Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

SHEPPARD. DE WARE BEKERING.10 (SLOT)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

SHEPPARD. DE WARE BEKERING.10 (SLOT)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De tekenen dat een mens op zijn plichten rust.

1. Sheppard stelt dat een mens zeker kan weten dat hij op zijn plichten rust als hij nooit zag dat hij dit deed of als hij het nooit moeilijk vond om uit zijn plichten te komen. Het rusten op plichten gaat als vanzelf omdat de natuur van de mens ertoe aanzet om zijn plichten te doen. Twee dingen houden een mens buiten Christus: de zonde en het eigen ik. We lezen op blz. 172 “De mens zou immers liever alles doen dan tot Christus te komen, omdat er zoveel van het eigen ik in hem zit.” Hebt u nog nooit geworsteld om verlost te worden van het rusten op uw plichten? Dan, schrijft Sheppard, rust u tot op heden nog in het doen van uw plichten. Tegelijk dient hierbij opgemerkt te worden dat u niet dient te worstelen om verlost te worden van het doen van uw plichten, want dat is dwaalziek en goddeloos. Dat zou immers leiden tot een zorgeloos en goddeloos leven. Dat kan de Heere niet behagen. Hij eist heiligheid, zonder dat de mens evenwel op die heiligheid vertrouwt en het daarvan verwacht. Dan is men op een onjuiste wijze bezig met zijn plichten. Dus het doen van plichten op zichzelf is een goede zaak, maar het vertrouwen op het verrichten van plichten is afkeurenswaardig.

2. Het prat gaan op het doen van uw plichten. Zegt u: ik was onwetend, nalatig, verhard, maar nu begrijp ik beter, onthoud ik beter, kan ik beter treuren over mijn zonden, ik kan levendig bidden? Dan verafgoodt u uw plichten. U vertrouwt op uw plichten, u rust erop. Voor zijn bekering deed Paulus dat ook.

Hij rustte op het nauwkeurig verrichten van zijn plichten. Maar hij heeft het schade en drek leren achten. Gods kinderen zien veel vuilheid en verdorvenheid in de plichten en hebben daardoor een lage dunk van zichzelf. Zij kunnen het niet doen met het waarnemen van een verbetering in vergelijking met het verleden.

3. Die mensen rusten op hun plichten die zich nooit bewust zijn van hun armoede en van hun totale gebrek aan alle goeds. Wie nog een muntstuk op zak heeft, dat wil zeggen wie nog iets goeds in zichzelf vindt, zal nooit als een bedelaar tot Christus komen.

Hebt u nooit beleden: Ik ben zo onwetend als een beest, ik ben zo vuil als iedere duivel? Gods kind beleeft de armste, vuilste, laagste en meest blinde van alle schepselen te zijn. We lezen op blz. 173 “Als u zichzelf niet zo arm voelt, dan geraakte u nooit uit uw plichten, want wanneer de Heere iemand tot Christus brengt, dan brengt Hij hem leeg, zodat Hij kan maken dat hij opziet naar Christus voor elke stuiver.” Hebt u mogen leren, geliefde lezer, dat u totaal geen goed hebt in uzelf? Dat u een arme bedelaar bent?

4 Die mensen rusten op hun plichten die geen evangelische gerechtigheid verkrijgen door hun plichten. Een sterfelijk mens kan wel toenemen in wettische gerechtigheid. Een vleselijk hart dat vertrouwt op plichten denkt dat hij zalig zal worden omdat hij bidt, naar het Woord luistert, omdat hij zich verbetert en treurt over zijn zonden.

Men denkt zalig te worden omdat men de plichten vervult. Gods kind daarentegen vraagt zich af wat hij van Christus gewonnen heeft na het vervullen van de plichten, na het horen van de preek, na het bidden en na het deelnemen aan het sacrament.

5. U rust op uw plichten als uw plichten u schaamtelozer doen zondigen. Plichten die een mens vanuit zichzelf tot Christus voeren, brengen altijd kracht tegen de zonde met zich mee. Een goddeloos mens gaat door met zijn zonde omdat hij er heimelijk op vertrouwt dat hij telkens zijn zonde belijdt en om vergiffenis smeekt.We lezen op blz. 175 “En zo bezien en handhaven ze hun zonden door hun plichten, en daarom rusten ze op hun plichten.” De vraag is dan ook wat het doen van plichten met zich meebrengt in uw leven. Brengt het een schaamteloos zondigen met zich mee, of geeft het kracht om te strijden tegen de zonden?

6. Zij die door het doen van hun plichten weinig zien van hun verdorven hart, rusten op hun plichten, want als een mens door het doen van zijn plichten dichter bij Christus en bij het licht wordt gebracht, dan zal hij meer splinters in zijn oog bespeuren, dan zal hij meer van zijn verdorven hart gewaar worden. Paulus gebruikte zijn plichten voor zijn bekering als vijgenbladeren die zijn zonden bedekten. Gebruikt u uw plichten nog als vijgenbladeren of ziet u steeds meer van uw verdorven hart?

