Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jaarvergadering · De betekenis van Gods wet nu

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarvergadering · De betekenis van Gods wet nu

11 minuten leestijd

Zoals vermeld in de vorige Banier zullen de inleidingen die gehouden zijn op de jaarvergadering gepubliceerd worden in ons partijblad. In dit nummer de lezing van ds. P. van der Kraan, zoals die door hem aangeleverd is, waarvoor onze hartelijke dank.

De volgende vraag is mij voorgelegd (ik vat met eigen woorden samen): Laat de verhouding tussen de I' en de 2' tafel van de wet der tien geboden het toe dat de 2' tafel op zichzelf wordt bezien, zonder de I' tafel erbij te betrekken? En als dat gebeurt, wat zijn de gevolgen daarvan?

Onmogelijk

Ik val met mijn antwoord met de deur in huis: het kan niet! De h en 2" tafel kunnen onderscheiden, onmogelijk gescheiden worden.Want God is God één. Dat is Zijn wezen en dat wil zeggen: God bestaat niet anders. De zogenaamde geloofsbelijdenis van Nicea zet in met: "lk geloof in één God..." en die van Athanasius belijdt: "Het algemeen geloof is dit, dat wij de enige God (in de betekenis van één) in de drieheid en de drieheid in de een­

heid eren." Gods eenheid is de bodem waaruit al Zijn eigenschappen/deugden voortkomen. Gods eenheid komt tot uiting in Zijn werken.Ten diepste doet Hij één werk in schepping en herschepping. Hij is die God, die niet laat varen de werken van Zijn handen.We zouden dat nooit elke kerkdienst kunnen belijden als God

niet één is. Gods eenheid komt ook tot uiting in Zijn openbaring. Die kan verschillen in vorm, maar nooit in wezen. Die schrijdt voort met de tijd, maar is principieel altijd gelijk. Dat geldt OT en NT en daarmee oude en nieuwe verbond. De bedeling van het verbond verschilt, maar de eenheid staat voorop. Het gaat om het ene, vaste verbond.

Dit alles geldt ook de wet van God. Die is niet een onderdeel, maar kloppend hart van Gods openbaring. Het is niet zonder reden dat God Zijn wet Zelf heeft afgekondigd. De wet van God is het centrum van de hele Godsopenbaring. Daarmee is gezegd dat het onmogelijk is een tweedeling te maken in Gods wet.Wie dat doet, maakt een deling in God Zelf en dat is onmogelijk! Wat God samengevoegd heeft, schelde de mens niet!

Bergrede

Dat dit wel gebeurd is (in de politiek), werd oorzaak van "de val van een bergredenaar": mr.Willem Aantjes. U kent de gelijknamige titel van het boek over hem? Ik bedoel het anders dan de titel zegt. In de jaren 70 (toen het CDA ontstond) introduceerde mr.Aantjes de Bergrede als politiek beginsel. Maar deze opvatting liet zich makkelijk annexeren door socialistische partijen. Hoe dat mogelijk was?

Europa was na de Franse revolutie een nieuwe tijd ingegaan. Die nieuwe tijd vroeg, volgens velen, om een nieuw geloofsverstaan. Om die reden lieten vele (vooral toonaangevende Duitse) denkers en theologen het OT als bron van Godsopenbaring los. Het geloof werd los gemaakt van Gods wet en richtte zich uitsluitend op NT. De Bergrede is daarvan een korte, kernachtige samenvatting.

Dat'geloof' was niet het klassieke rooms-katholieke geloof Ook niet het geloof dat de Reformatie had heront­ dekt en dat zich uitstrekt naar het koninkrijk der hemelen. Dat'geloof' was vooral gericht op hier en nu. Het richtte zich op een toekomst in deze wereld, die door de "nieuwe gelovigen" moest worden verwerkelijkt. Daarmee was het geloof geseculariseerd: gericht op dit leven en deze wereld. Het'ideaal' van de Bergrede moest hier en nu (horizontaal) worden gerealiseerd.

