Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Beantwoording van de vragen inzake het rituele slachten

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Beantwoording van de vragen inzake het rituele slachten

9 minuten leestijd

In de vorige Banier maakten wij melding van de vragen, welke met het ^oog op het ritueel slachten van dieren, die voor de consumptie bestemd zijn, van de zijde der SG P-fractie aan de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid werden gesteld.

Meegedeeld werd, dat dit geschiedde op verzoek van verscheidene personen die bij de dierenbescherming betrokken zijn, alsmede ook van een dierenarts. Aangezien laatstgenoemde toestemming gaf van zijn brief gebruik te maken, laten wij er hier enkele gedeelten uit volgen.

, , Mijn bezwaar betreft het reeds gedurende 40 jaar toegestane ritueleslachten van rundvee, z.g. volgens de joodse ritus. Ritueel, dus religieus ceremonieel. Alsof deze mishandeling iets met de joodse godsdienst te maken had!

Allereerst zoudt u, wat betreft de aard van deze kwellerij, zelf eens in een abattoir moeten gaan zien, hoe dit slachten in zijn werk gaat".

Hierop volgt een beschrijving hoe er bij dit slachten met de slachtdieren wordt omgesprongen, waarop in het vervolg echter nog nader wordt inge-••gaan in een ingezonden stuk aan de Nw. Haagse Courant, zodat wij dit thans kunnen overslaan.

De desbetreffende dierenarts schreef voorts over de praktijk van het ritucel slachten:

, , Een ieder mens onwaardige dierenbeulerij. In andere landen is het allang verboden! Waarom moeten hier nog dieren op een afschuwelijke wijze worden doodgemarteld? Zelfs onder de Joden worden tegenstanders van ritueel slachten gevonden! Er is in de Mozaïsche wetgeving niets te vinden, dat het slachten van een consumptiedier moet geschieden op deze wijze! De offerdieren werden wel zo gedood (door halssnede) om het bloed te kunnen opvangen en het altaar te besprenkelen. Deze beweegreden vervalt echter voor het dagelijkse leven, hier geeft bedoelde wetgeving de volle vrijheid omtrent de wijze van slachten zonder verdere aanduiding.

Het rituele slachten moet zo spoedig mogelijk verboden en dus strafbaar gesteld worden, daarmee zijn we al 40 jaar ten achter!

Aan u als volksvertegenwoordiger de taak (u mag van deze brief gebruik maken) neen, zelfs de plicht deze mensonwaardige dierenmishandeling op te heffen".

Voorts werd van mevrouw G. Plat-Vincent te Laren een brochure ontvangen over het ritueel slachten, welk reeds in 1920 door een inwoner uit Velp, nl. de heer W. H. Boomgaard, werd uitgegeven. In een begeleidende brief van 1966 wordt meegedeeld, dat dit rituele slachten heden ten dage nog op dezelfde wrede wijze geschiedt als vroeger reeds gedaan werd. Nadrukkelijk wordt vervolgens vermeld, dat het doel niet is haat tegen de Joden te kweken, maar uitsluitend om gedaan te krijgen, dat de dieren, die voor de consumptie dienen, vooraf verdoofd zullen worden. Anti-semietische drijfveren zijn dus absoluut uitgesloten. Naar aanleiding nu van deze dringende verzoeken stelde Ir. Van Dis de navolgende vragen aan de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid:

1. Is het de Minister bekend, dat het slachten van dieren volgens de Joodse ritus met vreselijk lijden voor deze dieren gepaard gaat?

2. Weet de Minister, dat ook onder de Joden zelf tegenstanders gevonden worden van het ritueel slachten van dieren, die voor de consumptie bestemd zijn, ook al omdat voor consumptiedieren in de Mozaïsche wetgeving geen voorschrift bestaat?

3. Is het waar, dat het rituele slachten van dieren, bestemd voor de consumptie, in andere landen verboden is?

4. Indien vraag 3 bevestigend moet beantwoord worden, wil de Minister dan meedelen, om welke reden of redenen het hier te lande toegestaan wordt?

5. Wil de Minister bevorderen, dat aan het lijden der dieren door ritueel slachten een einde wordt gemaakt?

Op deze vragen verschenen in enkele bladen reakties. In de liberale, .Haagse Courant" een stuk van een tegenstander van het rituele slachten, die met het stellen der vragen zijn grote instemming betuigde, in de Nieuwe Haagse Courant een paar stukken waarin kritiek op de vragen werd uitgeoefend, en een paar die er mede instemden.

Eén der stukken uit de Nw. Haagse Courant was van de heer E. B. van 't Hoff te Vlaardingen, die al direkt begon met onjuistheden te debiteren. Zoals toch uit vraag 5 blijkt, is niet gevraagd om het rituele slachten te verbieden, maar om aan „het lijden der dieren door ritueel slachten een einde te maken", wat dus zou kunnen gebeurendoor eerst de dieren met een schietmasker te bedwelmen, zoals dit bij alle andere slachtdieren, volgens art. 7 v.h. Kon. Besluit van 5 juni 1920, moet plaats hebben.

Al even onjuist was de bewering van de heer Van 't Hoff, dat de vragen aan de Minister werden gesteld , , op grond van anti-vivisectiemotieven". Het gaat hierbij namelijk niet óver dieren, die voor vivisectie-doeleinden gebruikt worden, maar die voor de consumptie dienen.

Door mevrouw Plat-Vincent van het Comité , , Bescherming van het weerloze dier" nu werd aan de , , Nieuwe Haagse Courant" een ingezonden stuk gestuurd ter weerlegging van de beweringen van de heer Van 't Hoff. Helaas werd dit stuk niet volledig, maar zeer sterk bekort opgenomen in de bladen van het , , Diemer-concern" van 28 mei 1966. Daar mevrouw Plat ons een afschrift vanhaar stuk zond, , zijn wij in staat het hier plaats te geven.

Het luidt als volgt:

, , Wanneer u, mijnheer Van 't Hoff, de vragen van een Kamerlid, in dit geval van Ir. Van Dis, gesteld aan de Regering over het rituele slachten van dieren ten behoeve van de consumptie van orth. Israëlieten, in een dagblad wUt weerleggen, dan moet u hieromtrent zeer ter zake kundig zijn.

De dieren geslacht voor de consumptie van christenen worden vóór de halssnede eerst met een schietmasker verdoofd; de dieren geslacht vooi: de consumptie van orthodoxe Israëlieten niet, zij worden aan de vier poten van kettingen voorzien, één der kettingen loopt door de ringen van de drie andere en wordt vastgemaakt aan een takel. Door middel van deze takel worden de poten van het dier bijeen getrokken, het lichaam verliest zijn steunpunt en met een plof valt het dier op de grond en kan zich niet meer bewegen. Het hoofd slaat soms zo geweldig op de grond, dat de onderliggende hoorn afbreekt. Nu wordt het hoofd achterover getrokken, zodat de hals .gespannen staat, waarna de snijder de vreselijke snede in de hals toebrengt, waardoor het bloed uit het lichaam begint te vloeien. Een toeschouwer vertelt het volgende hierover: Nu begint voor het dier de verschrikkelijkste marteling, diemenzich denken kan. Met reuzenkracht slaat het met de poten in de kettingen, de kop wordt opgeheven en slaat met centenaarszwaarte op de grond in de bloedplas, volgespoten uit de slagaderen. Het gemartelde dier kijkt mij aan! Reeds zeven minuten stroomt het levensvocht weg naar een put in de grond. Negen minuten duurt nu al de worsteling tegen de dood! De ademhaling, die plaats vindt door de afgesneden strot, is verschrikkelijk om aan te horen. De inhoud van de maag wordt gedeeltelijk naar buiten geperst en vult de luchtpijp; de flanken worden tot ballons opgeblazen en met kracht vliegt de lucht weer door de bloedkuil. De benauwdheden, de smarten, de martelingen bij het ritueel slachten zijn onbeschrijfelijk, eerst na dertien minuten kon ik tot mijzelf zeggen: , , Het dier is dood, gelukkig uit zijn lijden".

Tot zover het verslag van de heer W. H. Boomgaard, te Velp, in een brochure uitgegeven in 1920. In 1966 geschiedt deze wijze van slachten nog op precies dezelfde manier!

