Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Is uw paspoort in orde?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Is uw paspoort in orde?

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

“en in de poorten twaalf engelen....”

Johannes, de apostel en de balling op Patmos, werd in de geest op een grote en hoge berg gevoerd, en daar gekomen ziet hij de heilige stad, Jeruzalem, nederdalende uit de hemel van God. De kerk, de Bruid van de Heere Jezus, de Vrouw des Lams, wordt voorgesteld als een stad. Een stad die heilig is. Dat kan van geen aardse stad gezegd worden. Onze steden zijn vaak een poel van ongerechtigheid. Deze stad is heilig, en dat alleen vanwege het bloed van het Lam. Ze daalt uit de hemel, van God. De kerk heeft haar origine in de hemel, en wordt gebracht door God naar de aarde. De aarde zal Gods woonplaats worden.

De stad heeft een grote muur. De grote muur wijst op de uitgebreidheid van de stad. Ze is niet klein, maar groot, zeer groot. De stad wordt gemeten. De engel, die met Johannes spreekt, heeft een gouden meetstok om de stad te meten. Door dit meten komt des te sterker uit hoe groot de stad is. Met maten wordt bovendien de uitgebreidheid ervan aangegeven. De muur om de stad heen is ook hoog. Dat betekent: daarachter is het volkomen veilig. Geen vijand, geen zonde kan daarin doordringen. Er is geen mogelijkheid van val meer. Wat in het paradijs geschiedde, is hier uitgesloten.

Het meest belangrijke wordt vervolgens aan Johannes getoond. Er zijn poorten in de muur. Er is dus toegang tot de stad. Hier is Evangelieprediking, ’t Zou recht geweest zijn, volkomen recht als er slechts sprake zou zijn geweest van een stad en van een muur zonder poort, zonder ingang. U en ik, we zouden God niet van onrecht kunnen beschuldigen. Immers wij hebben voor de dood gekozen, moedwillig en vrijwillig. Ziet u die poorten in de Godsstad? Die zeggen u er is ingang, u kunt volkomen zalig worden. De mogelijkheid zien dat we geheel en al kunnen zalig worden, dat is al zo rijk.

Als satan u de mogelijkheid van ingang wil betwisten dan moet u er toch wel goed op letten dat er niet één poort is, maar dat er zelfs twaalf zijn. Ja - in de muur om de stad heen zijn twaalf poorten, aan elke zijde drie. Van alle kanten kan men dus de stad binnengaan. De burgers komen uit het Oosten, het Noorden, het Zuiden en het Westen. De kerk wordt dus vergaderd uit heel de wereld.

Op de poorten zijn geschreven de namen van de twaalf geslachten van de kinderen Israëls. Die namen worden hier niet vermeld. Het gaat er maar om, dat heel de kerk, vergaderd uit de vier hoeken der aarde, de stad binnengaat.

De muur van de stad heeft twaalf fundamenten, en daarop zijn geschreven de twaalf namen de twaalf apostelen des Lams. De twaalf apostelen vormen de grondslag van de kerk. Ze heten de apostelen des Lams, omdat ze door het Lam, Jezus Christus, zijn aangesteld en onafscheidelijk met Hem zijn verbonden. Slechts wat op deze grondslag is gebouwd, behoort tot de stad.

In de twaalf poorten in de muur van de stad ziet Johannes nu twaalf engelen. Dus in elke poort staat een engel, een dienstknecht van God en van het Lam. Ze zijn daar geplaatst door God de Vader en door God de Zoon. Ze zijn in die poorten hemelwachters, die waken over de toegang. Ze waken er voor, dat slechts zij, die behoren tot het ware Israël, dat is tot het volk van God, naar binnengaan. Duidelijk wordt gezegd: in haar zal niet inkomen iets dat ontreinigt, en gruwelijkheid doet, en leugen spreekt, maar die geschreven zijn in het boek des levens des Lams.

De grenzen van ons land zijn open geworden. Er is nog wel douane, maar veelal kunt u zo Duitsland of België binnenrijden. Op Schiphol is dat anders. Komt u op Schiphol aan dan moet u door de paspoortcontrole. Op geen andere wijze komt u van Schiphol af en Nederland binnen. Wie een goed, een geldig paspoort heeft, hoeft zich geen zorgen te maken. Wel geeft men acht op de lange rijen die voor de controle staan, ’t Is niet altijd zo dat men zich terstond voegt achter de kortste rij. Men let op de huidskleur van mensen in de rij. Mensen met een andere huidskleur kunnen groot oponthoud geven omdat hun paspoort niet in orde is.

Nu in de poorten van de blinkende Godsstad, van dat volzalige oord, van die stad met de gouden straten en de paarlen poorten, staan engelen, hemelse wachters, ze vragen u om het paspoort, een paspoort dat geldig is, dat in orde bevonden wordt. Alleen zo hebt u recht op toegang.

Het paspoort van het Koninkrijk der Nederlanden is afgegeven door de commissaris van de koningin. Zijn handtekening staat erin. Het paspoort dat toegang geeft tot de Godsstad wordt afgegeven door de Koning der koningen, Jezus Christus, en is getekend met Zijn Naam en geschreven met Zijn bloed.

’t Zal toch verschrikkelijk zijn als u staande in de poort, op dat beslissende moment, de toegang wordt versperd en de ingang wordt geweigerd omdat uw paspoort niet in orde wordt bevonden. Al uw smeken om toch toegelaten te worden, zal niet baten. We blijven buiten, en dat betekent: voor eeuwig rampzalig.

Krijgt u nu dat bloed van het Lam nodig? Kunt u zelf Gode niet meer betalen de prijs van de ziel? Kunt u uzelf niet meer schoonmaken van al uw zonden?

Och wat we u bidden: ga toch naar dat hemels loket waar paspoorten worden afgegeven, geldige paspoorten. Rust toch niet eer u uit de genadige hand van het Lam Gods het papier ontvangt dat u ingang geeft in de Godsstad.

Weet u wat zo rijk is? U hoeft er niets voor te betalen. U kunt er ook niets voor betalen. Zalig om dat te leren. Het wordt gegeven om niet. Zo maar.

O denk niet dat een geldig paspoort goedkoop is. Dat heeft God Zijn Zoon gekost en dat heeft Christus Zijn leven, Zijn bloed gekost. Het wordt wel zo maar gegeven.....aan smekelingen. Aan mensen die het verdiend hebben eeuwig buiten te blijven.

Met dat paspoort: de engelen in de poorten zullen opzij gaan.Er zal ingang zijn.

Toegang tot de plaats waar God is alles en in allen.

Hun blijdschap zal dan, onbepaald,

Door ’t licht, dat van Zijn aanschijn straalt, Ten hoogste toppunt stijgen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 november 1989

Bewaar het pand | 6 Pagina's

Is uw paspoort in orde?

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 november 1989

Bewaar het pand | 6 Pagina's