Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De wenende Hanna

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De wenende Hanna

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Door ds. G. A. Zijderveld, Middelburg.

(slotl

We zijn voor onszelf het gelukkigst als we kunnen zwijgen en God zelf laten richten. Hanna werd door Peninna vervolgd en getergd. Is dit iets vreemds voor Gods volk op aarde?

Weineen, ze ontmoeten op het levenspad menigmaal een Peninna. Was deze Peninna een heidense vrouw?

Neen, ze was een dochter van het volk van Israel, evenals Hanna. Maar wist ze dan niet dat ze tegen God zondigde door Hanna te tergen en uit te schelden?

Natuurlijk, dat wist ze heel goed, maar ze luisterde naar de stem van haar goddeloos hart. Het was bij Peninna de vijandschap tegen het werk der genade in het hart van Hanna. Er is in de wereld veel vijandschap, maar de felste haat is de vijandschap tegen het werk van God. Godsdiensthaat is het ergste van alles. Gods kinderen ontmoeten in hun leven allerlei Peninna's. Is de vorst der duisternis niet menigmaal een tergende Pe­ ninna voor hen? Wat kan satan Gods uitverkoren kinderen lasteren en benauwen! Wat een lastering sprak hij uit aan het adres van de godvrezende Job, toen de Heere hem prees voor zijn oprechte levenswandel. Wat kan de duivel onze ziel op sluwe en tergende wijze aanvallen. Hij schiet scherpe pijlen af, die in hels vergif gedoopt zijn. De laster en de tergende beschuldigingen kunnen de ziel zo wonden en verschrikken.

Gods volk kan dag en nacht gekweld worden door de vorst der duisternis. Weet u wie een echte Peninna is voor het volk dat de Heere in waarheid vreest? Ons zondig vlees, ons goddeloos ik, de oude mens. We zoeken de vijand meestal buiten de stad mensenziel. Vergeet het niet, de verradelijke Peninna woont in het huis van Elkana, ze leeft met ons. Het vlees onderwerpt zich der wet Gods niet, want het kan ook niet. De strijd tussen vlees en geest kan zo zwaar zijn. Waar zocht Hanna haar troost? Bij haar man Elkana? Deze man was zeer goed voor haar, hij gevoelde de smart van haar hart en leefde mee in het kruis dat ze moest torsen. Hij zei tegen haar als ze zoveel verdriet had: , , Ben ik u niet beter dan tien zonen? "

Gods kinderen beleven het dat de wereld hen haat, omdat ze een ander volk zijn en uit andere b^nselen leven. Maar Peninna is eveneens een vijand, al leeft ze naast ons. Hanna had dikwijls meer verdriet van Peninna dan van de Kanainieten die overgebleven waren op het gebergte van Efraim.

Is dit niet menigmaal de ervaring van Gods oprechte gunstvolk? Ja, het kan gebeuren dat we in onze man of vrouw een Peninna hebben. Weer anderen hebben in hun kinderen of familie een Peninna.

Wat is het smartelijk om dit te beleven! Wanneer je spreekt over dagelijkse dingen en het wereldgebeuren gaat alles goed. Maar wanneer je spreekt over het geestelijke leven en de noodzakelijkheid der bekering komt de botsing. Wie is te beklagen, Hanna of Peninna?

Niet Hanna, maar Peninna. Hanna mocht met haar nood en verdriet, met haar droefheid en kruis naar God vluchten. Peninna was een gewillig instrument in de hand van satan. Alle Peninna's die Gods volk bestrijden en tergen zijn diep te beklagen! De Heere zal het ongetwijfeld voor Zijn Hanna's opiemen en alle Peninna's straffen met Zijn oordelen. Maar een Peninna kan nog bekeerd worden en dan verandert ze in een biddende Hanna. Hanna liet zich niet door een mens troosten. De Heere alleen kon haar troost geven, daarom vluchtte ze naar Gods genadetroon. In het huis des Heeren te Silo legde ze haar kruis voor God neer en stortte ze haar ziel uit in een ontroerend smeekgebed.

Ze was bitter bedroefd. En waarheen zou ze beter kunnen gaan dan naar de God des levens? Ze bad ernstig en vurig tot de Heere, opdat Hij haar schande zou wegnemen.

, , 0 God des levens, o Heere mijn Toevlucht - zo zuchtte ze - zie neder op uw dienstmaagd. Het mocht U behagen om uit soeverein welbehagen aan mij te gedenken en mij een zoon te schenken".

Ziet haar worstelen in Gods huis. De Heere alleen kan haar verdriet wegnemen en haar troost geven.

, , En zo U mij deze weldaad zou willen schenken, ben ik bereid hem U weder te geven, opdat hij U zal dienen in Uw huis".

Wat was de diepste begeerte van Hanna's hart? Dat God haar een zoon zou geven die in de Kerk mocht arbeiden tot de komst van het Koninkrijk des Heeren. Hanna kon niet loslaten in haar gebed. En heeft de Heere haar niet wonderlijk verhoord? God schonk haar een zoon, ze mocht moederweelde smaken en de Heere daarvoor verheerlijken. Hoe heilig en heerlijk is God!

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 november 1973

De Banier | 8 Pagina's

De wenende Hanna

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 november 1973

De Banier | 8 Pagina's