Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De uitslag der Statenverkiezingen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De uitslag der Statenverkiezingen

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Harde klappen voor K.V.P. en vooral voor P.v.d.A.

Algemeen overzicht

Het voorspel van de nederlaag voor K.V.P. en P.v.d.A.

Wie de verkiezingscampagne der onderscheidene partijen met het oog op de Statenverkiezingen van 23 maart in de verslagen van de diverse dagbladen heeft gevolgd, zal het zijn opgevallen, dat daarin het regeringsbeleid een zeer belangrijke, zelfs sterk overheersende rol speelde.

Dit is ook wel zeer begrijpelijk na wat er in 1965 op politiek gebied heeft plaats gehad. Wij hebben hierbij op het oog het opnemen van de socialisten in de regering door de heer Cals, die hiermede lijnrecht inging tegen de uitspraak van de meerderheid van ons volk bij de Kamerverkiezingen van 1963, welke er op wees, dat op voortzetting van het financieel-economisch beleid van het kabinet-De Quay werd prijs gesteld. De P.v.d.A. toch leed toen een buitengewoon groot verlies. Zij kwam van 48 op 43 Kamerzetels en verloor derhalve 5 zetels. Men weet de gevolgen van deze kabinetsverwisseling: de door de kabinetten De Quay en Marijnen gevolgde financieel-economische richtlijn, namelijk dat de stijging der rijksuitgaven zoveel mogelijk parallel moest lopen met de stijging van het nationaal inkomen, werd door het kabinet-Cals losgelaten. Tijdelijk, werd in de regeringsverklaring van 27 aprü 1965 gezegd, maar hieraan werd door velen al zeer weinig vertrouwen geschonken. Toen dan ook de begroting voor 1966 werd ingediend, bleek, dat het kabinet-Cals de uitgaven van 15 tot 18 miljard, dus maar eventjes met 3 miljard of drieduizend miljoen gulden had opgedreven. Bovendien kondigde het invoering en verhoging van omzetbelasting en accijnzen aan, vvaarvan een opbrengst van 900 miljoen gulden werd verwacht. Tot textiel, schoeisel en bromfietsen toe zouden zwaarder worden belast. Ook de accijns op benzine moest volgens de regering omhoog.

Tegen de aangekondigde maatregelen rees sterk verzet. Van de zijde der V.V.D. en C.H.U., de twee partijen, die van de vorige kabinetten deel hadden uitgemaakt, werd ingebracht, dat men de tering naar de nering behoorde te zetten en daarom niet alle door het kabinet-Cals aangekondigde voorzieningen tegelijk moest aanpakken. Een zienswijze, waarmede de S.G.P.-fraktie zich van meetaf heeft kunnen verenigen.

Was het reeds te verwachten, dat de K.V.P. en de P.v.d.A. wegenshetdoor het kabinet-Cals gevoerde regeringsbeleid bij de Statenverkiezingen veren zouden moeten laten, voor de P.v.d.A. deden zich nog andere kwesties voor, die deze partij geen goed zouden doen. Wij herinneren aan de brief van de heer Nederhorst, voorzitter der Twee- de Kamer-fraktie van de P.v.d.A., bij gelegenheid van de verloving van Prinses Beatrix, waarin hij o.m. schreef, dat het koningschap zijn tijd heeft gehad, dat het einde van de constitutionele monarchie in zicht is, dat het koningshuis zelf ook aftakelt, en dat Prinses Beatrix voUedig vreemd staat tegenover de harde eisen die het koningschap stelt. Voorts waren volgens hem de moeilijkheden, waarin de P.v.d.A. was geraakt, allemaal de schuld van die eigenzinnige prinses Beatrix. Geen wonder dus dat deze brief bij zeer velen van ons volk sterke verontwaardiging opriep.

Om maar niet meer te noemen, hebben ook de VARA-televisie uitzendingen er ongetwijfeld toe bijgedragen dat er onder grote groepen der bevolking een sterke afkeer van de PvdA is verwekt. In het bijzonder deed de uitzending van 11 februari 1.1. in het programma , , Zo is het toevallig ook nog eens een keer" de gemoederen vlam vatten wegens de schandelijke opmerkingen aan het adres van Prinses Beatrix en haar verloofde.

Hierna volgden uitzendingen, welke volgens berichten in de pers sterk hebben bijgedragen tot het allerdroevigste optreden van de zogenoemde, , provo's" op de dag van het huwelijk van de kroonprinses en daarna, waardoor de stemming onder ons volk er ten aanzien van de P.v.d.A. nog slechter op werd.

De heer Suurhoff moge dan al op een verkiezingsvergadering verklaard hebben dat de P.v.d.A. niet verantwoordelijk kan worden gesteld voor wat de VARA-televisie-leiding doet, zodat zijn partij hiermede niets te maken heeft, maar het valt niet te loochenen, dat er tussen de VARA en de P.v.d.A. zeer nauwe banden bestaan. Om maar één bewijs hiervoor te geven, zij gewezen op het feit, dat als voorzitter van de VA RA niemand minder dan Mr. Burger fungeert. Mr. Burger, die niet slechts lid is van de P.v.d.A., maar ook lid is van de Eerste Kamer voor deze partij.