In de door u opgegeven teksten, mijnheer Van 't Hoff, Leviticus 17 : 13-14, in Deuteronomium 12 : 15-16, 20-28 en 15 : 22-23 vind ik bij het nalezen in de Bijbel nergens dat een dier onverdoofd geslacht MOET worden (want daar gaat het in dit geval om), wel waarschuwt God steeds in deze teksten, dat de Israëlieten niet het bloed van het dier mogen nuttigen, omdat het bloed de ziel is. Rabbijn Dr. L. Stein beaamde dit ook in het blad , , Turner" van november 1913 reeds, dat er nergens een woord in de Bijbel staat, dat dit slachten zonder verdoving moet geschieden.

Ook een bekend radiopredikant geeft dit in een schrijven aan ondergetekende toe, en zegt: , , een misverstand, dat diep ingeworteld is in het Joodse denken!"

Daaromn het thans toegepaste ritueel slachten is een dierenmishandeling en moet dus verboden worden, omdat reeds lang een humanere wijze van het doden van dieren bestaat. Het wordt hoog tijd, dat deze gruwzame wijze van doden van dieren — een schandelijk martelen tot de dood — in dit lakse lauwe Nederland, waarin nog ritueel geslacht wordt voor de export naar landen (Zwitserland, de Scandinavische landen, enz.), waar dit rituele slachten reeds lang verboden is, eens EINDELIJK verboden wordt. Het Tweede Kamerlid, Ir. Van Dis, die hierover vragen aan de Regering heeft gesteld, deed hiermede dan ook een zeer gewaardeerd werk. Men bedenke nog tot slot, dat de dieren door hun Schepper aan onze zorgen zijn toevertrouwd!!!

G. Plat-Vincent, Voorz. Gom. Bescherming v/h weerloze dier.

Laren (N.H.).

Een tweede kritikus op de gestelde vragen was zo laf om zijn naam niet te vermelden onder zijn ingezonden stuk, voorkomend in de Nw. Haagse Courant! We zouden dit dan ook kunnen laten voor wat het is, daar ongetekende stukken door ons niet plegen beantwoord te worden, maar aangezien hij ook Dr. F. Krop uit Rotterdam aanhaalde, die in de Nw. Rotterdamse Courant (liberaal) het deed voorkomen, alsof de steller der vragen aan de Minister, het voetspoor van de Nazi's volgde, zij ver­ meld, dat onzerzijds tegen Dr. Krop werd opgekomen in een stuk, dat in de Nw. Rotterdamse Courant van 6 juni werd opgenomen en waarin deze afdoende werd weerlegd. Daarbij werd o.m. gewezen op het feit, dat reeds in 1920 in ons land tegen het rituele slachten zeer ernstige klachten werden ingebracht. Voorts dat zelfs een rabbijn. Dr. Stein, in 1913 verklaarde, dat , , het voorschrift, dat een dier, waarvan het vlees bestemd is om gegeten te worden, volgens een bepaalde ritus geslacht moet worden, zijn grond niet vindt in de voorschriften van de Bijbel".

Inmiddels zijn de bovengenoemde vragen door de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Volksgezondheid, de heer Bartels, namens de Minister beantwoord.

De antwoorden luiden als volgt:

1. Het is de ondergetekende niet bekend, dat het slachten van dieren volgens de Joodse ritus met vreselijk lijden voor deze dieren gepaard zou gaan.

2. Het is dezerzijds niet bekend of ook onder de Joden tegenstanders gevonden worden van slachten volgens de Joodse ritus.

Wel is dezerzijds bekend, dat de Joodse leer rituele slachting zonder voorafgaande bedwelming voorschrijft.

3. Voor zover aan de ondergetekende bekend is, is het ritueel slachten in Zwitserland verboden; aan de ondergetekende staan geen gegevens ter beschikking over het bestaan van zodanig verbod in anderelanden.

4 en 5. Gelet op de grote waarde, die door vele Joodse landgenoten op grond van hun godsdienstige overtuiging aan het rituele slachten wordt toegekend, wil ondergetekende niet bevorderen, dat aan deze slachtwijze een einde wordt gemaakt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 juni 1966

De Banier | 8 Pagina's

Beantwoording van de vragen inzake het rituele slachten

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 juni 1966

De Banier | 8 Pagina's