Verslag van het slotcongres

Zaterdag 12 mei jongsleden was een betrokken groep SGP-ers bij elkaar op het slotcongres van het jaarthema "De hechte samenleving". De bijeenkomst was bedoeld om te kijken v/at de bezinning op dit thema heeft opgeleverd en in hoeverre er bruikbare elementen naar voren zijn gekomen die van belang zijn om mee in te nemen in het verkiezingsprogramma. In deze bijdrage vindt u een kort verslag van deze bijeenkomst.

OPENING

Het congres stond onder leiding van hoofdbestuurslid de heer. A. Waaijenberg. Nadat hij alle aanwezigen hartelijk welkom geheten had, opende partijvoorzitter ds. D.J. Budding de dag. Hij stond naar aanleiding van Psalm 75 vers 4b een ogenblik stil bij de woorden "maar ik heb zijn pilaren vastgemaakt". Hij gaf aan dat een hechte samenleving er alleen maar kan zijn als er een goede grondslag is, als er pilaren zijn gegrond op het Woord des Heeren. Als deze pilaren worden weggehaald, stort een samenleving ineen. Dit geldt ook voor ons land. Ons land maakt zich rijp voor het oordeel. Net als de psalmdichter is het onze roeping te getuigen van Hem. Het Woord van God geeft macht. Hij spreekt de wens uit dat we toch zo werkzaam bezig zouden mogen zijn.

TOELICHTING

Dhr. Waaijenberg gaf vervolgens een korte uitleg van de inhoud van het jaarthema. Het jaarthema bestaat uit drie deelthema's, te weten: de multiculturele samenleving, jeugdbeleid en sociale cohesie. Enkele vragen hebben de afgelopen periode centraal gestaan.

Wat zijn de problemen? Wat is ons ideaal? Welke oplossingen zien we vanuit ons ideaal om de problematiek aan te pakken? Welke rol is onze overheid daarbij toe te denken? Deze vragen zullen in de verschillende referaten en co-referaten aan de orde komen. Per deelthema worden eerst de referaten gehouden.

DE MULTICULTURELE SAMENLEVING

Dick Both, bestuurslid van de SGPjongeren ging in zijn referaat in op de problematiek van de multiculturele samenleving. Hij schetste dat in 2015 1 2-14% van de Nederlandse bevolking behoort tot de doelgroepen van het integratiebeleid. Deze ontwikkeling heeft religieuze, maatschappelijke en economische gevolgen. De allochtonen laten hun religie niet achter in het land van herkomst. Zij zullen ook voor hun religie en gewoonten ruimte vragen. Denk hierbij aan het Islamitische offerfeest als nationale feestdag, moslimscholen, etc. Maatschappelijk gezien is de werkloosheid onder allochtonen hoog, is er sprake van vroegtijdig schoolverlaten en hoge criminaliteit. Wat de economische gevolgen betreft is het de vraag in hoeverre er in tijden van recessie draagvlak zal blijven bestaan voor bijvoorbeeld kinderbijslag voor in het buitenland verblijvende kinderen.

Hoe nu als SGP met deze problematiek om te gaan? Dick geeft enkele bouwstenen voor een bezinning op integratiebeleid vanuit christelijke optiek. Allereerst heeft de overheid de taak om toegelaten vreemdelingen gelijke kansen tot maatschappelijke ontwikkeling te geven als autochtone Nederlanders. Ook de vreemdeling heeft een inspanningsverplichting tot inburgering. Ten tweede moet Nederland eerst duidelijk maken wat het eigene van de Nederlandse cultuur is. Een cultuurrelativerende houding geeft nieuwkomers geen houvast. Een derde punt is dat vreemdelingen zich moeten aanpassen aan de huisregels van Nederland, in de publieke sfeer dient de Grondwet daarvoor als uitgangspunt. Allochtonen zijn een overheid gewend die krachtdadig optreedt. Daarom is het in de vierde plaats belangrijk dat ook onze overheid de regels die ze stelt nakomt om te voorkomen dat ze haar gezag verspeelt. Ten vijfde mag de

overheid niet neutraal zijn als hei om de godsdienst gaat. Een ove; heid moet kleur bekennen. Anders kan bijvoorbeeld vrouwenbesnijdenis en polygamie nooit worden tegengehouden. Ons land is veel verschuldigd aan het christendor De overheid moet die elementen behouden. Afgoderij moet worde-i geweerd. Het is afkeurenswaardig dat er subsidies worden gegeven voor bijvoorbeeld de bouw van e in moskee. Tot slot geeft hij aan dar vanuit het theocratisch gedachtegoed het onderhouden van Gods geboden alle mensen past, daar-n moet de blik gericht worden op c\ minderheden. Het zou goed zijn als kerken en maatschappelijk midde ••• veld de zending in eigen land opnieuw doordenken.

JEUGDBELEID

Evert-Jan Brouwer, medewerker ven de SGP-fractie in de Tweede Kamer hield een referaat over het deelthema jeugdbeleid. Hij hoopt dat jeugdbeleid geen toekomst heeft Wanneer er vanuit het gezin ac de jeugd een toekomstperspectief geboden zou kunnen worden, dan zc^ J jeugdbeleid namelijk overbodig - jn geworden.

Door de crisis in de gezinnen er ^p scholen en de groei van de allo: '.tone jeugd is er op dit moment ze ^el aandacht voor jeugdbeleid. Er'. een groep jongeren ontstaan mr" gedragsproblemen als criminali': it, agressie. Het kabinetsbeleid me' betrekking tot de jeugd richt zie zowel op preventie als repressie In de kabinetsvisie is weinig ruimte voor de rol en de verantwoorde'jkheid van de ouders, er worden 'elfs verantwoordelijkheden van oucrs overgenomen. Belangrijkste knc punten van het jeugdbeleid zijn op dit moment dat er te veel instelling^-i en overheden bij het jeugdbeleid betrokken zijn, daardoor is de afstemming gebrekkig. Daarna !st zijn ouders van probleemkinde'sn moeilijk te bereiken. Ook wore' de jeugd onvoldoende betrokken : j de vormgeving van het jeugdbeleid. Tot slot hebben nog lang niet alle gemeenten een uitgewerkt beled in dezen.

