DE OOSTERSCHELDE

Verslag van de bijeenkomst van kamer-en Zeeuwse statenfraktie met vertegenwoordigers van de Zeeuwse vissers op vrijdag 17 augustus 1973 te Goes.

Van de zijde der vissers waren vertegenwoordigers aanwezig uit': Arnemuiden, Tholen, Yerseke en Zierikzee.

De bijeenkomst staat onder leiding van ds. Abma. Deze leest Jacobus 1 en gaat voor in gebed.

Spr. wijst vervolgens op de verandering in zienswijze t.a.v. de Oosterschelde. '^'hans is een nieuwe Deltakommissie geïnstalleerd. De kwestie wordt dus opnieuw ter diskussie gesteld. Het is een vraag of dit snelle afwikkeling bevordert. Maar niettemin kan het toch van belang zijn.

Hierna geeft de voorzitter het woord aan de heer B. Schot, die namens de overige vissers een korte inleiding houdt. Hierbij worden de volgende vragen opgeworpen: Zou het mogelijk zijn de Oosterschelde open te houden. Als deze zaak opnieuw in de Kamer zou komen kan het van één man afhangen. In Nederland en vooral in Zeeland zijn veel mensen die zich afvragen of wel met de afsluiting van deze zeearm moet worden doorgegaan. Het verzet tegen afsluiting is al van lange duur. In de 50-er jaren was de mosselvisserij niet zo bloeiend. De mossel vissers tilden toen wellicht niet zo zwaar aan afsluitir^. Later is deze bedrijfstak evenwel weer op hoog niveau gekomen.

In 1963 werd een grote vergadering in Middelburg gehouden van vissers, waar alle bezwaren tegen afsluiting van de Oosterschelde op een rijtje werden gezet. In 1966 kwam Drs. Drinkwaard lezingen houden en sindsdien is het verzet steeds toegenomen.

Spreker vraagt wat de kamerleden denken van de instelling van de nieuwe Deltakommissie. Is er nog een ander alternatief? B.v. door middel van dijkverhoging en verzwaring?

De S.G.P.-vissers zouden graag zien, dat de kamerleden medewerking zouden verlenen om de Oosterschelde open te houden. Naar hun mening kan de veiligheid op andere wijze dan afsluiting evengoed gewaarborgd worden.

Wanneer de S.G.P.-fraktie zich thans voor openhouden zou uitspreken hoeft dit geen gezichtsverlies te betekenen. Is bij de standpuntbepalii^ van de Kamer­ fraktie ook overwogen wat de gevolgen van afsluiting zullen zijn, b.v. t.a.v. de rekreatie? Hetgeestelijk milieu zal nog veel meer dan thans het geval is bedorven worden, door zondagsontheiliging etc. Wanneer de Oosterschelde wordt afgesloten dan zijn de Zeeuwse S.G.P.-vissers verplicht te verhuizen naar het noorden des lands. Dit weegt zwaar, temeer omdat men dan in een gebied komt waar een geheel andere levensstijl heest dan men in de Zeeuwse vissersplaatsen gewend is. (b.v. Harlingen of Den Oever).

Vervolgens krijgt de heer Van Rossum het woord. In een uitvoerig betoog schetst spreker het standpunt van de Kamerfraktie. Hij begint met de Oosterscheldekwestie in historisch perspektief te plaatsen. Het is een uitvloeisel van de Deltawet. Wijlen de heer Kodde heeft zeer uitvoerig gesproken tijdens de kamerbehandeling van de Deltawet. Hierbij is ook het geestelijk perspektief ter sprake gekomen. Er werden door de heer Kodde principiële bezwaren aangevoerd tegen wat hij noemde het opengooien van Zeeland. De heer Kodde sprak zich uit voor een geperforeerde dam en behoud van de Zeeuwse mosselwaterplaatsen. Andere kamerleden kwamen met andere alternatieven. Het is inderdaadtechnisch mogelijk de Oosterschelde open te houden. De vraag is echter of dit wenselijk is. De S.G.P. in Zeeland was het indertijd met het Deltaplan eens. Bij behandeling van de Deltaschadewet in de Kamer heeft spreker vroegtijdig en veelvuldig kontakt gehad met de Zeeuwse belanghebbenden. De vastgestelde regeling is gunstiger dan die door de regering \ra.s voorgesteld.

Het aanvaarden van de Deltawet schiep konsekwenties. Eén daarvan is dat men met België tot afspraken gekomen is inzake het Schelde-Rijnkanaal. Hier zitten een aantal elementen in, die rechtstreeks van belang zijn voor België. Er is bij traktaat een afspraak gemaakt inzake het waterpeil en vastgelegd dat er niet meer dan twee sluizen zouden komen.

Alternatieven zijn mogelijk, b.v. dijkverzwaring. Dan zou 245 km verzwaard en oi^ehoogd moeten worden tegen 9 km dam bij afsluiting. Dijkverzwaring is dus mogelijk, maar vraagt zeer veel tijd. Hier zitten grote problemen aan vast, die door spreker worden geschetst. Op het moment dat zou worden besloten, dat de Oosterschelde open zal blijven, krijgen we weer met andere biologen te doen. Dijkverzwarii^ betekent in sommige gevallen 25 m verbreding, b.v. in Schouwen-Ehiiveland. Juist over de gevaarlijke dijken zal het meest gepraat moeten worden en deze zullen het laatst aan bod komen. Noord-Beveland en Schouwen-Duiveland eventueel mogelijk pas in 1998. Uit veiligheidsoogpunt is dit een zeer bedenkelijke zaak! Het , , Plan Meijer" is onaanvaardbaar gebleken voor Gent. Dit plan is volmaakt tegen de afspraak met België m.b.t. het aantal sluizen.

Over perforatie wil de Kamerfraktie graag dlskussiëren, hoewel spreker persoonlijk hier niet veel van verwacht, na overleg dat hij heeft gehad met biolc^en.

Met de nadelen van afsluiting moet uiteraard rekening gehouden wor- den. Dat de Zeeuwse oesterkwekerij verloren zou gaan wist iedereen tijdens de behandeling van de Deltawet. Voor de mossels lagen de kansen toen iets gunstiger (verwaterplaatsen). Spreker heeft in de Kamer meermalen gepleit voor het creëeren van mosselverwaterplaatsen, vooral i.v.m. de afzet naar België en Frankrijk.

Hij zou echter zonder meer niet willen strijden voor een open Oosterschelde. De veili^eid is een zeer belangrijk gegeven, en is dan ook primair. Deze veiligheid is bovendien niet onbelangrijk afgenomen door de afsluiting va het Volkerak. Het is dus niet verwonderlijk dat de Zeeuwse waterschappen met kracht aandringen op zo spoedig mogelijke afsluiting.

Spreker zegt dat hoewel dijksverhoging technisch mogelijk is, dit bestuurlijk een uitermate moeilijke zaak is. Dit betekent een vertragii^ van minstens 25 jaar. Spreker moet in alle eerlijkheid zeggen, dat als ook hij alles op een rijtje zet, men met alternatieven er niet uitkomt (er zijn momenteel 25 alternatieven in studie).

De Kamerfraktie is dus niet bereid te gaan pleiten voor een open Oosterschelde. Alleen als de nieuwe Deltakommissie met heel duidelijke argumenten voor openhoudii^ zou komen zullen we ons graag laten overtuigen.

Eén der aanwezige vissers meent dat de aangevoerde motieven voor afsluiting wat tendentieus en defaitistisch lijken. Een andere visser vraagt of we als S.G.P.-ers bereid zijn het risico van 25 jaar uitstel te nemen. Hierop antwoordt de heer Van Rossum, dat dit te simplitisch is voorgesteld.

Vervolgens wordt opgemerkt dat Prof. Winers die destijds ingenieur was bij de Deltadienst, thans z^ dat afsluiting niet meer te verantwoorden is.

Van de zijde der vissers wordt voorts gevraz^d of hetgeen de biologen voorspellen bij afsluiting van de Oosterschelde, ook zo gezien wordt door de kamerfraktie De heer Van Rossum zegt één en ander niet zo somber in te zien als de biologen. Bij het Zeeuwse Meer heeft men in tegenstelli^ tot het IJsselmeer de kwaliteit van het water zelf in de hand. De heer Schot acht het IJsselmeer niet vergelijkbaar met het toekomstige Zeeuwse Meer, en hij noemt in dit verband het woord stratifikatie. Zijn vraag aan de heer Van Rossum is of dezer eëele mogelijkheden ziet om bij afsluiting van de zeearm een stukje buiten de dam open te houden. Volgens de heer Van Rossum zou het plan Van der Velde hierin voorzien, maar spreker is dienaangaande toch niet zo gerust. Hij heeft de indruk dat het r^eringsbeleid erop gericht is de mosselvisserij te verplaat-sen naar Harlingen of Den Oever. Spreker heeft steeds gepleit voor behoud van de verwaterplaatsen in Zeeland.

De zondagsontheiliging gaat ook met een open Oosterschelde door hoewel misschien in een minder snel tempo.

De heer Schot zegt dat opiniepeilingen hebben ui^ewezen, dat op Schouwen - Duiveland en ook in geheel Nederland een toenemend aantal van de bevolking voor openhouding is.

De heer Van Ommeren vraagt of de heer Schot het risiko zou willen verdedigen dat 25 jaar uitstel van versterking van de dijken met zich brengt.

De heer Maljaars zegt namens de Zeeuwse statenfraktie, dat deze t.a.v. de Oosterscheldekwestie hetzelfde standpunt inneemt als de Kamerfraktie. Ook voor de statenfraktie is de veiligheid primair. Daarom heeft zij zich ook uitgesproken tegen instelling van een nieuwe Deltakommissie, aangezien dit Ie tot grote vertraging zou leiden, en ten 2e hierdoor verwachtingen zouden worden gewekt, welke toch niet gehonoreerd kunnen worden. Ook al zou de meerderheid van de S.G.P. via opiniepeiling voor openhouden zijn, wat door een der vissers wordt gesuggereerd, dan is dit nog geen reden om van standpunt te veranderen. Inderdaad lan dit alleen verwacht worden na overtuigende argumenten.

Nu er toch een nieuwe Deltakgmmissie ingesteld is en de regering uitdrukkelijk heeft verklaard dat de afsluitingswerken onverminderd doorgang zullen vinden, is het misschien toch wel goed dat deze kommissie er is. Immers, voorheen beschouwden de tegenstanders van afsluiting Rijkswaterstaat steeds als het lichaam, dat afsluitir^ ten koste van alles wilde doordrijven. Als nu evenwel de nieuwe kommissie, waarin naast technokraten, ook allerlei biologen, ecologen enz. zittir^ hebben, ook tot de konklusie zou komen, dat afsluiting van de Oosterschelde moet plaats hebben, dan is rijkswaterstaat het ten onrechte opgel^de odium kwijt.

Ds. Abma zegt tenslotte, dat zowel kamer-als statenfraktie naar eer en geweten gehandeld hebben in deze zaak. De belangen zijn terdege tegen elkaar afgewogen. De nieuwe Deltakommissie heeft een wat politieke achtergrond, maar als ze met gedegen argumenten zou komen, dan zijn we alsnog bereid met de Zeeuwse S.G.P.vissers opnieuw van gedachten te wisselen. De Fractie blijft blijft wal aangaat open.

De vissers achten dit zeer nuttig. Namens hen dankt de heer Schot voor de bereidheid tot dit gesprek.

C^ verzoek van de voorzitter eindigt de heer Maljaars met dankgebed.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen