Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

“Waar zit de koningin?”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

“Waar zit de koningin?”

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Er worden in de Twee de Kamer heel wat vragen gesteld. Ook op de publieke tribune. Tijdens rondleidingen behoort de vraag tot het standaardrepertoire. De vraag: Waar zit de koningin eigenlijk?

Het antwoord op die vraag is simpel. Voor Hare Majesteit, hoewel ze staatshoofd is en deel uitmaakt van de regering, is nergens een aparte zetel of een troon gereserveerd. Als zij een bijeenkomst van de Tweede Kamer wil bijwonen, komt zij achter het vak van de republikeinse fractie van de SP te zitten, in de loge die bestemd is voor gasten van ‘Mevrouw de Voorzitter’. Ook oud-Kamerleden of ex-bewindslieden die nog eens aan de sfeer willen ruiken nemen daar plaats, evenals parlementaire delegaties uit het buitenland of de nabestaanden van politici die worden herdacht.

Dienaars

Eigenlijk heeft de koningin ook niks op het Binnenhof te zoeken. Zij heeft daar -staatsrechtelijk gezien - haar ‘dienaars’ voor, de ministers. De belangrijkste regel voor ons staatshoofd is artikel 42 lid 2 van de Grondwet: “De koningin is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk.” Dus niet de koningin hoeft zich te verantwoorden voor het regeringsbeleid, dat doet de minister-president.

Dat wil natuurlijk niet zeggen dat Hare Majesteit haar gezicht nooit op het Binnenhof laat zien. Het meest bekend is haar verschijning op de derde dinsdag van september. De koningin is dan in vol ornaat de gast van de Staten-Generaal. In de Ridderzaal leest zij de door de minister- president opgestelde troonrede voor – waarna zij door de Kamerleden weer uitgeleide wordt gedaan.

In die Ridderzaal is zij overigens wel vaker van de partij. Bij congressen bijvoorbeeld, of bij staatsbezoeken. Haar 25-jarig ambtsjubileum vierde de vorstin in de Ridderzaal tijdens een speciale bijeenkomst van alle Eerste- en Tweede Kamerleden. Zowel de minister-president als de beide Kamervoorzitters stonden toen stil bij ‘25 jaar Beatrix’. De rol van de koningin zélf was die van stilzwijgende en glimlachende toehoorder. Dat bezoek sloot in zekere zin aan bij het ‘werkbezoek’ dat zij als ‘beginnend koningin’ in 1981 aan de Tweede Kamer had gebracht. Toenmalig voorzitter dr. D. Dolman leidde de vorstin toen rond in de wandelgangen.

Ook als prinses had Beatrix de parlementsgebouwen, inclusief de publieke tribune, met een bezoekje vereerd. In 1961, als koningin-in-opleiding. Een uitzonderlijk en bijzonder moment was de onthulling van een monument voor Nederlanders die in de oorlogsjaren waren omgekomen. Dat gedenkteken, een reusachtig boek waarin door kloosterzusters de namen zijn gekalligrafeerd van 17.500 gevallenen, werd door koningin Beatrix én haar drie zussen onthuld op 4 mei 1960. Het was een geschenk van koningin Juliana namens de regering aan de Tweede Kamer. De vier prinsessen hesen in naam van prinses Wilhelmina de vaderlandse driekleur. Tot op de dag van vandaag is dit gedenkteken te bewonderen in de oude hoofdingang van het Kamergebouw, Binnenhof 1a.

Stadhouders

Overigens is dat gedeelte van het Kamercomplex (waar nu de burelen van de VVD-fractie zijn gehuisvest) ooit gebouwd als uitbreiding van het paleis van de Oranje-stadhouders. Waar tot 1992 de volksvertegenwoordigers vergaderden, was het aan het eind van de 18e eeuw een paar keer bal. De oude vergaderzaal van de Tweede Kamer fungeerde in die tijd namelijk als balzaal, en de ernaast gelegen latere ministerskamer was de stijlvolle ontvangstruimte van de stadhouder. De herinnering aan de Oranjes is in deze vleugel van de Kamer dan ook nog tastbaar aanwezig.

Acte de présence gaf koningin Beatrix ook in 1992, toen de nieuwbouw van de Tweede Kamer met veel tamtam in gebruik werd genomen. Ze nam toen als eregast plaats midden in de nieuwe vergaderzaal, op een speciale stoel recht tegenover de Kamervoorzitter. Bij de ingebruikname schonken de 12 provincies aan de Tweede Kamer later een door de beeldhouwer en graficus Auke de Vries ontworpen en vervaardigd kunstwerk. De plechtige onthulling daarvan was toebedacht aan de koningin, die op verzoek van De Vries zélf een bijdrage had geleverd aan dat kunstwerk – een reusachtig in de grote hal opgehangen lijnenspel dat de beeltenis van de koningin moet voorstellen.

Bloemrijk

Een gedenkwaardige dag in de geschiedenis van de Staten-Generaal Kamer was 9 januari 1964. De leden van Tweede en Eerste Kamer vierden toen hun 500-jarig bestaan. Koningin Juliana schoof voor die gelegenheid zowaar aan achter de regeringstafel. Dat was nog nooit vertoond! Kamervoorzitter Van Thiel zette die dag daarom z’n beste beentje voor. Wijzend op het fleurige bloemstuk dat op de regeringstafel was gezet, hield hij de vorstin voor dat zij toch vooral niet moest denken dat de geachte afgevaardigden altijd bloemrijke taal bezigen. En, met een knipoog naar de oorspronkelijke balzaal van stadhouder Willem V, merkte hij nog op: “Als Hare Majesteit veronderstellen zou (…) dat de discussies hier lichtvoetig zijn, heeft zij het mis. (…) Wij zijn blij als wij het weer eens goed gezegd hebben.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 maart 2011

De Banier | 24 Pagina's

“Waar zit de koningin?”

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 maart 2011

De Banier | 24 Pagina's