Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Meditatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Meditatie

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

2.

Evenwel het vaste fundament Gods staat, hebbende dit zegel: e Heere kent degenen, die Zijne zijn, en: en iegelijk, die de naamvan Christus noemt, sta af van ongerechtigheid. 2 Timotheus 2 : 19.

Hier komt geen waardigheid in aanmerking. Het is alleen genade, het welgevallen des Heeren, wanneer Hij uit de steenhoop van mensen stenen kiest en loshakt, gaat behouwen en een plaats geeft in het Godsgebouw.

Hij neemt alleen uit genade aan tot Zijn kinderen en erfgenamen.

De Heere doet het om Christus' wil. Hij is voldaan in alles wat Christus gedaan heeft voor de Zijnen. En zo geeft Hij al die stenen, al de Zijnen, een plaats op het fundament daar en zoals het Hem behaagt.

We lezen op het zegel: de Heere kent degenen, die Zijne zijn.

Dat ziet op het kennen van eeuwigheid. Hij heeft hen lief van eeuwigheid. Hij kan niet buiten hen en zoekt een weg met behoud van Zijn deugden. Hij verkiest naar Zijn eeuwig voornemen om in de tijd van Zijn welbehagen te roepen.

Het kennen ziet ook op toebrengen.

De Heere houdt het oog op de voorwerpen Zijner liefde, ook als zij nog dood zijn in zonden en misdaden. Hij bewaart hen in hun onbekeerde staat en houdt hen op allerlei wijze vast. Hij brengt hen onder Zijn Woord of brengt dat Woord tot hen.

Hij gebruikt dat Woord door Zijn Geest om te wederbaren, om uit de dode steenklomp uit te houwen en een plaats te geven op het enige fundament.

Het kermen ziet ook op bewaren op de plaats, die de Heere gegeven heeft in het gebouw Zijner gunst. Hij kent hun zwakheid en alle gevaren, waaraan zij blootstaan. Hij zorgt ervoor, dat zij op het fundament blijven.

Hij gebruikt de stormen en aanvallen om hen vaster te hechten aan dit fundament, namelijk door Zijn Heilige Geest en door het geloof.

Hij staat voor hun heil in. Hij rechtvaardigt, heUigt en verheerlijkt.

Er is nog een tweede zegel: een iegelijk, die de naam van Christus noemt, sta af van ongerechtigheid.

Ook hierop moeten we letten. Het eerste zegel wijst op de Heere zelf. Hij is de Bouwmeester. Het tweede, zegel vraagt onze aandacht voor het gebouw en de stenen, die deel uitmaken van dit gebouw, die dus de Heere toebehoren.

De Zijnen worden hier aangeduid als: die de naam van Christus noemen. Dit noemen van de naam van Christus geschiedt door hen, die gekomen zijn onder het Woord en zich verbinden aan de kerk door het uitspreken van hun belij deni's. Zij getuigen daarmee, dat zij Christus toebehoren, dat zij alles buiten Hem verzaken om al­ leen door Hem behouden te worden. Zij getuigen daarmee van hun vertrouwen op Hem als een volkomen, als hun Zaligmaker.

Zij behoren daardoor tot het gebouw der kerk, zoals wij dat zien. Vele van deze stenen behoren niet tot het gebouw, zoals God het bouwt, en deze zijn niet hecht verbonden aan het fundament en kunnen de stormen niet verduren.

Dit geschiedt in waarheid, dat wil zeggen het noemen van de naam van Christus, door hen alleen, die door de Heere bearbeid worden en van hem een plaats krijgen in het Godsgebouw. Dit zijn de ware gelovigen. Zij hebben zich te voegen onder het Woord, onder de middelen der genade, die de Heere aan Zijn kerk gegeven heeft. Zij behoren Zijn Naam te belijden en zich te voegen bij de kerk.

Het noemen van de naam van Christus stelt onder bepaalde verplichtingen. De Heere houdt daaraan, ook al is niemand daartoe bekwaam in eigen kracht en al kan het alleen door de bediening van de Heilige Geest. Zij moeten afstaan van ongerechtigheid.

Zij blijven in gevaar. De stormen van dwaalleer en van allerlei ongerechtigheden komen tegen het gebouw en alle stenen aan. Zij zoeken de glans van de stenen, van het werk Gods te verduisteren en zo de verbinding met het fundament te verbreken. Als al dat vuil, mede doordat de stenen nog niet geheel gezuiverd zijn, aan de stenen vasthecht, gaat er geen schittering meer van uit.

Dan wordt de Bouwmeester niet verheerlijkt, maar onteerd.

Daarom is er zo nadrukkelijk de roeping om af te staan van ongerechtigheid, dus van aUe zonde, opdat zo het werk des Heeren moge uitkomen. De stenen mogen zich niet laten bezoedelen door het vuil der ongerechtigheid.

Zij moeten beantwoorden aan hun bestemming. Dat kan alleen, wanneer zij de rug toekeren aan alle zonde, wanneer er een zoeken is van alle smet der zonde verlost te worden, wanneer de Zijnen daartoe de kracht van Christus en van Zijn Geest behoeven.

Dit vraagt voortdurende gemeenschapsoefening met het Fundament. Christus heeft afgestaan van alle ongerechtigheid en alzo Gods wil volbracht. Hij was volmaakt in al Zijn werk en daarom is God door Hem verheerlijkt.

Zo ligt er de eis voor allen, die Zijn naam noemen. Zij behoren weer het beeld Gods te vertonen, waartoe zij uit genade geroepen zijn.

De Heere geeft deze roeping. Hij bekwaamt er toe en zorgt er voor, dat al de Zijnen hier in beginsel aan die roeping gaan beantwoorden en hiernamaals volkomen.

Eens is het Godsgebouw voltooid. Dan zullen vele muren, vele stenen door de stormen getroffen zijn, maar er zal niet één steen gemist worden, die de Heere Zelf een plaats gegeven heeft in Zijn bouwwerk. Dan zullen alle stenen niet meer worden bezoedeld. Maar dan zal integendeel het ganse bouwwerk en elke steen getuigen van de heerlijkheid en van de genade en trouw van de grote Bouwmeester.

Zijn wij een levende steen en beantwoorden wij aan de dure roeping?

Meerkerk

Ds. G. Blom.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 april 1966

De Banier | 8 Pagina's

Meditatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 april 1966

De Banier | 8 Pagina's