De SGP moet uit blijven gaan \^n de primaire verantwoordelijkhe d van ouders voor hun eigen kinderen. Ook binnen onze eigen gezindte neemt de vraag naar kinderopvang en peuterspeelzalen toe. Door deze ontwikkeling wordt het voor de SGP moeilijk om kritisch te blijven staan tegen het overnemen van zorg^ en opvoedingsverantwoordelijkheden van ouders door andere instellingen. Omdat in de visie van de SGP ouders primair verantwoordelijk zijn voor hun eigen kinderen, moeten SGP-ers jeugdbeleid zoveel mogelijk beperken tot probleemjongeren. Dat zijn jongeren met wie het thuis of op school misgelopen is. Daarbij is het van belang dat ouders betrokken worden bij de mvu ling van het jeugdbeleid. De thuissituatie is namelijk van grote invloed op het gedrag van de jongeren. Als het gaat om de preventieve sfeer moet de overheid zoveel

mogelijk verantwoordelijkheden bij de ouders en scholen neerleggen. De overheid kan daarbij stimulerend optreden om die verantwoordelijkheid op te wekken. De hoofdtaak van de overheid is beteugeling en herstal voor het terugdringen van probleemgedrag. Verder is er een wervende taak voor de kerk door middel van kerkelijk jeugdwerk. Daarbij is het van belang dat laagdrempelige activiteiten georganiseerd worden. Structureel contact tussen kerkelijke en politieke vertegenwoordigers is zeer belangrijk.

SOCIALE COHESIE

Het derde deelthema, sociale cohesie, wordt ingeleid door dhr. J. Mulder, directeur van de Guido de Brès- > 5tichting, het studiecentrum van de ^GP. Hij schetst dat de samenleving 'S veranderd van een nomadensamenleving, naar een agrarische samenleving, naar een industriële samenleving en nu kunnen we spreken van een digitale samenleving. Kenmerkend voor onze huidige samenleving is afnemende staatsmacht, toenemen van anarchie en zelforganisatie. Mensen hebben meer mogelijkheden voor zelfontplooiing. De voortschrijdende individualisering heeft ertoe geleid dat de sociale cohesie in toenemende mate verdwijnt. Mensen hebben zich niet alleen bevrijd van de knellende banden van staat, godsdienst en traditie, maar ze hebben tegelijkertijd de veiligheidsgordels doorgesneden die hen moeten beschermen tegen

eenzaamheid, vertwijfeling en nihilisme. Deze ontwikkeling heeft geleid tot toename van misdaad, uiteenvallen van gezinnen, verminderde solidariteit en consumentisme. Door deze ontwikkelingen is de sociale cohesie onder zware druk komen te staan. Onze overheid heeft de uitdaging op zich genomen om een nieuwe vorm van onderlinge betrokkenheid te zoeken, die past bij deze tijd. In veel gemeenten kampt men met onvoldoende betrokkenheid van de bewoners. Het blijkt bijna overal moeilijk om bewoners duurzaam te interesseren voor hun eigen woon- en leefomgeving. Daarnaast zijn verschillende groepen Nederlanders onvoldoende bereid of in staat om te participeren in economische en sociale verbanden. Hierdoor raken zij geïsoleerd en zelfs verzeild in criminele circuits.

Deze problemen doen zich met name voor in de achterstandsbuurten van de grote steden. Het is een kerntaak van de overheid om dit soort achterstanden te voorkomen of op te heffen. Hoe moeten we nu als SGP-ers deze problematiek benaderen. SGP-ers hebben de neiging tegen voorstellen te stemmen die op het terrein van de bevordering van sociale cohesie worden gesteld, omdat er geen aansluiting wordt gevonden bij de uitgangspunten van de partij. Hoewel dit heel begrijpelijk is, moeten SGPers niet vergeten dat ze ook een bestuurlijke taak hebben. Als SGPers zouden we activiteiten moeten steunen die;

1. de participatie van bewoners versterken met inachtneming van de etnische diversiteit en de verschillende invalshoeken waarmee kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen van de buurt 'gebruik' maken of erop aangewezen zijn; 2. een bijdrage leveren aan voldoende gemeenschappelijkheid en (sociale) veiligheid in de directe leef- en woonomgeving; 3. een goede wisselwerking tot stand brengen tussen enerzijds de verantwoordelijkheid van bewoners voor de collectieve woon- en leefomgeving en anderzijds de verantwoordelijkheid van het openbaar bestuur; 4. een bijdrage leveren aan stimuleren van 'interactief' bestuur.

Het overheidsbeleid in deze is innerlijk tegenstrijdig. De overheid neemt tal van maatregelen die individualisme in de hand werken, dat is strijdig met het beleid elkaar tot een hand en een voet te zijn. Sociale cohesie vraagt om een grote nadruk op persoonlijke verantwoordelijkheid voor de samenleving als geheel. Bijbelse waarden en normen kunnen hieraan een grote bijdrage leveren.

MIDDAGGEDEELTE

Na de referaten was er een broodmaaltijd. Daarna werden de coreferaten gehouden en was er gelegenheid tot discussie. Het verslag daarvan kunt u D.V. in de volgende Banier lezen.

J.W. van Berkum,

medewerker studiecentrum SGP

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen