BRIEF UIT NEDERLAND

Volgenden brief ontvingen we van onze zuster Mrs. W. Jobse.—Red. Vlissingen. 6 Mei, 1941

Geliefde Broer en Zuster met de uwen.

Door Gods ondoorgrondelijke trouw en goedheid mogen wij nog allen in het land der levenden verkeeren, en ook allen nog gezond zijn. Ik zelf gevoel me niet te best, daar ik wat koortsig ben, wellicht door kouvatten. Mijn krachten nemen ook al af en mijn hart is niet meer zoo sterk na de operatie. Nu is er ook weer de drukte van het schoonmaken, maar Coby heeft het gelukkig boven alles voor mij gedaan.

Het is den laatsten tijd nog al rustig in Vlissingen, maar of het zoo blijven zal moeten we afwachten. Wij worden bijzonder gespaard tot heden. De Heere doet in dezen nog niet naar onze zonden en vergeldt ons niet naar onze ongerechtigheden.

Tot op heden hebben we nog geen gebrek. Het leven is echter duur, maar we kunnen gelukkig nog alles koopen.

Zoo mochten we drie brieven achter elkander, van u Broer ontvangen; en dat tot onze groote blijdschap. Ik loop er nog al eens gauw mee naar een vriendin van mij. Zij heeft hier altijd zooveel met moeder verkeerd. Toen heeft zij zulke zware zielsworstelingen doorgemaakt, zoodat het haar vleesch en bloed kostte. Daarna mocht ze tot volle ruimte komen, zoodat ze mag getuigen dat de Zoon haar heeft vrijgemaakt. Ook mag ze veel van de nabijheid des Heeren ondervinden. Ik ben er nog al eens jaloersch op. Mocht de Heere die waarheid ook nog eens aan mij vervullen: “Indien dan de Zoon u zal vrijgemaakt hebben, zoo zult gij waarlijk vrij zijn.” Om dan Dien dierbaren Borg ook nog eens door het geloof te mogen omhelzen als de mijne. Zie ik op mijzelven, dan wordt het al langer hoe onmogelijker. Mocht de Heere nog eens een afgesneden zaak doen. Deze waarheid komt nog al eens dikwijls tot mij: “Maar op dezen zal Ik zien, op den arme en verslagene van geest, en die voor Mijn Woord beeft.” Mocht de Heere die ware verslagenheid des harten geven, want ik gevoel, dat ik er van mijzelven niet komen kan.

Ik zal nu ook wat open laten voor Francien (haar man is nog steeds in Engeland en werd wonderlijk gespaard—Red.) Ik ben ook benieuwd of u mijn laatsten brief hebt ontvangen. Zoover ik weet, maken onze kinderen het allen nog goed. Willem is ook tamelijk goed, maar toch nog veel stijf en pijnlijk van de reuma-tiek. Het blijft hier ook zoo lang koud, zoodat er niets kan groeien. Alles krimpt in elkaar van den noordenwind. Het lijkt wel of de natuur ook treurt. De toekomst wordt steeds donkerder; de Heere voert echter Zijn Raad maar uit. Mochten wij maar verlangend kunnen uitzien naar Zijn tweede komst.

Verleden week heeft Coby ook nog een brief gehad van Keetje Van Zweden uit Goes. Oom Johannes maakt het ook nog goed. Hij had ook naar de Synode geweest in Rotterdam.

Vader heb ik ook geschreven, maar geen luchtpost. We hopen, dat u deze letteren in goeden welstand moogt ontvangen, en dat we ook weer spoedig iets van u mogen ontvangen.

Zijt van ons allen hartelijk gegroet en inzonderheid van mij,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen