Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BELIJDEND IN DE BRES STAAN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BELIJDEND IN DE BRES STAAN

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op 20 maart 1999 herdacht de Guido de Srèsstichting onder grote belangstelling haar 25jarig bestaan in de (historische) aula van het Academiegebouw van de Universiteit Utrecht. Op die dag hebben we ons bezonnen op het thema Xhristelijke politiek in een geseculariseerde samenleving^ Naast andere bijdragen zijn de lezingen opgenomen in het jubileumboekje. Het ^/vas een goed samenzijn. Tevens is op de jubileumdag het nieuwe logo gepresen teerd.

De aanbieding van het nieuwe logo brengt ons als vanzelf bij de persoon en het werk van Guido de Brés. Deze predikant van de gereformeerde gemeente onder het Kruis e Doornik is bekend geworden als de opsteller van de Nederlandse Geloofsbelijdenis (NGB), die hij op bijzondere wijze publiek heeft gemaakt.

Op 2 november 1561 vond de wacht van het kasteel te Doornik een klein pakje, wat in de nacht over de muur was geworpen. In dat pakje zat een klein in het frons geschreven boekje, dat vergezeld was van een brief, die was gericht aan de koning van Spanje. Beide stukken waren anoniem.

Het genoemde boekje werd in 1562 in het nederlands vertaald als Belijdenisse des Gheloofs. Later bleek dat deze Nederlandse Geloofsbelijdenis, de Confessio Belgicc, was opgesteld door Guido de Brés.

De bijzondere aanbieding van de Confessio Belgica vond niet plaats in de hoogtijdagen van de kerk. Er was geen nationale synode die opdracht had gegeven tot het opstellen ervan. Van het tegendeel was eerder sprake. De omstandigheden waren benauwend en de publicatie was een daad van een geprangd geweten, vergelijkbaar met het beetpakken van een laatste strohalm. De kerk verkeerde in zwaar weer.

VERSCHIL VAN INZICHT

Het is deze tijd, omstreeks 1559, dat Guido de Brés met zijn werk in Doornik begon. Na een zwerftocht, vluchtend voor zijn geloof, kwam hij via Engeland, de Nederlanden, Duitsland, Geneve als geschoold prediker in Doornik terecht. Guido de Brés was met Calvijn overtuigd van de noodzaak ook aanzienlijken, vorsten en edelen voor het Evangelie te winnen, moor dat vroeg wijsheid en takt. Hij zag evenwel kans op een voorzichtige wijze een aanzienlijk deel te beïnvloeden en aan de kerk te verbinden. Deze voorzichtigheid bracht hem in conflict met het andere deel van zijn gemeente, dat steeds meer moeite kreeg met het lijdzaam toezien bij de wreedaardige vervolgingen en onmenselijke terechtstellingen.

In 1561 speelde de kwestie of de calvinisten nog langer het geweld van de overheid lijdzaam moesten dulden. Een deel van zijn gemeente meende zich actief te moeten verzetten. Over dit actieve verzet kwam dan ook een groot verschil van mening.

Het deel dat in verzet wilde komen, oordeelde dat zodoende de weifelaars over de streep getrokken zouden worden. Daarmee zou de Reformatie in Doornik naar hun overtuiging een andere wending krijgen. Zij wezen de voorzichtige benadering van Guido de Bres resoluut of, want in hun ogen zou dat niet tot het gewenste doel leiden. Guido de Brés was het met deze opvatting on­ eens en hij bleef zich daartegen dan ook verzetten. Naar zijn overtuiging zou het openlijk verzet tegen de overheid, juist de overheid in de kaart spelen en de calvinisten op één lijn plaatsen met de oproerige wederdopers. Hij had een afkeer van de sekte, vanwege haar maatschappij-opvatting, haar Schriftbeschouwing en haar visie op kerk en staat. Hij had geen moeite met het straffe optreden van de overheid tegen de wederdopers, omdat die in zijn ogen de staat ondermijnden. Het griefde hem dan ook dat de overheid de calvinisten en de wederdopers op een hoop veegde. Dot was zijns inziens volstrekt onterecht, omdat de calvinisten zich aan de Bijbel willen onderwerpen en de overheid erkennen als 'Gods dienares'. Zij willen de staat naar Bijbelse principes hervormen en roepen de overheid op wat daarmee strijdig is, te weren.

Guido de Brés heeft de strijd met het naar verzet staande deel van zijn gemeente verloren. Hij kon ze niet overtuigen en in bedwang houden. Op 29 september 1561 trokken ze luidkeels psalmzingend door de straten van Doornik. De volgende avond herhaalden deze zgn. 'chantières' zich.

Wat Guido de Bres verwachtte, gebeurde. De demonstratie keerde zich tegen de aanhangers van de 'Nieuwe leer'. De stille diplomatie ten behoeve van het calvinisme onder de aanzienlijken was niet meer mogelijk. De magistraat kon niet meer doen voorkomen, alsof hij van niets wist. Het leidde er uiteindelijk toe dot de landvoogdes, Margaretho van Parma, enkele koninklijke commissarissen (bewindvoerders) naar Doornik stuurde om orde op zaken te stellen. Links en rechts werden mensen gevangen genomen, veroordeeld of terechtgesteld. De tijd voor geheime propaganda was voorbij en de officiële weg was afgesloten. Hem restte nog slechts een middel: een dringend beroep op de Overheid.

PROCLAMATIE

Teneinde klip en klaar duidelijk te maken dat calvinisten en wederdopers ver van elkaar verwijderd zijn, nam hij de opstelling van de NGB ter hand. De aanbieding van deze Geloofsbelijdenis is een wapenfeit, waarmee hij belijdend in de bres is gaan staan voor de 'Nieuwe Leer'. In het begeleidend schrijven aan de commissarissen klaagt hij over de vervolgingen ter wille van het geloof in Jezus Christus, hlij werpt met afschuw de beschuldiging van zich als zouden de navolgers van Christus verstoorders van de openbare orde zijn en in opstand tegen de wettige overheid (willen) komen. fHij probeert de koning ervan te overtuigen dat de godsdienst die de calvinisten belijden, geen grond geeft om misdaden tegen de overheid te plegen.

Hij proclameert als het ware dat ze bereid zijn voor hun geloof te sterven. Het zal de koning niet baten, al worden de vervolgingen nog heviger, want de verbreiding van het Evangelie zal hij niet kunnen tegenhouden. Deze mensen zullen Gode meer gehoorzaam willen zijn dan mensen. Hij roept als het ware God tot getuige hoe hij de oproer onder het volk afkeurt. Zijn proclamatie doet denken aan de stervenskreet van Willem de Zwijger: 'Heb medelijden met mij en met dit arme volk.' Daarentegen wijst hij de overheid op haar taak om haar onderdanen te beschermen tegen onderdrukkers.

CHRISTELIJK MARTELAARSCHAP

Noch met het boekje noch met zijn brieven bereikte Guido de Brés zijn doel. Zodra de landvoogdes het boekje in handen kreeg, vaardigde ze op 4 november 1561 een edict uit tegen de verspreiding ervan. Met als gevolg dat de vervolgingen steeds scherpere vormen aannamen.

Ook het leven van Guido de Brés was in gevaar. Bij een huiszoeking werd op een gegeven moment zijn verblijfplaats ontdekt en behalve diverse bescheiden ook veel exemplaren van de Nederlandse Geloofsbelijdenis gevonden.

Margaretha heeft het boekje en de begeleidende brief aan Philips II doen toekomen. De koning wilde niet toestaan dat de calvinisten in het publieke leven God naar Zijn Woord konden dienen. Ook hun vraag om de kerk te zuiveren van de valse leer, wees hij van de hand. Hij zag de calvinisten als scheurmakers, rebellen en ketters. Die diende hij te vuur en te zwaard bestrijden. Dat deed hij dan ook, want in artikel 36 NGB had hij een bewijs voor het weren en uitroeien van staatsgevaarlijke personen.

Op 31 mei 1567 is Guido de Brés de marteldood gestorven. Hij heeft het christelijk martelaarschap mogen en willen dragen. Belijdend en getuigend heeft hij zijn leven in dienst gesteld van de verbreiding van het Evangelie.

Guido de Brés heeft van meet af aan duidelijk onderscheid gemaakt tussen de zaak van de gereformeerden en die van de wederdopers en andere voorstanders van een politieke en maatschappelijke omwenteling. Dat brengt hij ook in artikel 36 (NGB) zo treffend onder woorden. De overheid moet een werkelijk christelijke overheid zijn en mitsdien de hand houden aan de heilige ker-kedienst en overal het Evangelie doen prediken.

LOGO

Het logo verbeeldt de spraakmake , - de geschiedenis van Guido de Bre , , de man die de heersende koning Philips II probeerde te overtuigen van de betekenis van het leven nc r de Heilige Schrift in het publieke l» ven. Hij wilde de koning duidelijk maken dat hij niet naar eigen inzichten handelde. In het logo ziet men de kasteelmuur, waar het pak j over de muur wordt geworpen. De ze zwaaiende beweging heeft bo vendien de vorm van de letter G, c 3 G van Guido de Brés. In de lus vo' de letter G kan het ichthus-visje wc den gelezen, dat van origine symbool staat voor christelijk martelao schap. Het achtergrondvlak geeft r > plaats van de kerk in de maatscho pij weer.

Christenen belijden dat ze in gehoorzaamheid aan de overheid God naar Zijn Woord willen dienen. Om dat te bereiken kan het n dig zijn de hulp van hun wettige overheid in te roepen. Christenen zijn gehouden loyaal tegen God e de staat te zijn. Christenen behore; de meest loyale staatsburgers te zijn. Guido de Brés is ons tot voor beeld, opdat wij ook in een multic •- turele samenleving de overheid he; inneren aan haar hoge roeping. H t leven onder een overheid die niet christelijk wil zijn, is niet altijd eve^ eenvoudig. Dat kan christelijk mar - laarschap meebrengen, maar biec geen vrijbrief de wereld aan haar lot over te laten.

J.Mulder

N.B.: Het jubileumboekje Christeli' ke politiek in een geseculariseerde samenleving. SGP in de 21 e eeuv is te bestellen door overmaken van f 15, 30 (incl. verzendkosten) op gironummer 526317 t.n.v. Zicht te Den Haag o.v.v. 'jubileumboekje'

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 april 1999

De Banier | 32 Pagina's

BELIJDEND IN DE BRES STAAN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 april 1999

De Banier | 32 Pagina's