Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Meditatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Meditatie

De troost van twee hefbomen

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

“En steek de handbomen in de ringen, die aan de zijde der ark zijn, dat men de ark daarmede drage”

Grote dingen imponeren. Kleine dingen zien we veelal over ’t hoofd, ’t Gaat in deze meditatie over een paar hef- of draagbomen. Dat zijn twee stokken. Weliswaar gemaakt van sittim hout, en dat is duur hout. Echter -toch twee stokken. En wat moeten we daarmee aan het begin van het nieuwe jaar? Pas op voor een te haastig oordeel! O neen - die stokken willen u niet slaan, ze zijn tot rijke vertroosting.

Het is u bekend dat Mozes de opdracht kreeg om de ark te maken, de ark met het gouden verzoendeksel en de twee cherubim daarop. De Heere zou zijn boven het verzoendeksel, tussen de twee cherubim. Daar woonde en troonde de God van Israel. Neen - de ark was God niet. Hofni en Pinehas vergisten zich zeer. Er bleef onderscheid tussen teken en de zaak die erdoor werd betekend. De ark was teken van Goddelijke presentie, van Goddelijke tegenwoordigheid. Zo getuigde de ark van Gods gunst. De alomtegenwoordige God was op bijzondere wijze bij en temidden van Zijn volk. Waarlijk - zo wou Hij met geen volken handelen. Israel mocht delen in Gods bijzondere gunst, in Zijn genadige tegenwoordigheid. Die God was voor Israel geen zwijgende God, maar een sprekende God. Hij sprak tot Zijn volk vanaf de ark. Beide - Zijn wonen temidden van Zijn volk en Zijn spreken tot Zijn volk - kwamen op uit Zijn liefde tot Zijn volk, Zijn eeuwige, verkiezende liefde.

U weet dat volk had de bestemming van Kanaän. Het was op reis naar het beloofde land. Telkenmale moest het in de woestijn opbreken. Het verreisde van plaats naar plaats. Bleef de ark achter? Bleef die staan bij de berg Sinaï? Neen - die ging mee, van plaats tot plaats. God had gezegd dat er aan de vier hoeken van de ark vier gouden ringen bevestigd moesten worden, en door die ringen moesten twee draagbomen gestoken worden. Nimmer mochten ze eruit gehaald worden. Vier priesters hieven met die hefbomen de ark op en droegen die mee met het volk. Van die hefbomen ging dus een rijke sprake uit, een zeer grote troost. Ze zeiden: Israel, uw God gaat met u mee, waar u ook bent in deze grote woestijn, de Heere blijft niet achter, de Heere is bij u, Hij is nabij.

Welk een wonder is dat. De heilige God temidden van een onheilig volk. Hoe heeft dat volk Hem getergd! Doch altijd weer: de ark werd met de twee draagbomen opgeheven, en ging mee. Ging mee toen het volk de strijd moest voeren tegen Amalek. Ging mee, ja ging vooruit toen het volk ging door de Jordaan. De priesters, die de ark des verbonds des HEEREN droegen, stonden steevast op het droge, in het midden van de Jordaan. Hoe rijk was het dat er twee hefbomen aan de ark waren. Daarom is dat volk in Kanaän gekomen.

U hebt gelijk: die hefbomen zijn er niet meer. Ze zijn met de ark verdwenen. Dat kan ook. Omdat er vervulling is gekomen, ’t Is vandaag nog veel rijker. Omdat er twee balken kruislings op elkaar zijn gelegd, en gedragen zijn Golgotha op, en die twee hebben de Priester gedragen. Toen - onder het Oude Testament - God boven het verzoendeksel de tegenwoordige en de sprekende God. Nu - onder het Nieuwe Testament - God nabij vanwege verzoening door voldoening. Door, in Jezus Christus is Hij nabij.

De levende Kerk, het volk van de Heere, de kinderen van God zijn op reis. Hier ligt hun bestemming niet. Hun is een beter lot bereid: Kanaän, het hemelse Kanaän, Jeruzalem dat boven is, de stad met de gouden straten en de paarlen poorten.

’t Gaat nu nog door de woestijn, ’t Is elke keer opnieuw: zeg de kinderen Israels dat zij voorttrekken. In de woestijn zijn de Mara’s en de Elims. In de woestijn is de strijd tegen Amalek, van buiten en van binnen. In de woestijn zijn de murmureringen en het ongeloof van Kades. Moet dat volk niet vrezen of het ooit wel de bestemming zal bereiken? De waarborg hiervan zit in de tegenwoordigheid van de Heere. Hij gaat mee naar elke plaats. Hij spreekt tot elk die voor Hem leeft. Zou Hij wijken, gewis - er zou er niet een in Kanaän komen. Allen zouden sterven in de woestijn.

Niet alleen aan het begin van het nieuwe jaar, maar elke dag van dit nieuwe jaar is er de troost. Gaat de weg over hoogten of door diepten - Hij, de Heere is in Christus Jezus nabij. “Ik zal u niet begeven en niet verlaten”.

Is er die troost ook voor u? Bent u pelgrimreiziger geworden naar de stad die fundamenten heeft? Of gaat u nog alleen de grote eeuwigheid tegemoet? Hoor toch om uws levens wil. Er is een God Die wederbaart en tot pelgrimreiZiger maakt. Hij is de God van de toezegging. Aan het begin van 1995 betuigt Hij weder: “zo waarlijk Ik leef, Ik heb geen lust in uw dood”. Die God ontfermt Zich op het gebed.

Wat een paar hefbomen al kunnen zeggen! Volk des Heeren, wordt u nu getroost? O in de woestijn gaat blijken wie en wat dat volk is. Eeuwig buiten Kanaän blijven zou recht zijn. Maar die hefbomen spreken van Gods blijvende nabijheid, van Zijn trouw en van Zijn liefde. Dit blijft over: Gods

eeuwige, verkiezende liefde. Zo wordt dat volk toebereid om in Kanaän te komen. Om daar eeuwig te zingen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 januari 1995

Bewaar het pand | 10 Pagina's

Meditatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 januari 1995

Bewaar het pand | 10 Pagina's