Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Twee aansporingen van betekenis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Twee aansporingen van betekenis

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

2 Tim. 2:1 en 2

Paulus moet voor elke ambtsdrager een sprekend voorbeeld zijn. Hij was geheel verbonden aan de dienst van de Heere. Nimmer heeft hij zich daaraan onttrokken. En we weten wat hij heeft meegemaakt. In de gevangenis was hij nog ijverig bezig. De gang van Gods koninkrijk, het welzijn van de mensen ging hem ter harte. Zijn pastoraal hart bleef steeds kloppen.

Wordt gesterkt

In het eerste hoofdstuk van zijn tweede zendbrief aan Timotheüs heeft Paulus opgeroepen tot standvastigheid en trouw. In het tweede hoofdstuk sluit hij daarbij aan, maar richt zich allereerst tot Timotheüs zelf. Met nadruk schrijft hij: Gij dan mijn zoon wordt gesterkt in de genade die in Christus Jezus is (vs.1). Paulus bindt Timotheüs op het hart: wordt gesterkt. In de strijd van het leven. Tot vervulling van de opgedragen taak is dit dringend nodig. In de kanttekening staat aangegeven wat Paulus bedoelt. Timotheüs moet met sterkte en kracht aangedaan worden om de arbeid van de dienst te verdragen en te lijden allerlei verdrukkingen met standvastigheid. Wat nu Paulus schrijft is wat anders dan dat wat soms gezegd wordt in droeve omstandigheden. Tijdens het condoleren wordt soms gezegd: houd je taai. Of populair: kop op hoor. In onze kringen wordt tijdens een rouwbezoek gezegd: het wordt je door mensen niet aangedaan. En meer volgt er niet. Wat kunnen er in droeve dagen een arme nietszeggende woorden uitgesproken worden. Het zij bij ons zo niet. Echter hartelijke bijbelse meelevendheid moet blijken. Dat is een christenplicht. De Heere wil het geven. Ook aan ambtsdragers. Laat het blijken binnen de kerk en daar buiten. In de aanspraak “mijn zoon”, bemerken we met welk een band Paulus aan Timotheüs verbonden is.

De genade

Nu behoort er bij Timotheüs een toename te zijn in de genade die in Christus Jezus is. Wanneer nu Paulus het heeft over genade dan denkt hij niet aan vergevende genade, maar aan gevende genade. Daarvan is Jezus Christus de bron. Hij is de verdienende oorzaak en zo de Schenker van alles. De opwekking, de aansporing van Paulus om versterkt te worden moet ons niet brengen bij de menselijke activiteit. Vandaag wordt daar bijzonder de nadruk op gelegd. De imperatieve woorden in de Heilige Schrift moeten we goed in het verband lezen. Zeker, de Heere mag eisen. Hij heeft recht op het doen. Wat Hij eist dient gedaan te worden. De Heere komt met Zijn wet en Zijn evangelie tot ons. De Heere heeft recht op een leven in gehoorzaamheid en heiliging. Wie nu buigt voor de eisende Heere wordt schuldenaar: het onvermogen leidt tot schuld. Men wordt een boetvaardige. Maar ook een smekeling. Want het Woord spreekt van het grote genadewonder. Christus, de Borg en Middelaar heeft voldaan aan de eisen des Heeren. Vandaar dat we spreken van Zijn dadelijke en lijdelijke gehoorzaamheid. Door Zijn voldoening en verzoening en vergeving is Hij de Wijnstok. Door Hem zijn er ranken. Ranken die door Hem leven en vrucht dragen. Alles wat nodig is mag getrokken worden uit de wijnstok Christus. Wat God de Heere eist, wordt gegeven door Christus. Zo moeten we het ook verstaan als Paulus zegt: wordt gesterkt in de genade die in Christus Jezus is.

