Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

TROUW AAN ISRAEL (3)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

TROUW AAN ISRAEL (3)

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

De landbelofte

In dit artikeltje willen we een samenvatting geven van de blz. 82- 105 van het boek “Trouw aan Israel” die gaan over de landbelofte. Er is over de landbelofte veel geschreven en gesproken. Dienen wij de stichting van de staat Israel te zien als vervulling van bijbelse beloften? Ds. P. van Ruitenburg stelt dat in het Nieuwe Testament de landbelofte lijkt vervuld te worden in het hemels Kanaän, hoewel hij het opmerkelijk vindt dat Israel is teruggekeerd naar het oude land. De Schotse predikant Durham schrijft in zijn commentaar op het boek Openbaring dat hij in het licht van de beloften van de Heilige Schrift een herstel verwacht van een nationaal burgerlijke staat van Israel. Thomas Boston schrijft dat hij niet met zekerheid kan vaststellen of dat Joden hun eigen land weer zullen bezitten of niet, maar hij helt wel over tot deze gedachte. Vaak gaat de opvatting dat het Joodse volk het land weer in bezit zal krijgen gepaard met de gedachte dat de Messias erkend zal worden door dit volk. Bekend is de opvatting van W. à Brakel dat het Joodse volk bekeerd zal worden en het land Kanaan zal bewonen, maar hij ontkent dat de tempel herbouwd zal worden. Ook Da Costa spreekt van een nationaal herstel en daarna van bekering.

Geschiedenis

De Heere riep Abram uit Ur der Chaldeeën. Het land Kanaan werd hem beloofd tot een erfbezit. De Heere heeft de nakomelingen uitgeleid uit Egypte en deed hen het land Kanaän in bezit nemen. Het tienstammenrijk wordt in 722 voor Christus weggevoerd naar Assyrië en het tweestammenrijk in 586 voor Christus naar Babel. De stad Jeruzalem en de tempel worden verwoest. Een deel van het volk keert terug uit de ballingschap. In het jaar 70 na Christus wordt Jeruzalem door de Romeinen verwoest. Een lange ballingschap is het gevolg, hoewel er ook nog veel Joden in het land Kanaän bleven wonen. Vanaf 1880 ontstaat er een nationale Joodse volksbeweging. Door het antisemitisme in Europa rijpt het plan voor een Joods vaderland. Sinds 1517 stond het land Kanaan onder Turkse heerschappij. Op 11 december 1917 trekt een Brits leger Jeruzalem binnen en maakt een einde aan de Ottomaanse heerschappij. In 1948 werd de staat Israel opgericht. Meerdere oorlogen zijn sindsdien gevoerd met de omliggende Arabische landen. De PLO heeft nog steeds de vernietiging van de staat Israel voor ogen. De vraag dient onder ogen gezien te worden wat de Bijbel zegt over de landbelofte.

De vervulling van Bijbelse profetieën

Een profetie kan meerdere vervullingen hebben. Ook de profetieën die betrekking hebben op het oude volk Israel. Er kan sprake zijn van een vervulling in de tijd waarin de profeet leefde. Er kan een vervulling zijn in de tijd van Christus. Ook kan er een vervulling zijn in de bruidsgemeente van Christus onder het Nieuwe Testament. Er kan een persoonlijk- geestelijke vervulling zijn in het bevindelijke en praktikale leven. Een letterlijk-eschatologische vervulling in de eindtijd en een vervulling op de jongste dag en in de eeuwige heerlijkheid. De vraag dient dan onder ogen gezien te worden of er wat de landbelofte betreft sprake is van een letterlijk-eschatologische vervulling. Wat zeggen Oude en Nieuwe Testament hierover?

