Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit het Parlement

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit het Parlement

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Na de opening der Staten-Generaal door H.M. de Koningin kwam de Tweede Kamer de vorige week dinsdag om 3 uur bijeen. Een vergadering, die slechts kort duurde.

Nadat eerst de beide oud-ministers van de V.V.D.^ de heren Toxopeüs en Witteveen, alsmede de heer Hogendorp van de P.v.d.A., als leden der Kamer geïnstalleerd waren, waarbij eerstgenoemden de eed en laatstgenoemde de belofte aflegden op de drie hun voorgelezen verklaringen, bood de Minister van Financiën, de heer Vondeling, aan de voorzitter der Kamer namens de Koningin de Miljoenennota voor 1966 aan.

Minister Vondeling gaf daarbij de navolgende mondelinge toelichting:

Mijnheer de Voorzitter!

Graag wil ik bij deze aanbieding nog een paar opmerkingen maken. De Regering is van mening, dat het gerechtvaardigd is optimistisch te zijn over de economische ontwikkeling in het komende jaar. Volgens de beschikbare gegevens zal de groei van het nationale inkomen bevredigend zijn; zowel de besparingen als de investeringen én de particuliere consumptie nemen flink toe. De nationale middelen zullen de nationale bestedingen enigszins overtreffen, zoals dat voor een land dat arme landen bij de ontwikkeling wil helpen, gewenst is.

Op dit rooskleurige beeld zit echter een zwarte plek: de ontwaarding van onze munt. Dit proces is al jaren gaande, maar vooral de laatste tijd bijzonder sterk. Het is wel een heel schrale troost, dat deze inflatie in hoofdzaak geïmporteerd is uit het buitenland. Zo was het tenminste tot voor kort. Ik wil daarmee niet beweren, dat er in onze eigen economie geen factoren zijn, die de inflatie bevorderen. De gespannen arbeidsmarkt is daarvan zonder twijfel een teken.

Ook het beleid van de Rijksoverheid zou zo'n factor kunnen zijn, als zij in de gegeven verhoudingen haar eigen uitgaven op een onjuiste wijze zou financieren. Het Rijk zelf mag zijn huishouding niet zó voeren, dat het proces van geldontwaarding zou worden aangemoedigd. Daarom hebben wij de Kamer zo'n fors plan tot dekking van hogere uitgaven voorgelegd; een plan dat bij uitvoering een verschuiving teweeg brengt in de verhouding van particuliere en overheidsbestedingen en wel in laatsgenoemde richting. Dit plan kan worden verstoord door oorzaken, die de Regering niet in de hand heeft. Het zou echter ook kunnen worden aangetast doordat de Kamer het dekkingsplan niet zou aanvaarden — wat ik nauwelijks kan geloven — óf het al hoge uitgavenpeil nog verder zou willen opstuwen, wat ik bij voorbaat helemaal uitsluit! Het is daarom misschien goed dat ik nu aan het begin van het parlementaire jaar meedeel dat mijn collega's en ik bijzonder hardnekkig, wil men hardvochtig, zullen zijn om de eventuele aandrang van de Kamer tot nóg hogere uitgaven te weerstaan. Afgezien varï mogelijke oorzaken die van buitenaf komen en buiten onze schuld het begrotingsbeeld verstoren, zal de verhouding tussen middelen en uitgaven, zoals ik die in de miljoenennota heb geschetst, niet mogen worden verstoord. Als ik het nog eens anders en misschien nog duidelijker mag zeggen: de financiële kraan zit dicht en mag dit jaar niet meer lekken. Mijn collega's weten dat en hebben dit standpunt aanvaard. Het leek mij goed op dit moment daar melding van te maken.

Ik hoop. Mijnheer de Voorzitter, dat ons gemeenschappelijk overleg prettig en vruchtbaar zal zijn. Graag wil ik de verzekering geven dat ik daarvoor mijn best zal doen.

Vervolgens werd overgegaan tot het maken van een voordracht voor de benoeming van een eerste, tweede en derde voorzitter der Kamer, waartoe een drietal niet-hoofdelijke stemmingen plaats vond.

Gekozen werden dezelfde Kamerleden als die vóór het reces voornoemde functies reeds hadden bekleed, namelijk de heren Van Thiel, Bommer en mevrouw Stoffels-Van Haaften.

Tenslotte zij vermeld, dat door de voorzitter mededeling werd gedaan van het ontvangen van wetsontwerpen tot naturalisatie van de heer Claus von Amsberg en tot goedkeuring van het huwelijk van Prinses Beatrix, dat bij leven en welzijn omstreeks half maart 1966 zal plaats hebben.

Ook het wetsontwerp inzake wijziging der Kieswet kwam de vorige week in behandeling. Namens de S.G.P.fractie voerde ds. Abma daarbij het woord. Aangezien de Handelingen nog niet verschenen waren, zal zijn rede in het volgende nummer opgenomen worden, waarbij dan D.V. tevens wat meer in den brede op dit wetsontwerp en de hierop ingediende amendementen zal worden ingegaan.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 september 1965

De Banier | 12 Pagina's

Uit het Parlement

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 september 1965

De Banier | 12 Pagina's