Dat ideaal kon verschillende vormen aannemen. Bijv. de vorm van een liberale samenleving, waarin het individu zichzelf zoveel mogelijk verwerkelijkt en de taak van de overheid alleen is om randvoorwaarden te scheppen, die deze ontplooiing bevorderen. Naast nóg andere vormen kon het ook de vorm van het socialisme aannemen, waarbij het opkomen voor zwakken en misdeelden program voor de politiek wordt. Omdat Aantjes zich beperkte tot de Bergrede en de band tussen Wet en Evangelie (OT en NT) doorsneed, ontnam hij zichzelf het juiste zicht op wat de roeping van de Staat is. Daardoor kwam christelijke politiek terecht in het krachtenveld van de ideologie. Dat in die tijd binnen het CDA velen met links sympathiseerden, vindt zijn oorzaak in dit losmaken van de Bergrede van Gods wet. In plaats van Gods geboden kwam de ideologie. Met dit voorbeeld heb ik aangetoond wat de gevolgen zijn als de 2' wetstafel van de \' wordt los gemaakt - een vraag die mij ook was voorgelegd.

Tot zover mijn antwoord op de aan mij voorgelegde vragen. Is mijn taak hiermee volbracht? Ogenschijnlijk wel. Ik vermoed echter dat er meer van mij wordt verwacht. Want dit antwoord plaatst u en mij voor het ontzaglijke dilemma hoe wij in deze tijd in de samenleving zullen opkomen voor het recht van God. Dat is een urgent probleem en ik wil dat concretiseren aan de hand van de huidige discussie over waarden en normen.

Wij voelen samen aan dat wij in het publieke debat daarover ons aandeel kunnen leveren zolang wij ons beperken tot de 2' wetstafel. Maar we voelen aan dat we onszelf buiten spel zetten als we op enig moment en enigerlei wijze de \' wetstafel in dit debat ter sprake brengen. Omdat wij niet anders kunnen. Omdat God één is en Zijn wet één is. Maar (en die brandende vraag dringt zich aan ons op): maken we onszelf daardoor niet monddood? Hebben wij dan, buiten de praktische politiek, nog iets wezenlijks te zeggen voor het forum van de wereld?

Eeuwige jeugd van Heidelberg

U voelt met mij hoe dat spant? Hoe komen we die spanning te boven? Ik meen dat de HC ons daarvoor een uitweg biedt. Ooit is door iemand gesproken over de eeuwige jeugd van Heidelberg. Hoe actueel de HC is, ook voor ons spreken voor het forum van de wereld, wil ik proberen aan te tonen. Na het onnavolgbare antwoord op de vraag naar de enige troost voor leven en sterven... en nadat de weg gewezen is om persoonlijk in die troost te delen... klinkt de vraag: "Waaruit kent gij uw ellende? Met die vraag sluit de HC aan bij de werkelijkheid van de mens, op zo'n manier dat die van meet af wordt belicht vanuit God.

Vanuit die invalshoek koerst de HC direct aan op de ellende van de mens. De HC gaat ervan uit dat die ellende er is. De mens moet er alleen nog aan ontdekt worden. Die inzet is voor vandaag zeer relevant en actueel; om niet te zeggen: modern.

Maar dan moeten wij met de HC niet omgaan als een stukje "oude waarheid", die we aldoor herhalen, maar zo dat we die "oude waarheid" (die meer waar als oud is) in onze tijd plaatsen.

Dat lijkt makkelijker gezegd dan gedaan. "Waaruit kent gij uw ellende? " Het antwoord is: "Uit de wet van God." Dit antwoord veronderstelt twee zaken, die niet alleen aangevochten, maar ook ontkend worden: h dat God er is; 2= dat hij Zijn Wet ons heeft gegeven. Zo'n antwoord kan alleen worden gegeven in een context waarin het bestaan van God en van Zijn Wet algemeen wordt aanvaard. Maar dat is in onze tijd onder brede lagen van ons volk niet het geval.Wat moeten wij dan met deze vraag en antwoord van de HC aan?

Waarom stellen de opstellers van de HC (in navolging van Melanchton) déze vraag en waarom zetten ze niet in bij de vraag naar het Godsbestaan, waarmee we misschien in onze tijd verder kunnen komen? Omdat zij ervan uitgaan dat diep in het hart van ieder mens het besef leeft, niet alleen dat God bestaat, maar ook dat God aan de mens Zijn eisen stelt én dat het de mens niet onverschillig kan zijn hoe hij met die eisen omgaat.

Als Ursinus spreekt over Gods wet als kenbron van ellende, legt hij verbinding met de openbaring van Gods wil in de schepping, die later gegeven is op Sinaï en daarna door de profeten is verklaard. Deze (zeden)wet, die blijvend aan alle(!) volken is gegeven, is als een spiegel die ons de vlekken van onze ziel aanwijst "gelijk ook ten dele doet de wet der natuur" (Schat-boeck, folio 17).

