Abraham Hellenbroek (18)

De preek van Abraham Hellenbroek waar wij u enige zaken uit door willen geven gaat over Jesaja 33:17. ‘Uw ogen zullen den koning zien in zijn schoonheid.’

Samuël zei van koning Saul: ‘Ziet gij, wien de HEERE verkoren heeft? Want gelijk hij is er niemand onder het ganse volk.’ 1 Samuël 10:24. Onder de heidenen kwam het voor dat een koning lang en schoon van statuur moest zijn. Had iemand een lichaamsgebrek, dan kon hij geen koning worden. Een Griekse wijsgeer heeft gezegd: De deftigste gestalte is het meest waardig tot de regering. Gods Kerk heeft een schone Koning. Zijn schoonheid steekt . boven de schoonheid van alle mensenkinderen uit. Hellenbroek wijst erop dat het de begeerte van Gods kinderen is bij de avondmaalsbediening de Koning te mogen zien in Zijn schoonheid.

Koning
Sommigen verstaan er koning Hizkia onder die weer in zijn oude luister werd gezien door het volk na de nederlaag van Sanherib. Hellenbroek wil Jesaja 33 betrekken op de verlossing uit de Babylonische ballingschap die een voorbeeld is van de verlossing van de Kerk door de Messias. De Koning is dan de Heere God in het algemeen, die de Koning van Israël is. De Heere openbaart Zijn schoonheid in de verlossing van Israël. Israël en de heidense volkeren zullen Gods heerlijkheid zien in de verlossing van Israël. De Heere zal betonen de Koning van Israël te zijn. Ook in de herstelde tempel zal Zijn heerlijkheid te zien zijn.

Hellenbroek denkt bijzonder aan de Koning Messias. Het volk Israël werd verlost uit de ballingschap omdat de Zaligmaker in Kanaan geboren zou worden. Uw ogen zullen de Koning, de Messias, zien. Het koningschap is één van de ambten waartoe Christus gezalfd is. We lezen daarvan in Psalm 2:6 ‘Ik toch heb Mijn Koning gezalfd over Sion, de berg Mijner heiligheid.’ Christus regeert als Koning Zijn Kerk door Woord en Geest en beschermt die Kerk tegen haar vijanden.

Schoonheid
De Koning is schoon als waarachtig God, Hij vertoont de glans van al de Goddelijke volmaaktheden. Hij is schoon als waar mens, versierd met uitmuntende schoonheden, Hij is onbevlekt heilig en voortreffelijk wijs. Hij is schoon omdat Hij God en mens tegelijk is. Hij is schoon als Profeet, Priester en Koning. Hij is schoon in Zijn vernedering en verhoging. Hij is schoon in Zijn opstanding, hemelvaart en in het zitten aan de rechterhand Gods. Hij is schoon in Zijn uitmuntende vriendelijkheid, zachtmoedigheid, genade, trouw, gunst en weldadigheid. Hij is schoon als Borg, Middelaar, Verlosser en Zaligmaker. Deze Koning is de Fontein van genade in de tijd en van alle gelukzaligheid in de eeuwigheid.

Zien
Welk een geluk is het'zo’n Koning in Zijn schoonheid mee de ogen te mogen aanschouwen. De tekst zegt: ‘Uw ogen zullen de Koning zien in Zijn schoonheid.’ Dit geldt ieder van Gods kinderen. Wat wordt bedoeld met het zien met de ogen? De lichamelijk ogen hoeven hiervan niet uitgesloten te zijn. Tijdens Zijn omwandeling op aarde had deze Koning geen gedaante noch heerlijkheid voor het natuurlijk oog. Toch was Hij de Koning Israëls Die gezien werd. Ais Zoon des Vaders had hij een weergaloze schoonheid. De wonderen die Hij deed getuigden van Zijn koninklijke macht en waardigheid. Hij was schoon in Zijn wijsheid, heiligheid en in het doen van goede dingen. In Johannes 1:14 staat ‘wij hebben Zijn heerlijkheid aanschouwd.’ Het opschrift op het kruis luidde: “Jezus de Nazarener, de Koning der Joden. Aan het kruis verrichtte Hij als Hogepriester het werk der verzoening, als Koning triomfeerde Hij over dood en hel. Ook moet gedacht worden aan een zien van Christus in de staat van Zijn verhoging. De discipelen hebben de Koning met hun ogen ten hemel zien varen. De heerlijkheid van de Koning blijkt uit de uitstorting van de Heilige Geest. Zijn heerlijkheid blijkt uit het oprichten van de Kerk onder Joden en heidenen. Het zien houdt ook in een geestelijk zien door alle gelovigen: door de prediking van het Evangelie zal de schoonheid van Christus uitgestald worden. Zijn schoonheid was onder de ceremoniën en schaduwen der Wet omzwachteld. In het Nieuwe Testament is Hij daarvan ontdaan. We hebben ook te denken aan een geestelijk zien met verlichte ogen des verstands. Het zien van de Koning in Zijn schoonheid betekent ook in Hem te geloven. Het geloof is het oog van de ziel. Het is het zien op de overste Leidsman en Voleinder des geloofs. Het is een zien in verwondering, een zien in liefde, met eerbied, in verootmoediging en met heilig ontzag. Het is een zien met gewillige onderwerping aan deze Koning. De hele ziel buigt onder deze Koning. Het is een voorrecht voor de Kerk de Koning in Zijn schoonheid te zien. Weinigen zagen in het oude oosten koningen in hun heerlijkheid. Het is een zien met vrolijke blijdschap over die Koning en een zich verheugen over die Koning. Tenslotte valt te denken aan het zien van Jezus in de hemel.

Toepassing
De schoonheid van de Koning wordt gezien aan het Avondmaal Zijn verbroken lichaam en Zijn vergoten bloed. Tot onbekeerden zegt deze koning niet dat Hij al hun Koning is, maar wel dat Hij het wil worden. Hij toont Zijn schoonheid in het sacrament van het Heilig Avondmaal. Wat een voorrecht dat u nog leeft en dit mag zien. “Waarom zien uw ogen niet in de hel al die prins der duisternis in zijn lelijke verschrikkelijkheid?” Merkt Gods lankmoedigheid op jegens u. Er is een schoonheid van genade bij een volle Jezus. Verbeeldt u niet dat die Koning in Zijn schoonheid al de uwe is. De aanbieding van Hem is niet het aandeel aan Hem. Maakt zonder uitstel gebruik van deze Koning, zoekt vereniging met Hem Die u nog niet hebt. U kent en ziet alleen uiterlijk. De Heere geve u geestelijk de schoonheid van Christus te zien. Dat geeft verwondering en vreugde, tranen van blijdschap over de zaligheid die bij die Koning is te vinden. Er zou liefde, ootmoed en verwondering zijn. Rust niet voordat u geestelijke ogen hebt. Zonder genade is de schoonheid van de Koning tot verschrikking: Zijn ogen zijn als vuurvlammen.

Gods kinderen geldt dat zij de Koning zullen zien in Zijn schoonheid. Hun ogen zullen de Koning zien als hun Borg, Zaligmaker en Verlosser, als Middelaar en Voorbidder, als hun wijsheid, rechtvaardigheid, als hun heiligen heerlijkmaker. Deze koning is de Springader van al uw heil, uw troost, uw blijdschap, uw Zielenvriend, uw Broeder, uw Bruidegom. Er hoeft geen verre reis ondernomen te worden om deze Koning in Zijn schoonheid te zien. Ziet met het oog des geloofs op de schoonheid van deze Koning. Ziet op Hem met verwondering, in liefde, met eerbied en in nederigheid. Onderwerpt uzelf nog meer aan deze Koning. Wie met geloofsogen ziet zal vol blijdschap uitroepen: Ik zie de Koning in Zijn schoonheid. Dan zal verstaan worden wat de bruid zegt: ‘Hij voert mij in het wijnhuis en Zijn liefde is de banier over mij.’ Hier blijft het een gebrekkig zien. Het avondmaal is een voorproef van de zalige bruiloft. Ziet reikhalzend uit naar die zalige bruiloft. De tijd zal komen dat deze schone Koning u in Zijn heerlijkheid zal opnemen. Dan zult u voor eeuwig delen in de zalige omhelzingen van uw Koning.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen