Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

EERSTE KAMER

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

EERSTE KAMER

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Woensdag 2 juli had de verkiezing plaats van een gedeelte van de Eerste Kamer van de Staten-Generaal. Het is een stemming, waarvan we niet zoveel merken als van die van andere vertegenwoordigende kolleges. We kijken niet wekenlang tegen sterke leuzen en energieke gezichten op aanplakbiljetten. Geen propaganda-avonden en verkiezingtournees. De Eerste Kamer toch wordt aangewezen door de leden van de Provinciale Staten. De gewone kiezers van anders komen er niet aan te pas. Dat wil niet zeggen, dat hij in geen enkel opzicht meetelt. Het is namelijk wel zo, dat het gewicht of de zwaarte van een enkele stem van een statenlid afhankelijk is van het getal van inwoners van de provincie. In dit geval dus tellen zelfs kleine kinderen mee. Leden van de Eerste Kamer zitten zes jaar. Om de driejaren treedt een gedeelte af; de ene periode 38 en de andere 37 leden.

De verkiezing van leden geschiedt per groep. Dit jaar waren aan de beurt groep I: Noord-Brabant, Zeeland, Utrecht en Limburg en groep III: Noord-Holland en Fries land. Gezien het feit, dat de politieke kleur van de kiezers bekend is en dat de waarde van hun stem te bereken valt, kan de uitslag nooit opzienbarend zijn, al treden er wel eens kleine verrassingen op.

Wat de samenstelling van de gedeeltelijk vernieuwde Eerste Kamer aangaat, kunnen we vaststellen dat als gevolg van de uitslag van de jongste Statenverkiezingen de beide grote partijen de verliezers waren. De K.V.P. zakte van 25 naar 24 en de P.v.d.A. zelfs van 22 naar 20.

De middelgrote partijen kwamen vrijwel ongedeerd of, voorzover het de C.H.U. betreft, versterkt uit de „strijd" te voorschijn. De V.V.D. bleef op 8 en de A.R.P. op 7, terwijl de C.H.U. van 7 op 8 kwam. Volgens de berichten kreeg de C.H.U. enige steun van de zijde van de K.V.P. De C.H.U. is dus in de senaat wat sterker dan de A.R.P. De getrapte verkiezingen met bepaalde samenstellingen van groepen provincies kan, afgezien nog van het uiteenlopend tijdstip van Statenverkiezingen en die voor de Tweede Kamer, inderdaad leiden tot een ietwat ander beeld. Bovendien komen de christelijkhistorischen bij een Statenverkiezing vaak gunstiger uit de bus dan bij parlementselekties. Tenslotte de kleine partijen, indien al vertegenwoordigd. Ook hier zien we heel duidelijk, dat het stelsel voor de ene partij voordeliger werkt dan voor de andere. Communisten en pacifisten ontlopen elkaar niet zoveel in getalsterkte in de Tweede Kamer, maar de vertegenwoordiging in de Eerste Kamer is nogal variant. De P.S.P. bleef op 3 en de C.P.N, op 1. Winnaars waren de Boeren, die van 2 op 3 kwamen. Een late oogst van de voor de B.P. zeer gunstige Statenverkiezing in 1966. Voorts deed, dank zij een ruggesteuntje van de socialisten, de P.P.R. ofwel de groep-Aarden zijn intree in de senaat.

In de personele sfeer komen er wel wijzigingen. O.a. verdwijnt uit de Eerste Kamer de bekende A.R.-afgevaardigde Algra, die gold als iemand van de oude garde en die soms een positiever geluid het horen dan zijn medeleden in beide kamers, met name als het ging om normen voor het kultuurbeleid van de regering. Sommige kranten spraken wel eens smalend van het standpunt van de heren Algra en Van Dis. Want de kulturele revolutionairen, die alles onder de voet lopen en voor wie niets veilig en heilig is, kunnen zelf niet veel kritiek en bestrijding velen, als zovelen, die over het paardje getild zijn.

Voorts bracht de uitslag voor een tweetal kandidaten een minder aangename verrassing. Bij verkiezingen voor de Tweede Kamer zal men een aanzienlijk aantal stemmen op zich moeten verenigen om de bezetters van zgn. verkiesbare plaatsen te passeren. Bij deze stemming kunnen een paar mensen heel wat teweeg brengen, als ze zich even met elkaar verstaan. Enige tijd geleden schreven de kranten nog al stellig, dat de voormalige fraktievoorzitter van de P.S.P. in de Tweede Kamer, de heer Lankhorst, zou verhuizen van de Tweede naar de Eerste, omdat hij wat kalmer aan moest doen. Men kan wel wat overeenkomen als bestuur, maar er zijn ook nog statenleden, die per saldo hun stem uitbrengen. De discipline is blijkbaar niet honderd pet. in de P.S.P. Want de stemgerechtigde P.S.P.'ers kozen een ander. Bij de Boeren ging het evenzo. Nummer één, de heer S. van Marion uit Kampen, zag zich voorbijgestreefd door de heer B.M. Steur uit het Noordhollandse Berkhout. Of hier gelet op de kleur van diverse provincies de konfessie nog meedeed? PoUtiek is een leerschool voor zelfverloochening en voorzichtigheid, opdat we de dag niet loven voor het avond is en de huid niet verkopen eer we de ruige beer geschoten hebben.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 juli 1969

De Banier | 10 Pagina's

EERSTE KAMER

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 juli 1969

De Banier | 10 Pagina's