Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buiten onze grenzen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buiten onze grenzen

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZUID-AFRIKA OP TWEESPRONG

„Wij geloven dat de toekomst van ons land alleen bepaald kan worden door een lichaam dat democratisch is gekozen op een niet-raciale basis. . . Algemene verkiezingen op basis van gemeenschappelijke stemlijsten in een verenigd, democratisch niet-raciaal Zuid-Afrika is de enige weg naar vrede en raciale harmonie." Dit pleidooi voor een niet-raciaal Zuid-Afrika kwam voor in de eerste openbare toespraak van Nelson Mandela na zijn vrijlating. Zijn vrijlating, onderdeel van andere door president De Klerk aangekondigde beleidswijzigingen, leidde wereldwijd tot speculaties over een „doorbraak" in het Zuidafrikaanse apartheidsbeleid op korte termijn. Meestal maakte men dan de vergelijking met de snelle veranderingen in het Oostblok vanaf november vorig jaar. Zo eindigde één politiek commentaar zelfs met „De Klerk hield zijn rede precies een jaar nadat hij werd gekozen tot leider van de Nationale Partij. Sindsdien heeft hij zich ontpopt als de meest radicale en moedigste van alle negen blanke leiders die Zuid- Afrika heeft gehad. En hij zal vrijwel zeker ook de laatste blanke leider zijn."^ Het lijkt mij toe dat hier de weerbarstige realiteit van de Zuidafrikaanse samenleving al te veel uit het oog is verloren. Terecht sprak een ander in dit verband over een „Mandela-mania" die de grote problemen waar Zuid-Afrika mee worstelt even deed vergeten. De oproep van Mandela tot onderhandelingen met de blanke regering en zijn pleidooi voor een niet-raciaal Zuid-Afrika, wordt niet door iedereen in het ANC onderschreven. Afgezien van het feit dat niet alle zwarten zich vertegenwoordigd voelen door het ANC. Denk alleen maar aan de grote Inkatha-beweging van Zoeloeleider Buthelezi die op voet van oorlog verkeert met het ANC. Tegelijk zal president De Klerk het gevoerde beleid moeten verdedigen tegenover zijn blanke achterban. Te snelle veranderingen kunnen tot grote onrust leiden onder het blanke electoraat, wat weer tot versterking zou kunnen leiden van de uiterst rechtse groeperingen.

MANDELA ALS SYMBOOL

Als een plaatselijk leider van het Afrikaanse Nationale Congres (ANC) ging Mandela in 1962 de gevangenis in en als een mythe komt hij er bijna 28 jaar later weer uit. Zo sprak bisschop Tutu: „Mandela is het symbool van ons volk geworden. Door zijn gevangenschap wordt de onderdrukking van ons volk gesymboliseerd." Door de totale afzondering van de buitenwereld en door de activiteiten van de pers kon de mythevorming rond zijn persoon zulke grote vormen aannemen. Wie wist nog precies wat Mandela voorstond na al die jaren en wie wist bijvoorbeeld hoe hij er uitzag? In al die jaren mochten geen foto's van hem verschijnen en bleven de kranten foto's afdrukken van Mandela als veertigjarige. Hij werd de bekendste politieke gevangene ter wereld, maar werd tegelijk meer en meer de grote onbekende.

Mandela werd geboren in Transkei als oudste zoon van een koninklijk geslacht. Hij wenste geen , , traditioneel leider" te worden en vestigde zich als advocaat in Johannesburg. Ondertussen maakte hij, samen met zijn vriend Oliver Tambo, snel carrière binnen het ANC. In die tijd een veel gematigder organisatie, die zich o.a. het inspireren door het „vreedzamer verzet" van de Indiase leider Gandhi. Hij en Tambo zetten zich in om de organisatie tot radicaler verzet tegen de blanken te krijgen. Het breekpunt kwam na het bloedige incident tussen politie en betogers te Sharpville in 1960 waarbij 69 mensen, die tegen de , , pasjeswetten" demonstreerden, omkwamen. Sindsdien was het ANC als „communistische terreurorganisatie" in Zuid-Afrika verboden. Nadat hij bekendgemaakt had dat het ANC het idee van vreedzaam overleg liet varen en zou overgaan tot guerrillastrijd, dook Mandela onder en richtte een militaire vleugel op onder de naam „Speer der Natie". Op 5 augustus 1962 werd hij, de „zwarte pimpernel", tenslotte samen met o.a. Walter Sisulu aangehouden. In 1964 werd hij tot levenslang veroordeeld. Verreweg het grootste deel van zijn straftijd zat hij op Robben eiland. Het laatste jaar werd hij vastgehouden in een gevangenis bungalow bij Kaapstad.