Ook de uitzendingen van de K.R.O. op 10 maart, de dag van het huwelijk van prinses Beatrix, hebben echter volgens de pers bij velen grote ontstemming verwekt. Het is dus zeer wel mogelijk dat ook dit de K.V.P. stemmen heeft gekost.

De Partij v.d. Arbeid

Op 23 maart 1966 heeft de P.v.d.A. dan ook de rekening van de kiezers gepresenteerd gekregen. Zij daalde van 29, 9 procent van het totale aantal kiezers in 1962 op 23, 4 procent, een achteruitgang dus van 6, 5 procent, wat neerkomt op een verlies van 37 Statenzetels. Verwierf de P.v.d.A. in 1962:207 zetels, thans kwam zij op 170 zetels.

De uitslag dezer verkiezingen is voor de P.v.d.A. dus wel zeer hard aangekomen. Zelfs zó dat, wanneer er thans Kamerverkiezingen zouden zijn geweest en hetzelfde aantal stemmen zou zijn gehaald, de P.v.d.A. niet minder dan 7 Kamerzetels zou verloren hebben. Van 43 zetels zou zij dan op 36 zetels gekomen zijn.

De Boerenpartij en de P.S.P. zijn er wel bij gevaren!

De K.V.P.

Ook de K.V.P. echter is er niet zonder kleerscheuren afgekomen. Hoewel zij niet zulk een groot verlies te inkasseren kreeg als de P.v.d.A., viel zij toch van 32, 37 procent in 1962 terug op 30, 14 in 1966, een verlies dus van 2, 23 procent. Haar aantal Statenzetels liep hierdoor terug van 217 op 198, een verlies van 19 zetels.

Bij Kamerverkiezingen zou zij van 50 zetels in 1963 op 46 zetels gekomen zijn, een verlies van 4 zetels. De grootste twee regeringspartijen hebben dus-een aanmerkelijke teruggang te boeken gekregen. Wij zijn dan ook van oordeel, dat de uitslag dezer verkiezingen een wel zeer duidelijke veroordeling inhoudt, zowel van het opnemen der socialisten in de Regering, als van het regeringsbeleid van het kabinet-Cals.

Door vertegenwoordigers dezer partijen is dit wel betwist, waarbij zij er op wezen, dat het verlies der P.v.d.A. en der K.V.P. niet naar de oppositiepartijen, namelijk de V.V.D. en de C. H. 17. is gegaan, maar dit zegt ons niets. Veeleer is aan te nemen, dat vele kiezers niet op de V.V.D. en de C. H. U. hebben willen stemmen en er de voorkeur aan gaven hun stem te geven aan de Boerenpartij en de Pacifistisch Socialistische Partij, die allebei een behoorlijke winst aan stemmen en aan zetels hebben gekregen.

De Boerenpartij

Deze partij was op 23 maart de grootste winnaar. Terwijl zij in 1962 nog slechts 0, 19 procent van het totale aantal stemmen verwierf, liep haar stempercentage in 1966 op tot 6, 72 procent, een toename dus van 6, 53 procent. In zetelaantal kreeg de B.P. zodoende een winst van 43 zetels, daar zij in 1962 slechts één zetel verwierf en thans 44.

Wij zien bij deze verkiezingen dus hetzelfde, zelfs in nog sterkere mate, als bij de verkiezingen voor de leden van de Rijnmondraad, waarbij de B.P. in de 24 gemeenten, welke daarbij betrokken waren, het aantal op haar uitgebrachte stemmen zag verdubbelen.

De thans verkregen uitslag zou de B.P. bij Kamerverkiezing van 3 op 10 Kamerzetels hebben gebracht.

De V.V.D.

De Partij voor Vrijheid en Democratie (V.V.D.) liep vergeleken met de Statenverkiezingen van 1962 iets terug, namelijk van 10, 04 procent tot 10, 02 procent. Desniettemin verkreeg zij er een zetel bij, zodat zij van 64 op 65 Statenzetels kwam. Een grote winst was er dus voor de V.V.D. niet bij. Evenals dit het geval was bij de verkiezingen voor de Rijmondraad is ook nu weer gebleken, dat heel haar aktie met betrekking tot het radioen televisie bestel deze partij niet heeft gebracht wat zij hiervan blijkbaar had verwacht.

Wanneer er nu Kamerverkiezingen vvaren geweest, dan zou de V.V.D. bij een gelijk aantal stemmen 15 zetels hebben verkregen, zodat zij dan één Kamerzetel zou verloren hebben, daar zij thans over 16 Kamerzetels beschikt.

Ook het bezuinigingsplan van de V\'D Tweede Kamerfraktie heeft veel ontevreden kiezers er dus niet toe kunnen bewegen hun stem aan deze partij te geven.

