Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

MEDITATIE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

MEDITATIE

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

"En zij zeiden tot elkander: Was ons hart niet brandende in ons, als Hij tot ons sprak op den weg, en als Hij ons de Schriften opende? "

Lukas 24: 32

Brandende harten

Twee teleurgestelde mannen gaan van Jeruzalem naar huis, naar Emmaüs. In Jeruzalem hadden ze het Paasfeest bijgewoond. De feestvreugde van het volk was echter aan hen voorbijgegaan. En hun harten zijn brandende van pijn en verdriet. In plaats van feestvreugde verscheurt een diepe smart hun hart. Terwijl het volk in Jeruzalem het paaslam offert, zien zij hun Meester sterven en begraven uorden. Deze mannen, Kleopas en die naamloze (bent u het misschien? ) konden bij de wet van Mozes niet meer leven. Die kon hen niet verlossen van hun dodelijke kwaal. Door goddelijke genade hadden ze in beginsel een Ander leren kennen. Hij was hun Hoop en hun Leven geworden. I^ie ene Naam onder de hemel gegeven tot zaligheid was hen dierbaar geworden. Maar wat hadden ze nog vleselijke gedachten van het Koninkrijk dat Christus zou oprichten en waarvan zij een onderdaan mochten zijn. Met alle eigen verwachting en met hun onberispelijk leven naar de wet waren ze omgekomen. En nu was er maar één verwachting overgebleven: Tot Wien zullen wij heengaan?

Wat veroorzaakt dan die brandende smart in hun hart? Wel deze Jezus, waarop ze nu ai hun betrouwen hadden gesteld. Die hun enige hoop was, was gestorven en begraven. Nu is hun hoop verloren en hun verwachting de bodem ingeslagen. Wat moesten deze mannen leren wat de bediening van Christus inhoudt. Dat Hij om aan het goddelijk recht te voldoen moest sterven. Ze begrijpen niet dat de schuld betaald mc^et worden, de straf gedragen. En dat dat niet anders kon dan door de dood van de Zoon van God. En de Heere had nog wel zo nadrukkelijk gesproken van Zijn lijden en sterven.

Wat zullen ze als onverstandigen en tragen van hart door de Heere Zelf op hun plaats worden gebracht en wat zullen ongekende weldaden hen in die weg ten deel worden.

De opgestane Levensvorst voegt Zich bij hen op de weg. Hun ogen worden gehouden, dat zij Hem niet kennen. Hij weet met welk een diepe smart deze mannen vervuld zijn. En Hij weet als de hartenkenner en de nierenproever Zijn vragen zo aan hun hart te leggen, dat ze zonder terughouden hun hart voor deze vreemdeling openleggen. "Wij hoopten, dat Hij was Degene, Die Israël verlossen zou. Doch ook benevens dit alles, is het heden de derde dag, van dat deze dingen geschied zijn." Wat de vrouwen hebben gezegd, daarvan weten we niet wat we daarvan denken moeten. En daarin ligt nu het verdriet van deze mannen opgesloten: Maar Hem zagen ze niet. Het is hen om Hem te doen. Ze kunnen niet meer buiten Hem. En dan gaat de grote Profeet Zelf hun onderwijs geven. Beschamend onderwijs. Dan worden hun harten brandend van schaamte, maar ook brandend van liefde. Hij zet eerst het mes in hun vlees om het kwaad van hun gee.stelijke onkunde jammerlijk ongeloof weg te snijden. O onverstandigen en tragen van hart, om te geloven al wat de profeten gesproken hebben! Als Hij hen dan spreekt van Christus, van de noodzakelijkheid van Zijn lijden en sterven, van de voorzegging daarvan door de profeten, dan moeten deze mannen zich wegschamen. Zulk een grote zaligheid niet geloofd. Maar dan worden hun harten ook brandende van liefde. Liefde tot zulkeen. Die Zichzelf zo diep wilde vernederen, Die Zijn ziel wilde geven tot een rantsoen voor velen. Die zulk een smar­ telijke, smadelijke en vervloekte kruisdood wilde sterven. Liefde tot de Vader, Die naar Zijn soeverein welbehagen zondaren verkoor tot de zaligheid, liefde tot de Zoon, Die Zijn hartebioed gaf vcior doodschuldigen en strafwaardigen, liefde tot de Heilige Geest, Die de harten opent om de grote Genadegift Gods in het hart te verheerlijken. Die Geest Die nu ook hun harten brandende maakt en waarop ze elkaar wijzen als ze op de terugweg zijn naar Jeruzalem. Ze weten nog niet dat Hij het Zelf is, in Wiens hart de eeuwige Liefde woont, Die Zelf de liefde is.

Hun harten zullen nog meer met het vuur van de hemel vervuld worden. De schaamte maakt plaats voor blijdschap. We kennen de geschiedenis. Als zij deze vreemdeling dwongen met hen te gaan, gebeurde onder het breken van het brood het wonder: "En hun ogen werden geopend en zij kenden Hem." Hij is het, van Wie Hij Zelf sprak op de weg. Hij is de opgestane Levensvorst. Hij leeft en wij hebben Zijn heerlijkheid gezien. Hij is het ware Paasoffer. En hun harten worden brandende van blijdschap. Nu terug naar Jeruzalem!

Lezers, kennen wij iets van die onderscheiden brandende harten? Met de nood van ons leven over de aarde gaan en geen Borg voor onze schuld kunnen vinden. Wel eens de levende hoop op de Heere Jezus beoefend, maar dan alles weer kwijt. Nog ongelukkiger dan eerst.

Maar wat maakt Hij het ongelovig en dwaze hart brandend van schaamte en liefde als door Zijn Woord en de bediening van Zijn Geest de Christus der Schriften ontdekt wordt in Zijn dood en opstanding, in Zijn lijden en heerlijkheid. Hoe vervult Hij alle blijdschap als zij de Opgestane moger zien met het oog des geloofs en het waar mag worden: En zij kender Hem.

H.I. Ambacht Ds W. Silfhoui

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 april 1996

De Banier | 20 Pagina's

MEDITATIE

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 april 1996

De Banier | 20 Pagina's