Het Oude Testament

Er valt allereerst te denken aan Genesis 12:7 waar de Heere aan Abram belooft: “Aan uw zaad zal Ik dit land geven.” Uit Abram zou de Christus voortkomen. Meerdere malen wordt de landbelofte in het boek Genesis herhaald. Ongehoorzaamheid aan God kan ertoe leiden dat het volk niet langer deelt in de zegen des Heeren, ook niet langer zou wonen in het beloofde land. Deze bedreiging is werkelijkheid geworden in de ballingschap. Maar in Deuteronomium 30 treffen wij een belofte van verlossing aan. Indien er bekering mag komen zal de Heere weer terugbrengen uit de ballingschap. Dan zal de Heere de gevangenis wenden en Zich over het volk ontfermen en vergaderen uit al de landen waarheen ze verstrooid waren en in het land der vaderen terug brengen. Is deze belofte vervuld bij de wederkeer uit de Babylonische ballingschap in 538 voor Christus of volgt er nog een letterlijk-eschatologische vervulling en zo ja hebben we die dan nu te zien in de gebeurtenissen die wij meemaken? Ook dient de vraag gesteld te worden wat het woord ‘eeuwig’ betekent als het gaat over het verbond met Abraham. Meerderen nemen aan dat met ‘eeuwig’ wordt bedoeld ‘gedurende deze aardse bedeling’. Velen wijzen op het visioen van de dorre doodsbeenderen in Ezechiël 37. Dit visioen heeft een geestelijk- typologische betekenis voor de christelijke gemeente, maar het bevat ook een aangrijpende boodschap voor het volk van Israel. Er wordt immers gezegd dat de dorre doodsbeenderen het ganse huis Israels zijn en dat de Heere Zijn volk zal brengen in het land Israels. Ook wordt gesproken over het samenbrengen van de tien en de twee stammen. Er is sprake van een totale vernieuwing van het volk en een wederkeer tot het land van de belofte. Is de terugkeer ten tijde van koning Kores een eerste vervulling en volgt er nog een tweede? De teruggekeerden onder Kores behoorden tot de twee stammen. Van de tien stammen horen we niets. Ook is er na de ballingschap geen sprake van vernieuwing zoals Ezechiël erover spreekt. Ds. R. Boogaard ziet drie overeenkomsten tussen de profetie van Ezechiël en de hedendaagse ontwikkelingen. Ten eerste de grote hoeveelheid teruggekeerden. In de tijd van Kores immers slechts ongeveer vijftigduizend, de laatste tientallen jaren veel meer. Het tweede is dat de beenderen ‘zeer dor’ zijn, de geraamten zijn uit elkaar gevallen.

Dit ziet op de toestand na de verwoesting van de tempel in het jaar 70 toen de Joden over heel de wereld werden verstrooid. Van een volksverband is dan geen sprake meer. Het laatste is dat de beenderen zich weer schikken in een bepaald verband, het verband van de huidige staat Israel. Ds. Boogaard stelt dat God voor het oog van de gehele wereld Zijn volk in het beloofde land leidt.

Berouw en bekering

In Deuteronomium 30 staat dat de Heere Zijn volk zal doen terugkeren uit de verstrooiing nadat zij zich hebben bekeerd. Vanwege de zonde was Israel uit het land der vaderen verbannen. Herstel en bekering gaan niet buiten schuldbelijdenis en verootmoediging om. Maar waar horen we van die schuldbelijdenis en verootmoediging? Deze zaken ontbreken bij hen die terugkeren naar het land der vaderen. Schuldbelijdenis en verootmoediging worden noch bij de Zionisten noch bij de moderne denkers aangetroffen. Daarom is voorzichtigheid geboden met duiding van hedendaagse ontwikkelingen als de letterlijk-eschatologische vervulling van de profetie in Ezechiël 37. Er is immers van een bijzondere bekering van Israel (nog) geen sprake. Ds. P. den Butter is een andere mening toegedaan, zo lezen we. Israel heeft nooit enige waardigheid bezeten op grond waarvan de Heere iets voor hen zou hebben kunnen doen. Ds. Den Butter wijst op Jeremia 33:7 en 8 en op Eezechiël 36:24-28. Deze teksten wijzen op de volgorde terugkeer-bekering. Tot op de dag van vandaag is echter niet veel van bekering te merken. Maar wat we vandaag nog niet zien, kan morgen werkelijkheid worden. Er zijn er ook die Ezechiël 37 zien als een voorvervulling in plaats van een vervulling van de profetieën. In Zacharia 2:4b staat dat Jeruzalem dorpsgewijze bewoond zal worden vanwege de veelheid der mensen en der beesten, die in het midden derzelve wezen zal. Er valt ook nog te denken aan Zacharia 8: 7 en 8. Deze woorden hebben betrekking op een toekomstige terugkeer van het volk Israel tot het land der vaderen. Jeruzalem wordt nu inderdaad bewoond als een dorp zonder muren of poorten. Maar waar is de boetvaardigheid voor God? Er blijven dus vragen over.

