Een zwarte dag

Dit kan met recht van donderdag 2 februari 1.1. worden gezegd. Die dag was een zwarte dag. Toen toch werd het ambtsgebed, dat in 1923 voor de vergaderingen van de Provinciale Staten van Zuid-Holland werd ingevoerd, afgeschaft. Het waren de Statenleden van de Pacifistisch Socialistische Partij (P.S.P.), die een week te voren reeds een motie hadden in­ gediend om dit gebed af te schaffen. Had men die motie zo gelaten, dan zou zij zeker zijn verworpen. Van de zijde van de P.v.d.A. en de V.V.D. toch werd verklaard, dat men tegen deze motie zou stemmen, niet omdat men voorstander was van het ambtsgebed, maar omdat men aan afschaffing niet wilde meewerken met het oog op die Statenleden, die op dit gebed grote prijs stelden. Een zeer te respecteren standpunt dus.

Toen nu de P.S.P.-leden bemerkten, dat hun motie geen schijn van kans had teworden aangenomen, wijzigden zij haar, in die zin, dat in het vervolg in plaats van het ambtsgebed enige ogenblikken stilte in acht genomen zal worden om de leden, die zulks op prijs stelden, gelegenheid te geven tot gebed of bezinning.

Namens de S.G.P.-fraktie was de heer Vlasblom de eerste spreker, die tegen deze gewijzigde motie verzet aantekende, er op wijzend, dat in het ambtsgebed tot uitdrukking komt, dat de overheid als dienaresse Gods van Hem afhankelijk is en van Hem de zegen op de werkzaamheden behoort te worden gevraagd. Na hem kwam de heer Vrouwenvelder (K.V.P.) namens het grootste gedeelte van zijn fraktie verklaren, dat men voor de gewijzigde motie zou stemmen. Voor een motie nota bene van de God-verzakende socialisten!

Hiermee is weer eens zonneklaar gedemonstreerd, dat met Rome geen samenwerking mogelijk is. Het werkt er hard aan mee om hetgeen nog tot de christelijke grondslagen gerekend kon worden, af te breken.

Laten de kiezers, oude en jonge, deze ergerlijke handelwijze der K.V P.-statenleden straks beantwoorden met als één man te stemmen op de

lijst der S.G.P., lijst 8

Het was te verwachten, dat de V.V.D.en de P.v.d.A.-frakties nu ook van koers zouden veranderen, zij het dat hun frakties verdeeld waren. Zodoende werd de motie van de , , vredelievende" socialisten aangenomen met 36 tegen 34 stemmen, waarmee het ambtsgebed werd afgeschaft.

Het was dus inderdaad een zwarte dag, daar met deze daad door de meerderheid der Statenleden als vertegenwoordigers der Provinciale overheid werd uitgesproken wat in de 2e Psalm vermeld staat: , , Laat ons hun banden verscheuren en hun touwen van ons werpen".

Zij hebben echter te bedenken, dat hierop volgt: „Die in de hemel woont, zal lachen; de Heere zal hen bespotten".

Dat zal op Gods tijd zeker gebeuren. Het is ons voornemen na de verkiezingen breder op deze aangelegenheid terug te komen en dan ook de rede van de heer Vlasblom te geven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen