Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Naarde katechisatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Naarde katechisatie

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

134

DE WET DES HEEREN (4).

Door de eeuwen heen heeft Gods Kerk te doen gehad met het vraagstuk van de verhouding tussen wet en Evangelie.

Enerzijds ging en gaat de strijd tegen het NOMISME d.w.z. dat men door de werken der Wet wil zalig worden. Dat is leven uit een verbroken werkverbond, wat ieder mens als in ’t bloed zit van nature.

Anderzijds gaat de strijd tegen het ANTI-NOMIANISME, waarbij men de Wet opzij zet als vervuld door Christus, waarover we reeds gehandeld hebben.

Vandaag keert men de orde om: eerst het Evangelie en dan de Wet. Ook daarover hebben we het gehad.

De Kerk heeft in haar belijdenis altijd gehandhaafd: de Wet als KENBRON der ellende en als LEEFREGEL der dankbaarheid. Zondag 2 en 34. Want toch het leven der dankbaarheid zal Gods kind niet zélf kunnen leiden en regelen. Onze Heidelberger stelt in Zondag 1 de drie stukken, welke nodig zijn om in de enige troost te mogen delen. En daarin laat zij opmerkelijk uitkomen, dat het in de kennis der ellende en die van de verlossing en van de dankbaarheid gaat om het hoe! Hóé groot mijn zonde en ellende is, hoe ik van al mijn zonde en ellende verlost worde en hoe ik Gode voor zulke verlossing zal dankbaar zijn.

Het is dus maar niet om het even, hoe men zijn ellende leert kennen, hoe men verlost wordt en hoe men dankbaar zal zijn.

Wat de dankbaarheid betreft, zal zij moeten geleid worden naar een bepaalde maatstaf en beantwoorden aan een bepaalde toetsteen. De Katechismus leert, dat de goede werken, zullen zij waarlijk „geestelijk” goede werken zijn, moeten geschieden UIT EEN WAAR GELOOF, naar de Wet Gods en tot Gods eer.

Dus: naar de Wet Gods.

De Katechismus bedoelt geen wetticisme. Zij ziet de Wet hier als LEEFREGEL, der dankbaarheid. Zij geeft aan, hoe God wil dat het leven der genade zal beoefend worden. Gods kind wordt in dit verband wel wettel ij k! Het is zo zeer misleidend, dat men tegenwoordig zoveel dingen kwalificeert en veroordeelt als „wettisch”, namelijk als wettische dienstbaarheid, waartegen Paulus zo waarschuwt. En men beseft blijkbaar niet, dat „wettisch” heel iets anders is als „wettelijkheid”. Gods kind wordt juist in het leven der heiligmaking verbonden aan Gods Wet als liefde-wet! Zie psalm 119.

Die liefde-wet nu is als een „leefregel”, als een „richtsnoer”. Ach, wat zou er van het geestelijk leven van Gods volk terechtkomen, wanneer het zichzélf moest leiden? Neen, Gods Wet geeft de juiste maatstaf aan, namelijk hoe de Heere het wil.

We willen dit met een eenvoudig vooóeeld duidelijk trachten te maken.

U heeft misschien wel eens een druivenkas bezocht. U zag die vele ranken, beladen met heerlijke druiventrossen. En waardoor gaf die wijnstok nu zulke prachtige trossen te zien? Wel, omdat die ranken nauwkeurig worden geleid, langs het raam- of latwerk. Liet de hovenier die ranken zo maar los in het wilde groeien, dan was er niets van terechtgekomen. Ze groeiden wild door elkander heen. Welnu, om de gewenste vruchten te verkrijgen, bond hij de ranken aan dat latwerk.

Zo nu heeft de Heere ook Zijn Wet gegeven, opdat de levendgemaakte zondaar zou geleid worden langs het latwerk van Gods Wet als liefde-Wet. David zingt in psalm 119 : 3 (ber.) „Hoe Uw gehoon mij tot Uw liefde wekken.” En daarom was het steeds zijn behoefte om in Gods wetten ONDERWEZEN te worden.

We zouden ook kunnen zeggen: wat de rails voor de trein en wat het water is voor de vis, dat is Gods Wet voor het leven der dankbaarheid.

Wat is de Wet des Heeren voor ü?

Zijn we nog zonder God en zonder genade, o, dan liggen wij nog onder de vloek van de Wet. Smeek toch, dat Gods Geest uw ogen opene en om daaruit verlost te worden en gebracht op de smalle weg, die ten leven leidt! Ja, om zo ook het heilgeheim te leren, wat Paulus verklaart in Galaten 2 : 19: „Want ik ben door de Wet der Wet gestorven, opdat ik Gode leven zou.”

Urk.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 maart 1973

Bewaar het pand | 4 Pagina's

Naarde katechisatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 maart 1973

Bewaar het pand | 4 Pagina's