VERDEELDHEID

Toen president De Klerk het ANC legaliseerde, heerste er bij het ANC grote verwarring over het leiderschap en de te volgen koers. Mandela zat nog gevangen en de voorzitter, Oliver Tambo, werd na een hersenbloeding nog altijd verpleegd in een Zweeds ziekenhuis. Voorlopig trad als woordvoeder naar voren Walter Sisulu, de vroegere secretaris-generaal van het ANC, die vorig jaar na 25 jaar gevangenschap werd vrijgelaten. De verwarring over de te volgen koers heeft, naast de nieuwe initiatieven van De Klerk, ook te maken met de ineenstorting van het communisme in Oost-Europa. Het ANC onderhield zeer nauwe banden met de Zuidafrikaanse Communistische Partij, de SACP. De leidingen van beide groeperingen zijn zelfs onderling vervlochten. Zo is Mbeki, de internationaal secretaris van het ANC, een vooraanstaand Hd van de internationaal secretaris van het ANC, een vooraanstaand lid van de SACP. Mbeki heeft zelfs twee jaar gestudeerd aan de Hoge Partijschool in Moskou en geldt als een expert in de marxistische filosofie. Ondertussen heeft Moskou de steun aan de SACP ingetrokken. Tel daarbij de huidige legalisering door de Zuidafrikaanse regering van zowel ANC als de SACP en de ideologische ontreddering wordt begrijpelijk. Ondertussen lijkt het geweldige prestige van Mandela de problemen over het leiderschap te hebben opgelost. Maar als hij spreekt over zijn ideaal van een niet-raciaal Zuid-Afrika dat langs de weg van de democratie moet worden bereikt, is dat binnen het ANC toch niet geheel zonder tegenspraak. Zo bekijkt Hani, die het hoofd is van de guerrilla-eenheden van het ANC, het idee van onderhandelingen met groot wantrouwen. In deze kringen wil men de gewapende strijd eerder nog opvoeren. Waarschijnlijk had Mandela deze groep op het oog toen hij, naast zijn pleidooi voor het openen van onderhandelingen met de regering, ook sprak: „De factoren die de gewapende strijd noodzakelijk maakten, bestaan vandaag de dag nog altijd. . ." Hij zal al zijn gezag moeten aanwenden binnen het ANC om van die kant te bereiken wat hij als wens uitsprak: „Dat er spoedig een klimaat zal worden geschapen, dat een oplossing door onderhandelingen zal bevorderen, zodat de gewapende strijd niet langer noodzakelijk zal zijn." Om dat gewenste klimaat te bereiken zal het ANC ook bereid moeten zijn nog eens kritisch te kijken naar de door haar voorgestane economische koers. In haar Handvest van 1955, het Freedom Charter, pleit het ANC voor een gemengde economie waarbij een groot aantal bedrijfstakken, o.a. de banken en de mijnen, dienen te worden genationaliseerd. Ook Mandela heeft dit idee onlangs nog weer onderschreven.

Als dit standpunt onverkort wordt vastgehouden, zal het op zich al een blokkade gaan vormen voor eventuele overlegrondes met de regering.