God heeft Zijn wet ingebracht in het diepste levensbesef van ieder mens en nooit kan ze daaruit worden verbannen, ook al zouden we dat willen. Daarom klopt de HC met grote vrijmoedigheid met genoemde vraag bij ons aan omdat de opsttellers weten dat die vraag de werkelijkheid van ons bestaan raakt. Niet dat wij klaar staan om die werkelijkheid te erkennen. De ellende van de mens, waarbij de HC aansluit, is wel zijn werkelijkheid, maar het is iets anders die werkelijkheid te erkennen. De HC spreekt hier Romeinen I en 2 na, waar sprake is van Godsbesef, dat door Gods algemene openbaring in het mensenhart is ingedragen, maar door onze zondige gezindheid en uitleving niet kan leiden tot Godskennis die genoeg is om zich schuldig voor God te weten. Door die ingeschapen kennis van God(s wet) is de mens wel op God aangelegd, maar tegelijk verbergt hij zijn religie onder zijn revolutie tegen God. Deze inzet van de HC lijkt nog steeds waardevol.We vinden deze inzet behalve in de HC in de hele gereformeerde traditie sinds Calvijn. In die traditie heeft de algemene openbaring van God in natuur, geschiedenis en geweten altijd een grote plaats ingenomen. Daarin licht helder op Gods eenheid in Zijn openbaring aan de mens. De wet (van Sinaï), waaruit wij onze ellende leren kennen, is dezelfde wet die God in alle mensen heeft ingeschapen. Gods wil is één voor alle mensen.

Dat is een belangrijk 'aanknopingspunt' bij de hedendaagse mens. Deze oude, maar actuele noties uit de gereformeerde geloofsleer willen ons helpen om te laten zien dat de moderne mens niet zonder God is, ook al ontkent hij dat voor zichzelf wanneer hij de ingeschapen Godskennis laat overwoeke­ ren door zijn verzet tegen God. Is dat verzet al geen bewijs dat die band tussen God en mens er is? Niet omdat de mens niet zonder God, maar God niet zonder de mens wil zijn. God heeft geen mens nodig, maar als z'n Schepper houdt Hij Zijn hand aan hem.

Spanningsveld

Er is ook een andere kant. Door de zonde is de afstand tussen God en mens zo groot geworden, dat er van de kant van de mens geen enkele mogelijkheid is om naar God terug te gaan. Hij wil dat trouwens niet eens! Dat levert een geweldige spanning op in de confrontatie van de hedendaagse mens met Gods wet. In die spanning zoekt de HC een weg waarlangs de op God aangelegde én van God afgekeerde mens met God in aanraking komt. Die aanraking / ontmoeting begint als de wet van God, diep in 's mensen hart ingedrukt maar door hem onderdrukt, hem als spiegel wordt voorgehouden. Om de mens te laten zien wie hij is, wat zijn levensdoel is en hoe hij gefaald heeft.We zetten in met de 2' tafel, want daar speelt zich het concrete leven af. Maar we laten het daarbij niet. Omdat Gods wet één is. En omdat de mens Gods wet ten diepste (her)kent, ook al ontkent hij hem.

De manier waarop Jezus het gesprek voert met de Samaritaanse bij de Jakobsbron moge voor ons een leidraad zijn hoe wij Gods (hele) wet en zo God zelf ter sprake kunnen brengen bij de moderne mens. Jezus begint bij de 2' tafel (7' gebod). Het loopt uit op een ontmoeting met Hem, die God en mens tegelijk is. "Komt, ziet een Mens, Die mij gezegd heeft alles, wat ik gedaan heb; is Deze niet de Christus? " (Johannes 4: 29).

Dit plaatst ons in een enorm spanningsveld.Want sluit enerzijds Gods wet aan bij de mens - zit hij zelfs in zijn hart -, om hem echter van kracht te maken, is een goddelijk ingrijpen nodig door de Geest.Als wij de moderne mens confronteren met Gods (hele) wet is er sprake van band en breuk. Aansluiting bij de mens is mogelijk, maar goddelijk ingrijpen is nodig. Het gaat erom dat wij die twee polen in spanningsvolle relatie bij elkaar houden.

ds. P. van der Kraan

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 2003

De Banier | 24 Pagina's

Jaarvergadering · De betekenis van Gods wet nu

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 2003

De Banier | 24 Pagina's