Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jongeren · Zwart of wit?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jongeren · Zwart of wit?

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de afgelopen periode is er op parlementair niveau, maar ook daarbuiten, veel gediscussieerd over problemen in het onderwijs met betrekking tot de diversiteit van de leerlingen. Het blijkt dat allochtone leerlingen moeilijk integreren in het onderwijsproces. Parlementariërs zien tot hun spijt dat witte scholen witter worden en zwarte scholen zwarter. Het blijkt dat voornamelijk de ouders van witte kinderen uit angst voor afname van de kwaliteit van het onderwijs hun vlucht nemen naar witte scholen. Om deze problemen het hoofd te bieden wordt onder andere door een zogenaamd spreidingsbeleid geprobeerd gemengde scholen te creëren.

Spreidingsbeleid en art. 23 Gw.

Om te zorgen voor gemengde scholen moeten leerlingen verplicht verspreid worden over diverse scholen, zo is de gedachte. De keuzevrijheid van ouders v/ordt hierdoor echter beperkt. Het kiezen van een school is immers een fundamentele keuze.Als ouders geen inspraak meer hebben in de keuze van een school wordt daarmee ook artikel 23 van de grondwet aangetast. Het grote onderscheid tussen bijzonder en openbaar onderwijs zit hem in de vrijheid van bijzondere scholen om leerlingen te weren van hun scholen. Deze vrijheid is echter een marginale vrijheid. De ideologie en religieuze identiteit moet duidelijk op papier staan en de school moet ook daarnaar te werk gaan. Als een leerling niet wil of kan voldoen aan deze doelstellingen mag deze geweigerd worden. Dit staat echter haaks op het principe van spreidingsbeleid. Omdat de meeste allochtonen een andere godsdienst aanhangen dan de meeste bijzondere scholen in Nederland worden zij relatief het meest geweerd door bijzondere scholen. Het spreidingsbeleid wordt dan onderuit geschoffeld, zodat bijzondere scholen voor het grootste gedeelte wit zullen blijven. Mede daardoor is artikel 23 van de Grondwet een heikel punt. Moet bijzonder onderwijs verplicht worden om leerlingen te accepteren, of voert dit te ver? Hieronder de mening van de SGP-jongeren.

Spreidingsbeleid niet adequaat

De SGP-jongeren stellen dat het zogenaamde spreidingsbeleid ten aanzien van allochtonen in het onderwijs de integratie niet bevordert. Deze conclusie hebben wij getrokken uit de verschillende onderzoeksresultaten die beschikbaar zijn. Zo werkten in de gemeente Gouda scholen en ouders vrijwillig mee aan het beleid, dat in 1992 gestart is. Afgesproken werd dat bijzondere scholen maximaal IS procent allochtone leerlingen zouden aannemen en openbare scholen maximaal 25 procent. Leerlingen werden eventueel per busje vervoerd. In

1997 liep dit beleid spaak omdat een aantal scholen niet meer mee wilden werken. Het aantal allochtone leerlingen in Gouda nam toe en de quota moesten omhoog, maar dat weigerden de scholen. Ook bleken de resultaten tegen te vallen.Allochtone leerlingen presteerden niet beter dan in gemeenten waar geen spreidingsbeleid werd gevoerd. De gemeente Tiel voert sinds 1993 een beleid voor vrijwillige spreiding van allochtone leerlingen in het basisonderwijs. Met schoolbesturen is een afspraak gemaakt om leerlingen door te verwijzen naar een andere school als het aantal allochtone leerlingen boven het wijkgemiddelde komt, uiteraard met respect voor de vrije schoolkeuze van ouders. Dit heeft geleid tot een evenwichtigere verdeling. Consulenten bezoeken allochtone ouders met jonge kinderen om het belang van een goede schoolkeuze duidelijker te maken. Echter, door de hogere concentraties van allochtone leerlingen op de scholen wordt het steeds moeilijker om leerlingen door te verwijzen. En autochtone ouders in 'allochtone' wijken kiezen vaker voor een school van buiten. De overheid wil het recht van een vrije schoolkeuze niet beperken. Dat levert dan wel een groot obstakel voor een effectief spreidingsbeleid. Beter is het daarom om het recht van vrije schoolkeuze onaangetast te laten.

Oorzaak en oplossing

De oorzaak voor segregatie moet men zoeken in het volgende. Allochtonen bevinden zich sociaal-economisch veelal in een lagere positie dan de doorsnee Nederlander Hierdoor is er een concentratie van zwarte scholen ontstaan in de zogenaamde zwarte stadsdelen. Als reactie hierop kozen autochtone ouders voor scholen waar het percentage allochtone leerlingen laag ligt, hierbij uitgaande van het vooroordeel dat allochtone leerlingen de kwaliteit van het onderwijs negatief beïnvloeden. Of dit daadwerkelijk het geval is, lijkt nog niet helemaal duidelijk.Verschillende proefschriften spreken elkaar tegen.

Wat is dan de oplossing? Strikt dwangmatig spreiden? Of is er nog een andere oplossing voor deze problematiek te bedenken? Als men het spreidingsbeleid wil handhaven moet men het probleem bij de bron aanpakken. Hierboven hebben wij al de oorzaak voor de segregatie aangetoond. Als men nu gemengde wijken gaat creëren, dan worden er gemengde buurten gevormd. Men is geneigd de kinderen naar de dichtstbijzijnde school te sturen, dus de kinderen worden naar de buurtschool gestuurd. Zo heeft men een evenwichtige spreiding van allochtone en autochtone leerlingen.

Dit relaas lijkt simpel, maar dat is het niet. Men stuit al snel op problemen. Allochtone mensen hebben in het algemeen minder te besteden dan autochtonen. Bovendien zijn er de cultuurverschillen. Dit belemmert de bevordering van een 'melting-pot' wijk.

Fundamentele rechten in het geding

Al met al is de integratieproblematiek in het onderwijs niet eenvoudig op te lossen. De SGP-jongeren zijn van mening dat een spreidingsbeleid het probleem niet oplost. Mensen laten zich moeilijk dwingen in zaken die eigelijk toch privé-zaken zijn. Het is bewezen dat een staatsbestel die de bevolking tegen heeft het onderspit moet delven. Kijk maar eens naar de voormalige Sovjet-Unie. Een paar weken terug zou ik hebben toegevoegd dat er ook een fundamenteel recht van de burger in het geding is. Hierbij doel ik op het recht van vrijheid van godsdienst. De rechters in Nederland denken daar blijkbaar anders over. In het proces dat het Clara Wichmannfonds aanspande werd alleen gewezen op het recht van vrijheid van vereniging en vergadering.Vrijheid van godsdienst werd niet getoetst aan het VN-vrouwenverdrag. Er wordt altijd gezegd dat de Grondwet geen hiërarchie van grondrechten kent, de aangehaalde uitspraak bewijst het tegendeel. Als deze trend zich voortzet, dan mag men vrezen. Dan zijn we niet ver weg van een maatschappij waarin alleen plaats is voor een neutrale school. Hoewel ook neutraal een subjectief begrip is in deze context.

Willem Kok, voorzitter Commissie Onderwijs binnen de Sectie Politiek

Reageren? E: kokkies@kliksafe.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 september 2005

De Banier | 32 Pagina's

Jongeren · Zwart of wit?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 september 2005

De Banier | 32 Pagina's