GROTE VARIËTEIT

Het is onder anti-apartheidsstrijders de gewoonte te spreken over dè zwarte verzetsbeweging. In werkelijkheid gaat het om een veelheid aan groepen en leiders die het vaak volstrekt oneens zijn over de te volgen strategie tegen de apartheid. Zo zijn er onder de zwarte nationalisten ook die niet denken aan een „niet-raciaal" bestel, maar aan willen koersen op een meer zwart-raciaal getint „Afrikaans model", waar dus voor de blanken geen plaats meer zou zijn. Ernstig is ook het conflict tussen het Verenigd Democratisch Front (UDF), een bondgenoot van het ANC, en de etnische Inkathabeweging van Zoeloeleider Buthelezi. In de provincie Natal is deze strijd ontaard in een „oorlog" die in de afgelopen vier jaar aan meer dan 2000 mensen het leven heeft gekost. Van beide zijden wordt de strijd met verbetenheid gevoerd. De dag nadat president De Klerk het ANC legaUseerde, trokken strijders van Inkatha op en staken huizen van ANC- en UDF-aanhangers in brand. Verder is vanzelfsprekend de verhouding tussen het ANC en de zwarten die meewerken aan de thuislandenpolitiek van de Zuidafrikaanse regering zeer gespannen.

Nu president De Klerk de zwarte bevolking heeft „uitgenodigd" om in onderhandelingen te treden met de blanke regering, treedt de verdeeldheid van de zwarte bevolking toch te verenigen onder de paraplu van het ANC, om dan als eenheid de regering tegemoet te kunnen treden. Maar ook president De Klerk heeft zo zijn problemen. Hij zal veel moeten uitleggen aan zijn achterban. Wat zullen de volgende stappen zijn op het nu ingeslagen pad? Zijn Nationale Partij heeft altijd gezocht naar waarborgen voor de toekomst van de blanke minderheid. Daarbij was altijd het uitgangspunt een deling van de macht langs de lijnen van de verschillende bevolkingsgroepen en hun thuislanden. Nu het begin zichtbaar lijkt te worden van een nieu­ we koers roept dat begrijpelijk grote onzekerheid op onder de blanke bevolking. De weg die gegaan zal moeten worden, zal dan ook voorzichtig dienen te worden betreden en het zal zeker ook de nodige tijd vergen^ Voorlopig lijkt het erop dat zowel Mandela als De Klerk eerst alle energie nodig zullen hebben om bij hun eigen achterban tot een eensluidende koers te komen. Dat is toch een eerste voorwaarde om daarna in overleg tot een gezamenlijke stabiele koers te kunnen komen. Ondertussen heeft de Nederlandse regering besloten om het economische sanctiebeleid tegen Zuid- Afrika voort te zetten. Gezien de situatie in Zuid-Afrika lijkt me dat de gevolgen, in economisch opzicht, van de gevoerde boycot-politiek het daar benodigde onderhandelingsklimaat zeker niet zullen bevorderen. we koers roept dat begrijpelijk grote onzekerheid op onder de blanke bevolking. De weg die gegaan zal moeten worden, zal dan ook voorzichtig dienen te worden betreden en het zal zeker ook de nodige tijd vergen^ Voorlopig lijkt het erop dat zowel Mandela als De Klerk eerst alle energie nodig zullen hebben om bij hun eigen achterban tot een eensluidende koers te komen. Dat is toch een eerste voorwaarde om daarna in overleg tot een gezamenlijke stabiele koers te kunnen komen. Ondertussen heeft de Nederlandse regering besloten om het economische sanctiebeleid tegen Zuid- Afrika voort te zetten. Gezien de situatie in Zuid-Afrika lijkt me dat de gevolgen, in economisch opzicht, van de gevoerde boycot-politiek het daar benodigde onderhandelingsklimaat zeker niet zullen bevorderen.

1) AUster Sparks: „Zuid-Afrika krijgt binnen tien jaar zwarte regering" (NRC 3 febr. '90).

Leusden

Drs. H. Lenselink

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 februari 1990

De Banier | 20 Pagina's

Buiten onze grenzen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 februari 1990

De Banier | 20 Pagina's