Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

PRINSJESDAG

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PRINSJESDAG

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Begunstigd door bijzonder mooi weer, waren op de dag van de opening der Staten-Generaal, gewoonlijk Prinsjesdag genoemd, duizenden op de been om getuige te zijn van de kleurrijke stoet, waarvan de Gouden Staatsiekoets met Hare Majesteit de Koningin en Z.K.H. Prins Bernhard het middelpunt vormen.

Toch was het ditmaal op verschillende punten langs de route minder druk dan vorige jaren. Een der voornaamste redenen hiervan zal ongetwijfeld wel zijn, dat er ditmaal na de opening der Staten-Generaal geen rijtoer van het koninklijk gezin door de stad plaats vond. Dat dit niet gebeurde, was overeenkomstig de wil van H.M. de Koningin zelf, die hiervoor als reden had opgegeven, dat er nog maar betrekkelijk kort geleden een rijtoer door de stad had plaats gehad, namelijk bij gelegenheid van de verloving van Prinses Beatrix met de heer Von Amsberg, waarbij er een innig contact tussen het koninklijk gezin en het verloofde paar in het bijzonder, met het volk had plaats gehad.

Een reden, welke alleszins begrijpelijk en te bilüjken is, al is het anderzijds ook aannemelijk, dat vele niet-Hagenaars, die anders op Prinsjesdag naar de residentie gekomen zouden zijn, hiervan nu hebben afgezien en van de gedachte zijn uitgegaan, dat ze de stoet met de Gouden Koets wel op het scherm van hun televisietoestel konden zien, waarbij dan ook alles in de ridderzaal kon worden gevolgd. Dit schrijvende moet men niet menen, dat het onze bedoeling is hiermee de televisie aan te bevelen, zoals, naar ons het vorige jaar bleek, door enkele lezers werd gedacht, doch uitsluitend om op een feit te wijzen, dat door niemand kan tegengesproken worderL Ons standpunt ten aanzien van de televisie hebben wij meermalen in De Banier vertolkt, zodat hierover onzes inziens geen misverstand behoeft te bestaan. Dit kan ons echter de ogen er niet voor doen sluiten, dat er zeer velen zijn, die de gebeurtenissen op Prinsjesdag op het televisie-scherm volgen, in plaats van er voor naar Den Haag te gaan.

WelUcht heeft voor het doen vervallen van de middagrijtoer ook nog gegolden de gebeurtenis, waarop H.M. de Koningin in haar Troonrede zinspeelde, namelijk het voorgenomen huwelijk van Prinses Beatrix met de heer Von Amsberg, dat, zo de Heere wU en wij leven, omstreeks half maart zal plaats hebben. Dit huwelijk zal volgens de berichten wel in de hoofdstad des lands, Amsterdam, voltrokken worden, maar het wil ons voorkomen, dat het gehuwde paar ook aan Den Haag wel een bezoek zal brengen.

Behalve deprinsessenBeatrixcnMargriet maakte nu voor het eerst ook Prinses Christina deel uit van het koninklijk gezelschap, in de ridderzaal, welke voor deze gelegenheid wederom prachtig versierd was met chrysanten in allerlei kleuren, voornamelijk geel, rood en oranje.

De Koninklijke stoet had ook thans weer de traditionele volgorde van rijknechts, een detachement der Koninklijke Marechaussee van 36 man sterk, een compagnie van het Garderegiment Gren'adiers met het Vaandel en de Koninklijke Militaire Kapel. Voorts een compagnie van het Garde Regiment Jagers met het Vaandel, dan de als Ceremoniemeester dienst doende Kamerheer, gezeten in een rijtuig met twee paarden bespannen en de Dame du Palais van dienst met twee Groot-Officieren, ook in een rijtuig met twee paarden er voor. Hierna de Grootmeesteres en de Grootmeester, gevolgd door de Prinsessen Beatrix, Margriet en Christina, gezeten in een calèche met postUjonbespanning en één voorrijder, evenals de vorige rijtuigen begeleid door lakeien. Hierachter kwam een commando Rijkspolitie te paard en daarop volgde de Staatsiekoets met acht paarden bespannen, begeleid door koetsiers en lakeien met de Chef van het Militaire Huis ter rechter-en de Gouverneur der Residentie ter linkerzijde een weinig achter het portier. Achter de Staatsiekoets nog twee Adjudanten en tot sluiting van de stoet nog een commando Rijkspolitie te paard. Heel de stoet stond onder leiding van de Eerste Stalmeester van H.M. de Koningin.

