Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Koopkrachtbehoud voor iedereen?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Koopkrachtbehoud voor iedereen?

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Plaats: plenaire vergaderzaal van de Tweede Kamer. Tijd: september 1997. Onderwerp: koopkrachtbehoud voor iedereen!Plaats: plenaire vergaderzaal van de Tweede Kamer. Tijd: februari/maart 1998. Onderwerp: koopkrachtbehoud voor iedereen? De geschiedenis herhaalt zich.

Een bekende uitdrukking leert ons dat belofte schuld maakt. Dat gezegde had bijzondere zeggingskracht in het debat over de koopkrachtreparatie voor 1998. Het ging over het volgende. Met ingang van 1 januari van dit jaar trad onder de naam premiedifferentiatie en marktwerking bij arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (Pemba) een wijziging van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) in v/erking. Onder de aangepaste WAO komt de WAO-premie volledig voor rekening van de werkgever. Tot en met 31 december 1 997 'betaalde' de werknemer ook een deel van de WAO-premie, zij het dat hij hiervoor door de zogenaamde overhevelingstoeslag gecompenseerd werd. Doordat onder het nieuwe WAO-regime de werkgever volledig premieplichtig werd, moest de overhevelingstoeslag (voorzover bedoeld als compensatie voor het werknemersdeel van de WAO-premie) evenredig worden verlaagd. Die verlaging heeft evenwel tegelijk gevolgen voor de hoogte van het netto-salaris: die neemt af. Om die achteruitgang op te vangen, is in het belastingplan 1998 voorgesteld om de belastingvrije voet op te hogen met een -niet-overdraagbaar- bedrag van ƒ 410, -. Tot zover is er niets aan de hand.

PER SALDO

Maar voor één groep werknemers pakte de vernieuwde WAO helaas wél negatief uit: de gemoedsbezwaarden. Hun situatie was tot vóór dit jaar als volgt. Op grond van artikel 17 van de Coördinatiewet sociale verzekering (CSV) kunnen diegenen, die gemoedsbezwaren hebben tegen verzekering ingevolge de Ziektewet (ZW), de WAO, de Werkloosheidswet (WW) en de Ziekenfondswet (Zfw) worden vrijgesteld van premiebetaling. Een gemoedsbezwaarde werknemer betaalde ten gevolge van deze wettelijke bepaling onder meer geen WAO-premie. Omdat hij evenals anderen wel de overhevelingstoeslag ontving, hield hij per saldo een hoger netto-salaris over dan zijn niet-gemoedsbezwaarde collega. De keerzijde van dat hogere netto-salaris was echter, dat geen uitkering zou plaatshebben ingeval van arbeidsongeschiktheid.

De hogere netto-uitkering stelde de gemoedsbezwaarde in staat om maatregelen te treffen in overeenstemming met zijn principiële overtuiging. Hierboven is aangegeven, dat de WAO per 1 januari 1 998 een werkgeverspremie is geworden en dat de overhevelingstoeslag als gevolg daarvan is verlaagd. Voor de gemoedsbezwaarde houdt dat in, dat zijn netto-salaris op een gelijk niveau is gekomen met de nietgemoedsbezwaarde. Immers, het financiële voordeel van het niet betalen van de WAO-premie in combinatie met het ontvangen van de overhevelingstoeslag, is vervallen. Ten opzichte van de situatie vóór 1 januari van dit jaar is de gemoedsbezwaarde werknemer dus in zijn netto-salaris achteruit gegaan.

Die constatering bracht de SGP-fractie in verband met de toezegging van de regering bij de algemene beschouwingen vorig jaar, dat niemand in 1998 in koopkracht achteruit zou gaan. Daarom klom fractievoorzitter Van der Vlies op 20 januari in de pen om de regering te confronteren met de spanning tussen die toezegging en de feitelijke situatie. In antwoord op die vragen (1 6 februari) gaf de regering toe, dat de positievere netto-positie van gemoedsbezwaarden na 1 januari 1998 wegvalt. "In die zin is het juist dat de extra financiële loonruimte om zelf een voorziening te creëren is afgenomen", aldus de regering. Op de vraag of voor gemoedsbezwaarden alle ruimte moet blijven bestaan, zonder dat daaraan negatieve financiële gevolgen verbonden zijn, antwoordde staatssecretaris De Grave van Sociale Zaken namens de regering: "Onder het nieuwe regime van de WAO blijft ten principale alle ruimte voor gemoedsbezwaarden. Bij de doorgevoerde wijzigingen is door een samenstel van maatregelen getracht nadelige financiële gevolgen te voorkomen. Aangezien voor gemoedsbezwaarden geldt dat om principiële redenen een deel van het belasting- en premie-instrumentarium niet kan worden ingezet, is volledige cor pensatie ten zeerste bemoeilijkt Daarmee was de kous af, althar dat dacht de regering.

NIET TEVREDEN

De SGP-fractie was echter bij la' ; , e na niet tevreden gesteld. In het c .- bat over de koopkrachtreparatie voor 1 998 op 1 9 februari bracl^ Van der Vlies deze kwestie opni' .w onder de aandacht van de rege g. Van der Vlies: "De inwerkingtrer g van Pemba heeft de overhevelin: - toeslag doen dalen. Gemoedsbc zwaarden ontvingen normaal ge sproken een hogere netto-uitkerir ; J dan niet-gemoedsbezwaarden vc i- wege het feit dat zij geen WAO e- mie betaalden. Daarmee konden een voorziening treffen in overeenstemming met hun overtuiging. Nu de WAO een werkgeverspremie -s geworden, behouden gemoedsbezwaarden het werknemersdeel van de WAO niet meer. Hun gunstig' netto-positie is dus opgehouden * bestaan. Elke voorziening die zi zelf willen treffen kost hun zodoe de geld. Met andere woorden: e heeft koopkrachtverlies voor deze categorie plaatsgevonden, waarvan de regering van mening is dat compensatie niet noodzakelijk is. Ik vind dat een verzwakking van de positie die gemoedsbezwaarden gelukkig - en ik zeg met nadruk: gelukkig- mg altijd binnen ons socialezekerheicsstelsel hebben gehad. Daarom vraag ik aan de minister toch nog eens de koopkrachteffecten voor deze categorie te bekijken en oplossingen te zoeken in de richting die IK voorstelde in de door mij gestelde schriftelijke vragen".

De regering zegde toe dit vraagstuk nogmaals te bekijken. Per brief van 1 5 april liet zij haar definitieve standpunt weten: geen compensatie voor gemoedsbezwaarden. In september 1997 klonk het heel ferm: koopkrachtbehoud voor iedereen! De SGP-fractie heeft maar één vraag overgehouden: koopkrachtbehoud voor iedereen^ mr. J.W. van der Ham

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 mei 1998

De Banier | 20 Pagina's

Koopkrachtbehoud voor iedereen?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 mei 1998

De Banier | 20 Pagina's