Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerkelijk actueel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerkelijk actueel

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Rechtsherstel -2-

In een vorig artikel is de hoop uitgesproken dat de GG niet slechts over de vorm, maar ook over de inhoud van de conflicten uit het verleden zullen spreken. Waarom werd dat gedaan in ons blad, dat toch immers buiten de GG staat? Het gebeurde vanwege nauwe verbondenheid, die we gevoelen met deze gemeenten. We zouden het een wonder achten, wanneer allerlei barrière’s tussen reformatorische kerken zouden worden weggenomen. Daar hebben wij als CGK belang bij, daar zouden ook de GG zelf wel bij kunnen varen. Daarbij denk ik ook aan andere kerken, zoals bijvoorbeeld de HHK.

Welk belang hebben wij bij de GG? Voordat ik daarover nog iets wil zeggen, wil ik eerst nader ingaan op een reactie die mij bereikte na mijn vorige artikel Een broeder, die eertijds de overstap had gemaakt vanuit de GG naar onze kerken, schreef me het volgende:”Het is voor ons echter wel een vreemde gedachte, dat een bondeling feiteli/k eerst moet weten dat (of?) hij uitverkoren is en dat daarna de betekenis van de verbondsbeloften pas aan de orde komt. U schrijft er meteen al achter dat men dit misschien zal tegenspreken. Nu kom ik zelf uit de GG, maar heb het zo nooit geleerd, gehoord en beleefd. Enkele jaren geleden ben ik met mijn gezin overgegaan naar de CGK, uit praktische overwegingen.

Als ik ervan overtuigd zou zijn dat er een wezenlijk leerverschil zou zijn tussen de GG en CGK, dan had ik deze stap zeker niet overwogen”.

Hij vroeg me om een verklaring van hetgeen ik schreef. Ik wil er graag nog nader op ingaan. Men bedoelt stellig niet te zeggen in de GG dat een zondaar eerst een feitelijke zekerheid van zijn persoonlijke uitverkiezing moet hebben, waarna dan de verbondsbeloften aan de orde komen.

Indirect loopt deze lijn er m.i. toch wel in min of meerdere mate. In 1931 werd namelijk uitgesproken dat het verbond staat onder de beheersing van de uitverkiezing. Daar moet ik toch uit opmaken, dat eerst de verkiezing aan de orde komt en daarna het verbond. Of het zou moeten zijn dat men hiermee uitspreekt dat in “tijdsorde” de verkiezing voorafgaat aan het verbond; dat wordt natuurlijk ook door ons zo gesteld.

Vanuit de bedoelde zinsnede gaat de verkiezing in de prediking het spreken over het verbond beheersen. In onze prediking fungeert juist het verbond als uitvalsbasis voor de oproep aan allen tot bekering. Dat geldt over de gehele linie. De doop vormt een pleitgrond voor de onbekeerde bondeling. In deze oproep brengen we de uitverkiezing op die plaats niet ter sprake, wel hopelijk op allerlei andere momenten in de prediking. In Gods Woord treffen we ook niet aan dat het bevel tot bekering wordt doorkruist door de prediking van de verkiezing.

In de beschouwing van 1931 echter is de verkiezing direct verbonden verklaard met het verbond. Noemt u het verbond, dan noemt u tegelijk de verkiezing. Daar hebt u de kern van de zaak. Luister echter naar de uitspraak van de DL: “En opdat de mensen tot het geloof worden gebracht, zendt God goedertierenlijk verkondigers van deze zeer blijde boodschap, tot wie Hij wil en wanneer Hij wil; door wier dienst de mensen geroepen worden tot bekering en het geloof in Christus, den Gekruisigde. Want hoe zullen zij in Hem geloven, van Welken zij niet gehoord hebben? En hoe zullen zij horen, zonder die hun predikt? En hoe zullen zij prediken, indien zij niet gezonden worden? (1,3).

In DL (1,6) volgt pas daarna de verkiezing, nadat de mensen tot geloof gekomen zijn. Het is, het moet worden erkend, ook in onze prediking een voortdurende worsteling om bevel en belofte onvoorwaardelijk te brengen aan de hoorders.

Maar in de GG kan het gebeuren, dat de hoorders toch eerst gedrongen worden te zoeken naar enig kenteken van de verkiezing, voordat men de verbondsbeloften serieus kan en mag nemen.

Dat hangt dan samen met de verbondsleer binnen de GG. Om nader tot elkaar te komen, zou het goed zijn als de GG naar alle kanten duidelijk zouden willen maken wat de “bediening” van het verbond betekent voor de onbekeerde kerkganger. Dit naar aanleiding van de stelling dat de uitverkorenen delen in het wezen van het genadeverbond, terwijl de overige kerkgangers delen in de (uiterlijke) bediening ervan. Als de onbekeerden niet leven binnen het verbond, kunnen zij ook het verbond niet verbreken of vernietigen. Toch zegt de Schrift meermalen dat dit wel gebeurde (Lev.26:15; Ezech.17:16-19). Hoe zou verder een gedoopte kunnen delen in de vloek van het verbond, als hij er niet metterdaad in geleefd heeft (Deut.29:12)? Het bloed des verbonds werd op het gehele volk gesprengd (Ex.24:8). Persoonlijk kan ik mij echter ook goed voorstellen dat men desondanks toch slechts spreekt van twee verbonden. Dat betekende echter voor veel Puriteinen en Oudvaders niet dat het bevel van geloof en bekering onder druk kwam te staan. Dat zal ook het geval zijn met veel preken, die in de GG gehouden worden.

Maar het is wel een punt voor nadere overweging. Ik lees reeds jaren de Saam-binder, met daarbij ook de meditaties. Doorgaans met genoegen, maar de beschrijving wint het meermalen toch van de oproep tot bekering en geloof.

Gereformeerde Gemeenten

Diepere doordenking van dit gehele thema heeft zin voor de gehele Gereformeerde Gezindte. Ook voor de Gereformeerde Gemeenten zelf.

Ik denk dan aan de scheuring van 1953. Ongetwijfeld is de kloof diep, anderzijds hebben deze kerken veel met elkaar gemeen. Er lopen allerlei verbindingen. Ik begrijp op afstand dat de wegen geblokkeerd zijn. Maar wat op de Dordtsche Synode (1618/19) samen kon gaan, kan ook nu nog. Nu de gemaakte fouten erkend zijn, kan het naar de Uitgetredenen van betekenis zijn om elkaar te zoeken. Verder roept de situatie binnen de GG intern ook om nadere bezinning. Er is binnen de eigen gemeenten onrust, soms veel onrust. Het valt mij en meerderen dan op, dat de strijd op een soms verbeten manier wordt gevoerd. Men richt zich vanuit de kritische hoek soms heel sterk op mensen. Op die manier kunnen mensen beschadigd worden. Leidinggevenden aan de School en in de kerkelijke Pers liggen onder vuur. Dat kon best wel minder. Men kan als reactie weer sterk verkrampt reageren naar de ander, over en weer. In veel opzichten kunnen we het verweer in de Saambinder begrijpen, maar soms lijkt er te veel in bescherming genomen te worden.

De kritiek is verbeten. De toon is soms ontoelaatbaar scherp. Dat blijkt ook daarin dat leden die afscheid nemen van het kerkverband en zich bijvoorbeeld bij een CGK voegen, snel verder radicaliseren en niet zelden doorschieten naar meer oppervlakkigheid en moderniteit. De critici staan open voor de evangelische beweging. Daar zou nog veel meer over te zeggen zijn, maar ik laat het bij de constatering dat dit een gebrek aan invoelvermogen verraadt, misschien aan beide zijden.

Ik zonder hiervan in ieder geval de studie van K. vd Zwaag uit. Laat men hieraan niet te makkelijk voorbijgaan. Er worden zoveel dringende en wezenlijke zaken aangesneden, dat we dit niet kunnen afdoen, zoals dat soms gebeurt.

Christelijke Gereformeerde kerken Helderheid inzake de gesignaleerde verwarring is ook voor onze kerken belangrijk. In dit synodejaar worden we pijnlijk herinnerd aan het feit dat we een zeer verdeelde kerk zijn. Zonder nu over de Synodale zaken uitvoerig te spreken, hebben we wel allen kunnen merken dat er diepgaande verschillen van inzicht bestaan. Het werd in het RD duidelijk en meermalen voor het voetlicht gebracht. Dat wisten we al lang. Terzake van de eenheid met andere kerken, stagneert nu ook de toenadering tot de GKV. Zo lijkt het. Als ik het goed begrepen heb, laat men allerlei vormen van eenheids-streven op het plaatselijke vlak ongemoeid. Het kan moeilijk anders, want er zijn heel veel gemeenten die in de afgelopen tijd versneld toenadering hebben gezocht tot de GKV. In de praktijk zijn we al te ver! Op die manier gaan onze kerken toch uiteenvallen in een eilandengroep, die u gerust nog de mooie naam CG kunt geven. Maar het zijn eilanden geworden. Gevolg van het veelgenoemde independentisme. Eén eiland waar de N(ed) G(eref) Kerken in beeld zijn, een ander eiland, waar de GKV aan tafel aangeschoven zijn. Het andere eiland? Laten we zeggen dat wij dat met elkaar zijn? Goed, wij wensen gewoon CG te blijven. Maar het ligt toch ook voor de hand dat we (plaatselijk) contacten kunnen zoeken met verwante groeperingen en kerken. Dan komen voor ons toch de GG en de HHK in ieder geval in beeld. Ik kan begrijpen dat de GG met ons kerkverband in haar geheel geen goede communicatie kunnen krijgen. De opvattingen liggen te ver uiteen. Dat zou wel kunnen met allerlei plaatselijke gemeenten, die dicht bij hen staan. Dat behoeft niet uit te lopen op vereniging, het kan heel voorzichtig en aarzelend plaatselijk beginnen. Het is verstrekkend, wat ik hier neerzet. Maar het is maar een heel kort lijntje, dat ik wat verder doortrek, als ik het vergelijk met de dikke streep, die onze GS heeft getrokken inzake de vrijheid van de plaatselijke kerken naar de GKV toe. Als plaatselijk heel veel kan met de VGK, waarom dan niet met andere kerken, in een andere hoek? Omdat er geen officiële landelijke gesprekken zijn, op deputatenniveau? Maar zelfs met de GKV verlopen die gesprekken uiterst moeizaam, en gaan deze mank aan een zekere tweespalt. We zouden elkaar op die manier binnen onze kerken wat meer vrij kunnen laten.

Trouwens, waarom heeft men nu niet beslister de lijn naar de GKV afgehouden? Daarvoor bestaat een doorslaggevende reden, die ik bij mijn weten niet heb gehoord tijdens de Synodale gesprekken. Het gaat hierom: onze kerken hebben enige jaren terug de gesprekken met de NGK stopgezet. Om principiële redenen. Nu blijkt duidelijk dat de GKV verwantschap gevoelen en uitspreken in de richting van de NGK. Op die manier zouden we dan toch de NGK weer naar ons toe zien komen, via de GKV. Nu de GKV de broederhand steeds meer uitsteken naar de NGK, zouden wij terecht kunnen zeggen, dat zulks ons spijt en zelfs meer dan dat, dat dat ons weerhoudt om verder te gaan. Hebt u mij kunnen volgen? Ik hoop dat u niet in verwarring komt door de vele afkortingen, die gebruikt werden......

En verder, voor welke kansel zijn de hier aangesneden zaken niet van wezenlijk belang, hoe men dan ook heet?

Juist als het gaat over de verhouding verkiezing- verwerping, blijkt duidelijk dat we allen ten dele kennen. Het is een dik boek, dat als titel draagt: Een eeuw van strijd over verbond en doop. Wie hier een twist zou willen ontketenen, bedenke dat we hier te maken hebben met geheimen, die door geen mens tot op de bodem kunnen doorgrond worden.

Dat ondervindt ieder, die persoonlijk te maken krijgt met het Woord Gods. Hij mag zeker ervaren dat de Heere het bevel van bekering en geloof legt op iedere hoorder. Tegelijk zal hij daarbij leren, dat er vanuit de mens geen weg is. Juist als alles binnen ons bereik wordt verloren, blijkt de volheid in het werk van Christus. Het kan alleen door Zijn kracht en genade worden volbracht. Dat alles ligt besloten in de twee woorden: roeping en verkiezing. Wie kan het tenvolle verklaren wat we lezen in Filip.2:12 en 13: “Werkt uws zelfs zaligheid met vreze en beven, want het is God Die in u werkt, beide het willen en het werken, naar Zijn welbehagen?” God moet zelfs het willen in ons werken. Hij moet óns werk werken. Wat blijft er dan nog over voor de mens? In het Grieks vinden we hier het bekende werkwoord “energein”, dat verwant is met ons woord energie. Het is slechts hemelse en Goddelijke energie, wat we kunnen weergeven met “inwerking”. Vanwege die energie alleen kan onze lamp haar licht geven.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 november 2007

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Kerkelijk actueel

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 november 2007

Bewaar het pand | 12 Pagina's