Vanaf het paleis aan het Lange Voorhout ging de stoet over de Kneuterdijk, de Lange en Korte Vijverberg voorbij het Mauritshuis naar het Binnenhof.

Te kwart voor één had zich aan de ingang van de Ridderzaal een aantal Grootofficieren, Kamerheren enAdjudanten opgesteld voor de ontvangst van het koninklijk gezelschap, waaraan ook werd deelgenomen door een Commissie samengesteld uit enige leden der Eerste en Tweede Kamer.

Nadat de dienstdoende Ceremoniemeester de komst van de Koningin had aangekondigd, verhieven alle aanwezigen in de zaal zich van hun zetels, terwijl het KoninkUjk gezelschap, begeleid door de leden der Commissie, zich naar de voor hen bestemde plaatsen begaf.

Zodra de Koningin op de troonzetel had plaats genomen, las Zij de Troonrede voor. Na de voorlezing verrees de president der Eerste Kamer van zijn stoel en hief een drievoudig „Leve de Koningin" aan, wat uit de zaal met hoera's werd beantwoord.

Hierna begaf het Koninklijk gezelschap zich met zijn begeleiders naar de ontvangkamer, alwaar de Koningin, de Prins en de Prinsessen zich nog enige tijd met de leden der Com-0iissie onderhielden. Vervolgens werd de terugtocht ondernomen naar het Paleis aan het Lange Voorhout. De plechtige opening dér Staten-Generaal voor de zitting 1965-1966 behoorde hiermee weer tot het verleden.

Zal na deze nog vele malen de opening der Staten-Generaal plaats hebben zoals wij dit gewend zijn? Geen mens is er, die hierop een afdoend antwoord vermag te geven. Dit is alleen de Heere bekend. Wel kan de vrees wel eens bekruipen, dat er een einde aan komt, wanneer we namelijk acht geven op de roepende zonden van land en volk. In de eerste wereldoorlog werd ons land nog gespaard, in de tweede werden land en volk betrokken. De leden van het Koninklijk Huis namen de wijk naar het buitenland. Vijf jaar achtereen geen opening der Staten-Generaal en dus geen stoet met Gouden Staatsiekoets, geen pracht en praal van schitterende uniformen. Inplaats daarvan ellende op ellende: vernieling, rouw en honger, totdat God de Heere verlossing gaf. Het werd de Koningin en de andere leden van het Koninklijk Huis vergund naar het vaderland te mogen terugkeren. Heeft de tuchtiging van overheid en onderdanen heilzame vruchten afgeworpen? Is er gebroken met zoveel wat door Gods Woord en Wet wordt veroordeeld? Helaas moet hierop ontkennend worden geantwoord. De ontheiliging van Gods Naam en dag, om maar enkele roepende zonden te noemen, gaat voort. Hierop ziende is er op grond van Gods Woord zeer zeker reden om het ergste te vrezen, al is de verdraagzaamheid en lankmoedigheid Gods zeer groot. Ware dit niet zo, er zou reeds lang een einde met land en volk zijn gemaakt. Desniettemin komt aan de lankmoedigheid en verdraagzaamheid Gods eens een eind, zoals we dat vooral in de twee achter ons liggende wereldoorlogen hebben ondervonden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 september 1965

De Banier | 12 Pagina's

PRINSJESDAG

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 september 1965

De Banier | 12 Pagina's