De ongenoegzaamheid van uw plichten

1. De beste plichten zijn besmet, vergiftig en met de zonde vermengd. Er staat in Jesaja 64:6 dat al onze gerechtigheden zijn als een wegwerpelijk kleed. Daarom is er geen hoop door plichten behouden te worden. In het verrichten van plichten kan dus nooit de grond van de zaligheid liggen. Hebt u dat mogen leren?

2. Stelt u zich voor dat u uw plichten zou kunnen verrichten zonder te zondigen. U zou dat niet vol kunnen houden. Eén ijdele gedachte tijdens uw laatste snik zal u doen omkomen. Beseft u dat, geliefde lezer?

3. Al zou een mens na zijn bekering nooit meer zondigen, voor die tijd is er zeer veel overtreden. De gehoorzaamheid van Gods kind kan nooit de vroegere zonden betalen. Sheppard schrijft op blz. 177 “Daarom zijn plichten voor een ziel slechts verrotte krukken om op te rusten.” Een tegenwerping zou kunnen zijn: waarom moeten we dan nog plichten verrichten? Het antwoord is dat plichten niet verworpen moeten worden, maar wel het steunen erop Als er iets goeds in plichten wordt aangetroffen is dat van de Heere afkomstig. Plichten dienen nagekomen te worden, ook al kan men er niet door behouden worden. Plichten dienen gedaan te worden om zondaren naar Jezus Christus te brengen. Er dient bijvoorbeeld naar een preek geluisterd te worden om naar Jezus Christus te brengen. De duif ten tijde van Noach gebruikte haar vleugels om in de ark te komen. Als ze haar vleugels niet had gebruikt was ze omgekomen. Zo zijn de plichten te vergelijken met vleugels. Gebruik de plichten om u te brengen naar de Heere Jezus Christus. Plichten zijn dienstmeisjes om de ziel naar Christus te leiden. Plichten maken een mens niet zalig, maar worden wel aangetroffen bij mensen die zalig zullen worden. God de Vader wordt verheerlijkt door de betrachting van uw plichten. Christus heeft Zijn bloed vergoten om Zich een volk te kopen ijverig in goede werken, niet om daarmee zielen te redden,maar om Hem te eren. Mag er die ijver zijn in goede werken met het oog op de eer van God? Een ijver in goede werken zonder het evenwel van die goede werken op zichzelf te verwachten als het gaat om de zaligheid?

Schaamteloze verwaandheid als oorzaak van verderf

Alle mensen zijn de mening toegedaan dat er geen zaligheid is te verkrijgen dan door de verdienste van Christus. En omdat zij zich vastklemmen aan deze mening, daarom denken ze dat ze zich door de hand des geloofs vastklemmen aan Jezus Christus. Zo gaan ze verloren omdat ze zich vastklemmen aan hun eigen houvast. Velen hopen dat Christus hen zal zalig maken, terwijl daar geen grond en geen genade voor aanwezig is. Wie er daarentegen van overtuigd wordt buiten Christus te zijn en een zondig schepsel te zijn, zou uitroepen: Heere, wat moet ik doen om zalig te worden? Sommigen zondigen onbeschaamd omdat ze erop vertrouwen dat God nu genade zal schenken. We lezen op pag. 182, de laatste bladzijde van het boek van Sheppard: “Daarom rusten velen van u op Christus zoals de abrikozenboom die tegen de muur aanleunt, maar die toch vast geworteld is in de aarde. Zo leunt u op Christus voor de zaligheid, maar u bent nog vast geworteld in de wereld, vast geworteld in uw trots, vast geworteld in uw vuilheid. Wee u, als u in deze staat omkomt. God zal u omhakken als brandstof voor Zijn toorn, welke dwaze hoop u ook hebt dat u door Christus zalig zult worden.”

Als het gaat over het verrichten van plichten schrijft Sheppard op een dusdanige wijze dat God op het hoogst wordt verheerlijkt en de mens op het diepst wordt vernederd. Er komt immers geen enkele plicht van de mens in aanmerking als het gaat om zalig worden. De Heere geve dat duidelijk gezien zou mogen worden of al duidelijker gezien zou mogen worden dat de grond van de zaligheid alleen in het werk van Christus ligt en niet in het verrichten van enige plicht. Anderzijds geve of versterke de Heere verlangen tot eer van Zijn Naam te leven, de plichten te doen die Hij eist, zonder daar in het minst op te vertrouwen wat de zaligheid aangaat.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 oktober 2003

Bewaar het pand | 12 Pagina's

SHEPPARD. DE WARE BEKERING.10 (SLOT)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 oktober 2003

Bewaar het pand | 12 Pagina's