Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Toenemend verzet tegen de P.B.O.-„schappen”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Toenemend verzet tegen de P.B.O.-„schappen”

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onlangs maakten wij in De Banier melding van het toenemend verzet tegen de bedrij fsschappen voortvloeiend uit de wet op de P.B.O. Daarbij bleek, dat het verzet tegen deze „schappen" niet slechts onder de boeren wordt aangetroffen, maar ook onder schoenmakers, bollenkwekers en taoUenexporteurs, terwijl men in verscheidene takken van de industrie, zoals o.m. de metaalnijverheid, niets van de P.B.O. moet hebben.

KAPPERS

Van één onzer lezers, lid der S.G.P., werd nu kort geleden een schrijven ontvangen, waaruit blijkt, dat ook onder de kappers al ontevredenheid bestaat over de dusgenaamde „schappen". De desbetreffende partijgenoot schrijft, dat zijn zaak bestaat uit een herenkapsalon verbonden met een sigarenmagazijn. Voorts, dat hem ook dit jaar weer een kwitantie is aangeboden niet alleen door het bedrijfschap voor kappers, maar ook door het Hoofdbedrijfschap Detailhandel - Hoofdbedrijfschap Ambachten. Zoals voor zovelen, die dergelijke kwitanties op hun dak gestuurd krijgen, is het ook voor onze partijgenoot een raadsel waarom hij moet betalen voor iets, waarom hij nooit heeft gevraagd, terwijl hem ook niet bekend is wat er met dat geld wordt gedaan. Dit jaar werd het te betalen bedrag maar weer met 3 gulden verhoogd zonder dat daarvoor de reden werd opgegeven. Voorts was op een schrijven, waarin om een verklaring van één en ander werd gevraagd, nog geen antwoord verkregen.

SCHILDERS

Van een andere partijgenoot ontvingen we een schrijven over het vermeende nut van het bedrijfschap voor de schilders. Hij is zelf geen schilder, maar wel heeft hij met deze bedrijfstak van nabij te maken, zodat hij in staat is met kennis van zaken te oordelen. Volgens hem nu is het nut van dit bedrijfschap nihil.

Bepaalde activiteiten van dit schap zoals het verlenen van vergunningen tot het uitvoeren van schilderwerk in tarief, waarvan het doel is verhoging der produktie en het dekken der zwarte lonen: alsmede het verlenen van loondispensaties bestaande in het geven van toestemming tot het uitbetalen van hogere of lagere lonen dan rechtens volgens de C.A.O. is toegestaan en waarvoor een aparte commissie is ingesteld met gevolg hoge declaraties, veel formaliteiten zonder enig effect, zouden volgens onze briefschrijver zeer goed kunnen worden uitgevoerd door de bestaande vakorganisaties.

Vervolgens zou volgens hem het verlenen van bemiddeling bU geschillen omtrent het uit te voeren of het reeds uitgevoerde schilderwerk, zowel bij particulieren als in de woningbouw, kunnen worden verricht door reeds bestaande commissies.

En wat betreft het geven van voorlichting omtrent schilderwerk, verftoepassing en organisatie van het schildersbedrijf, dit komt grotendeels ten goede aan de klant. Onze partijgenoot acht het beslist onbillijk, dat de schilders voor de kosten hiervan moeten opdraaien. Ten slotte worden door het bedrijfschap ook nog bedrijfsvergelijkende onderzoeken verricht, zoals naar rentabiliteit, solvabiliteit en liquiditeit, maar ook deze activiteiten en de gegevens, die hierdoor worden verkregen, zouden volgens hem door andere instellingen zoals b.v. het „Centraal Bureau voor de Statistiek" kunnen worden verricht. Daar komt nog bij, dat van al deze activiteiten slechts een klein aantal schildersbedrijven kan profiteren namelijk in eerste instantie de grote bedrijven. Hiervoor moeten dan alle bedrij f s- genoten opbrengen, ook dus de kleine schildersbedrijven. Ieder van hen is verplicht jaarlijks zijn omzet op te geven, en dan aan de hand hiervan het bedrag der heffing vast te stellen.

Het is dus zeer goed te begrijpen, dat ook in de schildersbranche de ontevredenheid zeer groot is, en dat men aldaar hoe eerder hoe liever van heel het P.B.O.-gedoe af zou zijn.

Nog in een andere tak van het bedrijfsleven is de laatste weken zeer grote ergernis door het instellen van een P.B.O.-„schap" verwekt namelijk in dat van de fotografen, doch hierover meer in een volgend artikel.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 juli 1963

De Banier | 8 Pagina's

Toenemend verzet tegen de P.B.O.-„schappen”

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 juli 1963

De Banier | 8 Pagina's