Christus’ Gewoonte
“En Hij kwam te Nazareth, daar Hij opgevoed was, en ging naar Zijn gewoonte, op de dag des sabbats in de synagoge.” — Lukas 4:16
Op welke dag de Heere Jezus in Nazareth kwam weten we niet. Wel wordt ons gezegd wat Hij deed op de eerste sabbat na Zijn aankomst. Hij ging naar Zijn gewoonte naar de synagoge. Dat was naast de tempel in Jeru-zalem voor het volk tijdens de hoogtij-dagen, de plaats van de openbare eredienst door God ingesteld waar men plaatselijk, wekelijks op de sabbat samenkwam. Die dag heeft de Heere afgezonderd en geheiligd boven de andere zes werkdagen van de week naar Zijn gebod. Dat is de dag des Heeren. Nu onder de nieuwe bedel-ing is dit de eerste dag der week, de zondag, door de opstanding van Chris-tus uit de doden en het voorbeeld van de apostelen. Op die dag, dat is op de dag des Heeren, worden we ernstiglijk van des Heeren wege opgeroepen om naarstiglijk tot de Gemeente Gods te komen; om Gods Woord te horen, de sacramenten te gebruiken en de armen christelijke handreiking te doen. Die afzondering, en voor het openbare en voor het persoonlijk leven, geldt wat betreft de overige dagen der week. Helaas wordt dit in ons land meer en meer in het openbare leven ontkend, en wordt de dag des Heeren als een werkdag of dag van uitgaan gebruikt. Het is een dag voor de mens zelf, die doorgebracht wordt naar eigen in-zicht. Hoe is dit bij ons persoonlijk?
Wordt er niet vernomen: Niet uit gewoonte moet je naar Gods huis gaan maar uit behoefte. Dan zou daaruit kunnen worden op gemaakt, dat zij die uit gewoonte naar de kerk gaan toch veel beter thuis konden blijven. Deze houden maar aan een traditie, dat is aan een gewoonte vast. Welke arme mensen, die in deze eeuw nog bij tradities leven. Zij die zeggen dat men niet uit gewoonte maar uit behoefte naar de kerk moet gaan en daarmee anderen veroordelen, gebruiken dit zeggen of denken om de dag des Heeren naar eigen inzicht door te brengen.
Christus Zelf zij ons een voorbeeld en Gods Woord zegt het duidelijk dat we de onderlinge bijeenkomsten niet mogen nalaten.
Deze dag is het die de Heere ons nog wil geven te midden van een voort-jagende en rusteloze wereld. Want Hij heeft de sabbat gegeven om de mens.
Wat worden er veel verontschul-digingen gebruikt om uit de kerk te blijven. Wat een schade en verderf brengen we ons zelf toch aan om ons te onttrekken aan de samenkomst der gemeente. In het bijzonder wil de Heere daar Zich openbaren door Zijn Woord en Geest. Voor vermoeiden en belasten, roepende: Komt herwaarts tot Mij die vermoeid en belast zijn en Ik zal u rust geven. Daar wordt gepre-dikt het Evangelie voor armen. Daar wordt Gods boodschap gebracht, de gebrokenen van hart tot genezing, de gevangenen tot loslating, en de blin-den het gezicht gevende.
Lydia ging als naar gewoonte tot de plaats waar het gebed placht te ge-schieden. Het werd haar met haar gezin tot een eewige zegen. Eens zei een man tot zijn vrouw: In het kerk-gaan zit het niet al zou je een kerkbank verslijten. Weet u wat die vrouw ant-woorde? Man in het niet gaan zeker niet. Het weg blijven uit de kerk met het zeggen dat men uit behoefte moet gaan is een verkeerde en slechte gewoonte. Uit gewoonte gaan is een buigen onder Gods gebod. Durft u te zeggen dat zij die tot de gemeente Gods samenkomen uit gewoonte er geen behoefte of begeerte toe hebben?
We lezen dat Jezus als Kind met Zijn ouders meeging naar de tempel naar de gewoonte des feestdags. Ook een les voor de ouders om hun kinderen zodra mogelijk mee to nemen naar de kerk. We moeten niet wijzer zijn dan God. De kinderen thuis laten tot ze zelf er behoefte aan hebben is verkeerd. Neem ze naar goede gewoonte mee! Ook hier geldt wat de Spreuken dichter schrijft: Leer de jong-en de eerste beginselen naar de eis zijns wegs; als hij ook oud geworden zal zijn, zal hij daarvan niet afwijken. Laat ons toch niet weerhouden worden van de goede gewoonte door de opmerking van: de kinderen doen in de kerk niets anders dan de pijpen van het orgel tellen. Welk een zegen ontvingen de kinderen, aanwezig in de tempel, toen de Heere Jezus de tempel reinigde. Laat ons onze onderlinge bijeenkomst niet nalaten, gelijk som-migen de gewoonte hebben, maar elkander vermanen; en dat zoveel te meer, dat de dag nadert.
Die goede gewoonte heeft geen enkele verdienste, maar enkel verplicht-ing tegenover de eis en het gebod Gods. Daar onder Gods Woord en de bediening daarvan komend, schenke de Heere door de bediening van Zijn Geest dat we mogen horen wat de Geest tot de gemeente zegt. Dan is het niet meer een naar de kerk moeten gaan maar mogen gaan. Dan is er geen tegenstelling tussen gewoonte en behoefte, maar een samengaan. Dit is opgetekend van de Zoon van God als kind, en toen Hij Volwassen was, die Zijn hele leven in de dienst des Heeren, Zijns Vaders, als de Borg voor de Zij-nen, heeft besteed. Uit en door Hem krijgt Zijn volk een vermaak in de dag des Heeren, om zich aan Zijn dienst te verbinden en om al hun heil en zalig-heid te vinden in en door dat Woord. Dan zal hun thuis blijven weinig zijn. Anna, op vier en tachtig jarige leeftijd, kwam nog steeds in de tempel en daar heeft zij haar Verlosser gevonden.
Wat is onze gewoonte op de dag des Heeren?
Rev. J.C. Weststrate is pastor of the Netherlands Reformed Congregation (Cereformeerde Gemeente) of’s Cravenpolder, The Netherlands.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1990
The Banner of Truth | 28 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1990
The Banner of Truth | 28 Pagina's