin'g 'de roep'ing 'der 'overheid. Het dispuut koncentreerde zich 'om artikel 3 van het program van beginselen 'der A.R.P. De ui'tlegging, die de heer Schouten aan idit artikel gaf, kwam mi. m'et 'de strekking van dit artikel niet O'vereen. De heer Schouten toch beweerde, dat ieder naar 'inspraak van zijn consciëntie handelt en dat dit artikel van het 'antirevolutionair program düt voor 'de overheid voorschrijft. Natuurlijk, een ieder hebbe naar de inspraak zijner consciëntie te handelen, en het is aan nd'eman'd geraden iets tegen zijn consciëntie te doen, gelijk Luther zeide. Maar zo 'iets behoeft men toch niet in een artikel van het beginselprogram te zetten! Indien men niets an'ders wil zeggen, dan is wat 'daar staat in het anti-revolutionair program 'helemaal overbodig.

In artdk'el 3 van het 'antirevolutionaire ixrogram heeft de uitdruk- 'king, die over 'de consciëntie handelt, echter beperkende be'tekenls. De A.R.P. belijidt niet de beginselen van Gods Woord op staatkumdig terrein zonder meer; zij belij'dt ze zó, 'dat het staatsgezag al'leen in de consciëntie der overheidspersonen en van het volk aan de ordinantiën Gods gebonden is. Dat

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 november 1962

De Banier | 8 Pagina's

De beginselen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 november 1962

De Banier | 8 Pagina's