De A.R.P.

Boven verwachting heeft de A.R.P. slechts een kleine teruggang te boeken gekregen. Zij kwam van 8, 84 procent in 1962 op 8, 27 procent, eenverlies van 0, 57 procent. Zij bleef zodoende haar aantal Statenzetels van 67 behouden.

Ditzelfde zou geschiedt zijn als er Kamerverkiezingen zouden zijn geweest. De A.R.P. zou dan van haar 13 zetels eP niet één verloren hebben.

De C.H.U.

In tegenstelling met de V.V.D., met welke partij de C.H.U. voorheen tot de regeringspartijen heeft behoord, ging de C.H.U. bij deze verkiezingen behoorlijk vooruit. Zij steeg vergeleken met 1962 van 8, 45 procent tot 9, 33 procent, een winst van 0, 88 procent. Hoewel het geen spectaculaire vooruitgang is, bezorgde deze stijging de C. H. U. toch een toename van het aantal Statenzetels met 9. Zij kwam namelijk van 63 op 72 zetels.

Onder gelijke omstandigheden zou zij ook bij Kamerverkiezingen er goed van afgekomen zijn. Zij zou nameUjk van 13 op 15 Kamerzetels zijn gekomen.

Zeer waarschijnlijk hebben heel wat voormalige christelijk-historischen. die destijds naar de P.v.d.A. waren doorgebroken, thans op de C. H. U. gestemd, waartoe wellicht o.m. de schandelijke VARA uitzendingen hebben bijgedragen.

De P.S.P.

Deze partij behoort ook tot de winnaars. Van 3, 01 procent in 1962 kwam zij op 4, 98 prcent, een toename alzo van 1, 97 procent, dus bijna 2 procent. Dit bracht haar van 13 op 24 Statenzetels in het gehele land, dus bijna een verdubbeling. Zouden er Kamerverkiezingen zijn geweest, dan zou de P.S.P. van 4 op 7 Kamerzetels gekomen zijn, een vvinst dus van 3 zetels.

Het komt ons voor, dat vooral het ageren tegen het huwelijk van Prinses Beatrix met de heer Van Amsberg en het zich uitspreken voor de republiek deze partij zulk een grote vooruitgang hebben bezorgd.

Deze vooruitgang zal vvel voornamelijk moeten worden toegeschreven aan kiezers die voorheen op de P.v.d.A. stemden, terwijl ook vele jonge kiezers van 21 en 22 jaar zich waarschijnlijk door de leuzen van eenzijdige ontwapening en tegen de atoombom aangetrokken hebben gevoeld.

De C.P.N.

De communistische Partij Nederland (C.P.N.) zag haar percentage wat verminderen, namelijk met 0, 21 procent Haar aantal Statenzetels in het land werd hierdoor echter niet gewijzigd, Zij behield haar aantal van 13 zetels. Ook bij de Kamerverkiezingen zou zij thans haar 4 Kamerzetels behouden hebben.

Het grote verschil met de P.S.P. was bij de C.P.N, wel, dat laatstgenoemde partij zich niet heeft uitgesproken, althans niet zo onomwonden als de P.S.P., tegen de monarchie en voor een republiek. Ook ten aanzien van het huwelijk van Prinses Beatrix gedroeg de C.P.N, zich veel gematigder.

Het G.P.V.

Het Gereformeerd Politiek Verbond (G.P.V.) ging iets vooruit. Het kwam van 0, 69 procent in 1962 op 0, 77 procent, een kleine vooruitgang dus van 0, 08 procent, zodat het aantal Statenzetels gelijk bleef, namelijk op 3 over het gehele land. Bij Kamer\'erkiezingen zou het G.P.V. thans op één zetel gebleven zijn.

De S.G.P.

Zie voor de S.G.P. de afzonderlijke beschouwing, welke na het overzicht in cijfers volgt.

Overzicht van de totale uitslag

Partijen K.V.P. P.vd A. V.V.D. A.R.R C.H.U. P.S.R C.RN. B.R G.RV. S.G.R Staten 1962 aantal stemmen 1953434 1805808 605647 533386 510088 181413 176812 11643 41788 129231 percentage 32.37 29.93 10.04 8.84 8.45 3.01 2.93 0.19 0.69 2.14 aantal zetels 217 207 64 67 63 13 13 1 3 12 Kamer 1963 aantal stemmen 1994219 1752405 643720 523560 514275 189335 173302 133190 46281 143792 percentage 31.88 28.01 10.29 8.37 8.22 3.03 2.77 2.13 0.74 2.30 Staten 1966 aantal stemmen 2033936 1580655 676163 558229 629276 336016 183453 453421 52141 140151 percentage 30.14 23.42 10.02 8.27 9.33 4.98 2.72 6.72 0.77 2.08 aa nta zetels 198 170 65 67 72 24 13 44 3 11

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 maart 1966

De Banier | 8 Pagina's

De uitslag der Statenverkiezingen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 maart 1966

De Banier | 8 Pagina's