Nieuwe Testament

Er valt te denken aan Romeinen 11. Dit hoofdstuk handelt over de bekering van het volk, niet over de land belofte. Maar er zijn er die deze twee zaken aan elkaar verbinden. De land belofte wordt dan in het verlengde gezien van de bekering van het volk. Waar in Romeinen 11:29 staat “Want de genadegiften en de roeping Gods zijn onberouwelijk” wordt ook de belofte van het land daaronder begrepen. Onder de genadegiften valt dan ook het land der vaderen. Een exegeet als prof. van Bruggen wil niet spreken van een nationale uitleg van Romeinen 11. Maar dan kunnen we opmerken dat de profetieën van het Oude Testament te concreet zijn om ze alleen op een geestelijk- typologische manier te verstaan, dus om ze te betrekken op het geestelijk Israel, de christelijke gemeente uit Joden en heidenen. We lezen op blz. 101 van het boek “Trouw aan Israel” “Ik wil deze paragraaf afsluiten met de opmerking dat naar mijn mening Romeinen 11 vooral gaat over een toekomstige bekering van Israel, zonder dat dit door de apostel Paulus wordt gekoppeld aan de vervulling van de landbelofte.”

Grenzen van het land

Om welk gebied gaat het eigenlijk als we het over het land der vaderen hebben? Zijn de grenzen van de staat Israel uit de Bijbel af te lezen? In de Bijbel komen we verschillende beschrijvingen tegen van de grenzen van het land Israel. In Genesis 15:18 is sprake van een gebied dat loopt van de Nijl tot aan de Eufraat. De grenzen van het land dat de Heere aan Abraham had beloofd hebben in de loop van de tijd een grote variatie vertoond. Bij de inneming van Kanaan door Jozua zouden we verwacht hebben dat dit alles zou hebben plaatsgevonden in overeenstemming met datgene wat in Numeri 34 aan Mozes werd bevolen. Maar uit de boeken Jozua en Richteren blijkt dat het anders is gegaan. Er bleven delen onveroverd. Ten tijde van de koningen David en Salomo was het land ook niet geheel in het bezit van de Israelieten. Het land van de Filistijnen behoorde niet tot het rijk. Op blz. 102 van het boek “Trouw aan Israel” lezen we het volgende: “Het zal duidelijk zijn dat het onmogelijk is op grond van de bijbelteksten een kaart van Israel te tekenen, waarop de lijnen staan die het eigendom van Israel begrenzen en waarop het aanspraak zou kunnen maken.” Als de gehoorzaamheid aan de Heere ontbreekt is ook het gebruik van het land geen vanzelfsprekende zaak. Het uitblijven van bekering en berouw doet de belofte niet te niet, maar de vervulling daarvan laat op zich wachten.

De geschiedenis laat duidelijk zien dat de Heere Zijn volk niet heeft verlaten. Het is heel bijzonder dat een volk na zoveel eeuwen van ballingschap terugkeert naar zijn eigenlijke woongebied. Na eeuwen van vervolging en ellende blijkt het volk nog springlevend te zijn. De Heere schrijft geschiedenis. De conclusie luidt op blz. 104 “Met stelligheid te beweren dat de vestiging van de staat Israel de vervulling van de eschatologische verwachtingen van de Schrift is, lijkt mij meer te beweren dan we bewijzen kunnen.” Wel is de Heere nog op een wonderlijke wijze met dit volk bezig. Het ongeloof van de Joden staat de Heere blijkbaar niet in de weg om hen naar Israel te doen terugkeren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 augustus 2004

Bewaar het pand | 12 Pagina's

TROUW AAN ISRAEL (3)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 augustus 2004

Bewaar het pand | 12 Pagina's