Pinksteren

Almacht

De Heilige Geest werd uitgestort als vervulling van de belofte aan de discipelen gegeven. De discipelen hebben op het aanhoudende gebed de kracht des Heiligen Geestes ontvangen. In de oorspronkelijke taal staat voor het woord ‘kracht’ een woord dat ook in het Oude Testament voorkomt. De Heere betoonde Zijn kracht in het wonder van de uittocht. Die kracht kwam ook openbaar toen de muren van Jericho instortten. Diezelfde kracht heeft de Zaligmaker betoond in het verrichten van wonderen. Die kracht was te zien in het genezen van zieken, in het opwekken van doden en in het bekeren van zondaren. Diezelfde kracht zou ook uitgaan van de Heilige Geest. Door die kracht zouden de discipelen in staat zijn het Woord uit te dragen. Door die kracht zou het gepredikte Woord vrucht afwerpen. Het geluid als van een geweldigen gedreven wind betekende dat de discipelen inderdaad die kracht hadden ontvangen en dat er door die kracht wonderen zouden plaatsvinden. Verloren zondaren zouden uit het diensthuis van de zonde uitgeleid worden, de muren van het Gode vijandige hart zouden instorten, geestelijk doden zouden levend gemaakt worden. Door Gods almacht werden omtrent 3000 hoorders verslagen in het hart en zeiden tot Petrus en de andere apostelen: “Wat zullen wij doen, mannen broeders?” In onze tijd is er veel vijandschap, onbegrip en kerkverlating. Indien we alleen maar naar beneden zouden zien, dan zouden we moedeloos worden. Dat geldt ook hen die in de politiek geroepen worden te getuigen. Maar naar Boven ziende, is er hoop en verwachting. De Heere is immers eeuwig Dezelfde, Hij is en blijft de Almachtige. Het is maar één wenk van Zijn alvermogen om dode zondaren levend te maken. Wat zou het een wonder zijn als er vandaag zouden zijn die in ’s lands vergaderzalen getroffen zouden worden door een pijl uit Gods pijlkoker en het in verslagenheid zouden uitroepen: “Wat zullen wij doen?”

Liefde

De discipelen zagen bij elkaar verdeelde tongen als van vuur. Dat heeft een rijke betekenis. Adam en Eva hadden vurige liefde tot God en de naaste. Door de zondeval is dat in het tegendeel veranderd: vurige liefde tot de satan en de zonde, haat tegen God en de naaste. Waar de Heilige Geest zaligmakend werkt, komt er weer vurige liefde tot God en de naaste. Vurige liefde ook tot het Woord en de Wet van God. Een vurig uitkomen voor het recht van God. Een vurig getuigen uit liefde tot God. Een vurig waarschuwen tegen de overtreding van Gods wet. In het hart een vurige afkeer van de zonde en een vurig verlangen de Heere te dienen. Het vuur van de liefde doet eerlijk en bewogen spreken. Het vuur van de liefde waarschuwt tegen de vele gevaren die er zijn. Hoe spreken we als we anderen waarschuwen? Is het alleen maar een spreken met de mond en niet vanuit het hart? Ontbreekt het vuur van de liefde tot God en de liefde tot de naaste? Er dient getuigd te worden. Vanouds is de SGP een getuigenispartij. Wat zouden we er goed mee zijn als er getuigd zou worden vanuit het hart bearbeid door de Heilige Geest. De kanttekening spreekt ervan dat de Heilige Geest de harten van de apostelen en van hun toehoorders zou ontsteken met een licht der kennis Gods, met vurige liefde tot God en tot de naaste en met ijver tot Gods eer en der mensen zaligheid. De Heilige Geest leert in het hart Wie God is; Hij werkt liefde tot God en tot de naaste en ijver tot Gods eer en de zaligheid der mensen. Beogen wij in ons spreken de eer van God en de zaligheid der mensen? Leeft het gebed in het hart, ook bij hen die op vooruitgeschoven posities staan: “Uw Koninkrijk kome?”

Uitwerking

Van nature verwerpen wij het Woord van God. Het is aangrijpend wat we lezen in Handelingen 7. Toen de hoorders de eerlijke, schuldigstellende prediking van Stefanus hoorden, berstten hun harten en knersten zij de tanden tegen hem. Ook in onze tijd komt het vaak voor dat er vijandschap wordt getoond tegen ernstige, welmenende woorden die op een bewogen wijze vanuit de liefde van het hart gesproken worden. Dan is het alleen genade als er iets van de houding van Stefanus mag zijn die bad: “Heere, reken hun deze zonde niet toe.” Kennen we iets van die houding? Mag er bewogenheid zijn met hen die het Woord van God verwerpen? Het is een wonder van vrije, soevereine genade als de uitwerking van het getuigen mag zijn: verslagenheid in het hart en de vraag: “Wat zullen wij doen?” De Heere volvoert Zijn welbehagen. De verhoogde Christus werkt wonderen op deze aarde door Woord en Geest. Gods almacht velt vijanden neer. De Heere geve een vurig getuigen vanuit het hart en Hij gebiede daar Zijn zegen over.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen