Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het komen tot Christus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het komen tot Christus

En die tot Mij komt, zal ik geenszins uitwerpen. Joh. 6:37b

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Komt nu iemand cot de Heere Jezus, zo zal Hij zulk een komende ziel in der eeuwigheid niet verstoten, noch in de hel storten; hij zal nooit, nooit in de hel komen! al had hij alleen zoveel zonden begaan als honderd, ja als duizend andere mensen begaan hebben! Ja, al had hij zoveel zonden bedreven als alle mensen samen hebben bedreven, al had hij zijn leven lang de duivel gediend; als gij tot de Heere Jezus komt, Hij zal u geenszins verachten, verstoten noch verwerpen. Al waart gij een verdriet van uw ouders geweest; al had gij zulk een wanstaltig leven geleid, dat er vele anderen door verleid en in de hel gekomen waren, al had gij gezondigd tegen conscientie, tegen hcht, tegen overtuiging; al waart gij anders niet dan zonde, en een samenknoping van ongerechtigheid: als gij maar tot Mij komt, zegt de Heere Jezus, Ik zal u geenszins uitwerpen. Al hadt gij, na ontvangen genade, zwaar gezondigd; al waart gij nog zo dikvvijls gevallen, al waart gij nog zo ver afgeweken, ja al had gij Mij laten kloppen met de bruid, en geweigerd op te staan; Ik zal u evenwel geenszins uitwerpen. Zijt gij een hardnekkig zondaar, hebt gij God vertoornd, zolang gij geleefd hebt: Ik betuig u, zegt de Heere, komt gij zo met tranen, wilt gij gaarne Mij tot uw Middelaar hebben. Ik zeg het u: Ik zal u zeker aannemen; Ik zal u, en elk die zo komt, aannemen; ja, Ik zal zeggen: zondaar of zondares, waar zijt gij zolang geweest? Hoe hebt gij zolang gedwaald? Waarom hebt gij u zolang aan Mij ontrokken? Ik heb al zo lang gewacht om u genadig te zijn; Ik heb Mijn handen de ganse dag uitgestrekt om u te nodigen. Ik heb al zovele jaren geklopt en geroepen: Doe mij open, want Mijn hoofd is vervuld met dauw, en mijn haarlokken met nachtdruppen! En zou Ik dan nu weigeren om u aan te nemen? Neen, Ik wil en ik zal u geenszins uitwerpen. Bekommerde zielen, moet nu uw hart niet breken? Kunt gij nu wel langer zeggen: ja, de Heere heeft macht genoeg, om mij te helpen, had Hij ook maar wil genoeg? Ach, mocht gij eens geloven,dat de Heere Jezus veel gewilliger is om u te zaligen, dan gij zijt om u door Hem te laten zaligen! Zult gij nu nog langer in het ongeloof blijven? Of moet gij nog wachten, om iets te kunnen meebrengen? Breng Hem uw stenen hart; breng Hem uw ongeloof, uw ongehoorzaamheid, uw onmacht, uw onwilligheid, en geloof, dat Hij machtig en gewillig is om al uw ongerechtigheden te vergeven, om al uw krankheden te genezen, om uw leven te verlossen van het verderf en u te kronen met goedertierenheid en barmhartigheden! O, zondaar! wat zult gij het zwaar te verantwoorden hebben, als gij onbekeerd blijft! kunt gij dan wel ruimer Evangelie begeren? Zult gij wel iets kunnen inbrengen tot uw verschoning, als gij voor de Rechter staat? De Heere Jezus zegt zo onbepaald, die tot Mij komt, wie het ook zijn mag. Gij waart waardig, dat Hij tot u zei: "Ga weg van Mij, gij vervloekte! en nu zegt Hij, integendeel, nog tot u: Wend u naar Mij toe, neig uw oren en kom tot mij; en als gij komt, Ik zal u geenszins uitwerpen! O, mocht gij eens tot Hem zeggen: Heere! zie hier ben ik, ik, kom tot U, wees Gij mijn god en mijn Zaligmaker! Daar zit er misschien wel een, die zegt: "Ik heb zo dikwijls tot de Heere gezegd: neen, ik wil niet komen, en zou ik Hem nu wel aangenaam wezen? Ja, al hadt gij dat duizendmaal gezegd, het zal u vergeven worden! Een ander zegt: "Ik ben wel eens gekomen, maar ik ben weer heengegaan, en ik krijg nu berouw; zou de Heere Jezus mij nu niet uitwerpen? Ach neen! zie het in David; die was ook tot Hem gekomen en daarna was hij een lange tijd weer heengegaan, toen hij dat overspel begaan had, en hij liet ook nog de man van die vrouw vermoorden; hij zei evenwel: Een gebroken en verslagen hart zult Gij, o God, niet verachten. Petrus was al ver heengegaan van de Hee re; hij had Hem verloochend: maar Hij komt weer terug en weende bitterlijk. Wat doet de Heere? Hij zei: "Ga, zeg het aan Simon, dat Ik opgestaan ben. Wanneer iemand nu zegt: "Ik placht voor een jaar en dag al beter te zijn, maar ik ben zo vervallen, ik ben zondiger geworden! wel, keer weder, o Sulamith, zegt de Heere. Hebt gij gezondigd, keer weder. Zegt hij: ik durf onder Zijn ogen niet komen, doe het evenwel; op de wonden, die gij gekregen hebt in uw afkeren van Hem, zal de Heere een pleister van Zijn genadebloed en Geest leggen! Ach, zegt gij, ik ben een vergeten mens onder de mensen, niemand denkt aan mij! - kom maar tot Mij, zegt de Heere, Ik zal Mijn oog op u slaan; Ik zal u Mijn hart en hand geven. Ach Heere! zegt een ander, ik word zo bestreden en betwist. Het is alles tegen mij; mijn conscientie veroordeelt mij en ik vrees dat de Heere Jezus ook tegen mij is. Wel, het kan zijn dat gij uzelf hebt schuldig gemaakt; maar zijt gij goedwillig om uw schuld te bekennen? Zijt gij gezet op vergeving en genezing? Kom maar, Hij zal u geenszins uitwerpen! Ja, zal een ander zeggen, de vromen keren him hoofd van mij af, zij willen met mij niet te doen hebben. kom tot Mij zegt de Heere, Ik zal u niet uitwerpen! En is dat niet beter, dan dat al de vromen op u Zagen? Wat voordeel hadt gij daarbij? O, zulk een stil verkeer met de Heere is het beste. Heere, mag ik dan naar U toekomen zegt het overstelpte hart. Ja, zegt de Heere, zo dikwijls als ge wilt bij dag en nacht; op de rustdag of op andere dagen, in uw huis of in Mijn huis. Mijn hart, Mijn hemel, Mijn voorbeeld, Mijn bloed, Mijn Geest, Mijn volheid is voor u. Ik, zegt de Heere, zal u helpen en ondersteunen met de rechterhand Mijner gerechtigheid; gij zult van Mij niet verstoten worden; doe uw mond maar wijd open en Ik zal hem vervullen spreekt de Heere.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 30 oktober 2012

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Het komen tot Christus

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 30 oktober 2012

Bewaar het pand | 12 Pagina's