Toebetrouwen

Wat Calvijn schrijft over de uitdrukking wordt gesterkt, wil ik graag doorgeven. Calvijn zegt: wat God door Zijn Woord van ons eist, wordt door Zijn Geest verricht, opdat wij in de genade die Hij ons heeft aangebracht versterkt worden. Wie zal nu erkennen dat de tegenwoordige aansporing niet anders heeft kunnen zijn dan de verborgen kracht van de Geest zal nooit op haar de vrije wil grondvesten. Als nu Paulus er bij Timo-theüs op aandringt om te kennen het groeien en toenemen in het geloofsleven is dat niet slechts van betekenis voor Timotheüs zelf, maar ook voor de evangelieverkondiging. In trieste omstandigheden, bij toename van dreiging en alles wat er mee samenhangt moet het werk van de verkondiging doorgaan. Vandaar dat Paulus in dit verband tot Timotheüs zegt: en hetgeen gij van mij gehoord hebt onder vele getuigen, betrouw dat aan getrouwe mensen welke bekwaam zullen zijn ook anderen te leren (vs.2). Na een korte toelichting van dit vers volgt wat Calvijn in zijn commentaar heeft geschreven. Timotheüs heeft een lange tijd Paulus horen prediken. In de tegenwoordigheid van vele getuigen heeft Timotheüs Paulus horen spreken. Zij waren oor-en ooggetuigen. Nu moet dit niet verstaan worden dat zij slechts luisteraars waren. Zij wisten zich bij de prediking betrokken. Wat zij van Paulus hoorden was voor hen de waarheid. Hun hart zei er ‘amen’ op. Nu was het niet nodig dat Paulus voor zichzelf zich beriep op het getuigenis van anderen. Maar wanneer Timotheüs op de zeef van satan komt en het gehoorde bestrijdt, dan moet Timotheüs niet vergeten: er zijn vele getuigen van Paulus’ prediking en die prediking is voor hen de waarheid Gods. Paulus sprak de woorden Gods. De leer die naar de godzaligheid is. Spreekt zo het verleden voor ons? Timotheüs moet ook zorg dragen dat het gehoorde evangelie doorgegeven zal worden met het oog op de volgende geslachten. Dit moet geschieden door getrouwe, betrouwbare mensen die tevens de gave bezitten om anderen te leren. Pauls bedoelt de gezonde leer moet de gemeenten, de wereld in. De oude waarheid van gisteren, voor vandaag en morgen.

Attentie

Geen eigentijds evangelie. Wat vandaag onder ons verkondigd wordt, moet er gisteren geweest zijn. Welk een taak en een roeping hebben predikanten en kerkenraadsleden. Het heilig conservatisme leve onder ons. Dan zal het vuur, de werking van de Heilige Geest, niet ontbreken. Dan is er geen vuurwerk, maar vurigheid des Geestes in de gemeenten.

Calvijn

In zijn commentaar schrijft Calvijn als het gaat over deze tekst. Paulus zeide tot Timotheüs: zie toe dat er na mijn dood nog een stellige betuiging van mijn leer bestaat. Dat zal echter gebeuren indien gij wat ge van mijn geleerd hebt niet alleen zelf getrouw onderwijst maar zorg draagt dat het op ruimer schaal door anderen verkondigd wordt. Dus al wie gij maar hiertoe geschikt zult zien beveel aan hun trouw deze schat aan. Hij noemt hen trouwe mensen niet naar de trouw die onder alle Christenen algemeen is maar bij uitstek die sterk zijn door een zeldzame trouw. Wij zouden ook kunnen vertalen: betrouwbaar; omdat er weinigen zijn die er zich oprecht op toeleggen om de hun toevertrouwde leer te bewaren ter eeuwige gedachtenis. Sommigen drijft de eerzucht aan en die veelvuldig; anderen de gierigheid, anderen de boosaardigheid, anderen maakt de vrees voor gevaren traag. Dus wordt hier een bijzondere getrouwheid vereist. Calvijn voegt er aan toe: Hieruit leren wij hoeveel moeite een dienaar van Christus zich moet geven voor het bewaren en verdedigen van de zuiverheid der leer en niet alleen zolang hij leeft, maar zolang mogelijk als zijn zorg en ijver daarvoor zich zal kunnen uitstrekken.

Waarvan acte!

Nodig dat gezegd wordt: waarvan acte! Dan zijn we niet bezig met de vraag hoe kunnen we de mensen trekken met een eigentijds woord en liturgie. De levensvraag is dan met welk een Bijbels woord, met welk een Bijbelse boodschap moet ik komen tot mijn medemens. Leeft het onder ons wat er gepreekt en hoe er gepreekt moet worden? Wat de Heere verstaat onder getrouwheid, mag in onze tijd van verwarring en kanteling veel onderzocht worden. Dan is er het gebed tot getrouwheid en de lust om het te zijn. Als ook het zien van getrouwheid, betrouwbaarheid bij anderen. Want het gaat om de eer van de Heere. De zaligheid van zondaren. Daar is onlosmakelijk aan verbonden het zich één weten met de onfeilbaarheid van Gods Woord en de leer der waarheid. Voor hart en leven!

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 november 2007

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Twee aansporingen van betekenis

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 november 2007

Bewaar het pand | 12 Pagina's