Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een nieuw gezang

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een nieuw gezang

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is al weer even geleden dat ik met u gedacht over het zingen van gezangen in de eredienst. Een lezer zat met een vraag naar aanleiding van wat ik toen schreef. De gedachte daarin was voor mij vrij nieuw en daarom ga ik er nog eens nader op in. Ook omdat onze kerken midden in deze problemen zitten.

Onze broeder had wel met instemming meegelezen, maar de volgende vraag kwam bij hem boven: Psalmen zijn geïnspireerd door Gods Geest, gezangen niet. Maar geldt van de preek eigenlijk niet iets soortgelijks? De preek op zich is ook niet geïnspireerd; dus mogen we deze eis dan wel stellen aan de liederen die we zingen? Dit klemt temeer omdat we zonder het Nieuw- Testamentische lied niet met naam en toenaam kunnen zingen over de Heere Jezus.

Ik kan wel begrijpen dat een soortgelijke vraag opkomt. Het onderwerp is onverminderd actueel. Recent heeft ook de Wekker zich gemengd in de discussie. Daarin komen vooren tegenstanders aan het woord. De een is voor, de ander tegen. Ik heb veel sympathie voor de mening van een Urker broeder die zijn verbondenheid met de psalmen uitsprak. Het geheel echter in ons orgaan leek me niet verder te komen dan de Areopagussfeer, waarin geen ander doel wordt bereikt dan dat van de vrijblijvendheid.

De preek is niet geïnspireerd. Die gedachte op zich ontstelde me toch wel enigermate. Er wordt aan de verkondiging in Gods Woord buitengewoon veel aandacht besteed. Alom in de Schrift klinkt de eis om te prediken. Dat deden profeten en apostelen. In zondag 25 wordt gesteld dat de Heilige Geest het geloof werkt door de verkondiging van het heilig Evangelie en het sterkt door het gebruik van de sacramenten. Hier wordt groot gewicht gehecht aan de prediking. In het bevestigingsformulier wordt dit alles onderstreept. God heeft Zijn dienaren de bediening der verzoening gegeven en heeft het woord der verzoening in ons gelegd.

Niettemin kan ik niet ontkennen dat de preek niet geïnspireerd is. Die gedachte maakte bij mij wel wat los. Het Woord is wel geïnspireerd, de preek op zich niet. Dus is het van het grootste belang hoe de dienaren spreken en preken. Gods Woord beveelt hen de gezonde leer te spreken, dwalingen te weerleggen en mensen te bestraffen en te vermanen. Er worden ongetwijfeld massaal veel preken gehouden in Nederland die de kern van de waarheid aantasten. Dat is niet het geval als u denkt dat overal wel wat goeds in zit. Helaas denken veel mensen zo over de prekerij in ons land, ook in onze kerken. Zelfs de voorganger die zuiver het Woord brengt, zal zich bewust zijn dat zijn preken vaak dit verheven doel niet bereiken. Maar hij zal toch ook met de apostel moeten en kunnen zeggen dat hij in principe de gemeente “al de raad Gods “ heeft voorgehouden.

Ik vrees dat onze broeder aanvoelt dat de prediking in meerdere gevallen devalueert. Ik geef hem en anderen het advies om toch geen voet te geven aan deze op zich gevaarlijke gedachte. Zonder dit te bedoelen kan toch die gedachte ondermijnend werken. Want de hoorder is gehouden aan die prediking. Hij zal eenmaal naar dat woord geoordeeld worden. Paulus sprak in Efeze duidelijke taal over zijn prediking. De gemeente is weliswaar geroepen de zuiverheid van de preek te toetsen, maar we verzeilen in subjectief vaarwater als we de preek als een menselijke vertolking zien. De prediker heeft een lastbrief; hem is de bediening van het Woord toevertrouwd. De Kerk heeft dat geconstateerd. Dat is niet altijd een garantie, maar als de Kerk of de kerkenraad (door middel van de handdruk) instemt, dan is er sprake van ambtelijke volmacht en bevoegdheid. Het is om deze reden dus ook zo van belang dat de kerk zuiver is en Bijbels denkt. Als dat niet zo is, is het hek van de dam. Als de gemeente geen oren meer aan het hoofd heeft, wordt alles vermenselijkt. Ik wil hiermee duidelijk maken dat we preek en lied niet op een lijn kunnen stellen.

Ik begrijp echter wel dat er, menselijk gesproken, vragen liggen op dit terrein. Als de preek niet in menselijk opzicht waterdicht is en niet echt duidelijk maakt wat de wil van God is, dan zou dat, aldus de gestelde vraag, toch ook het geval kunnen zijn met de liederen die gezongen worden? Zowel in de preek als in het lied kunnen vreemde leringen insluipen. Meten we niet met twee maten als we wel de (vrije) preek en niet het vrije lied accepteren? Moet het gevolg daar dan niet van zijn dat we dus het vrije lied, mits duidelijk beproefd, kunnen gebruiken in de dienst? We doen dat in een ander verband allemaal wel eens. Thuis en op school hebben we er geen moeite mee als er vrije liederen gezongen worden, mits deze geestelijk helder zijn. Dat gebeurde in mijn jeugd evengoed als nu. Dominees konden gerust gezangen citeren en sommigen deden dat zelfs heel vaak. We zongen thuis ook uit Johannes de Heer. Naast en na de psalmen zijn vrije lieden, mits deze de toets van de Schrift kunnen doorstaan, ook geliefd. Maar waarom heeft dan Hendrik de Cock zich zo fel gekeerd tegen de gezangen? Je zou hier ook de vraag kunnen stellen waarom wij ons dan weer zo distantiëren van zijn gedachtegoed? Waarom toch geen vrije liederen? Ik stelde al dat we de eredienst zo zuiver mogelijk moeten houden. Men heeft altijd het gevaar gevoeld dat door het vrije lied een vrije leer wordt ingevoerd. Bijvoorbeeld: vrije liederen hebben grosso modo een neiging naar algemene verzoening. Dat is onmiskenbaar. Er schuilen veel remonstrantse tendensen in. We houden dit buiten de dienst om prediking en gezang zuiver te houden.

Een tweede argument zie ik in de praktijk van deze dag. Als mensen naar het vrije lied toe willen, komen ze doorgaans terecht bij opwekkingsliederen. Dat wijst de praktijk van onze kerken duidelijk uit. Een kerkelijk orgaan, ook het onze, moet daaraan leiding geven en de zaken niet open laten liggen. Waarom moet het daar nu op uit lopen? Omdat velen in onze dagen de geestel de diepten van de psalmen niet meer verstaan. Psalmen kunnen evenzeer uit volle borst juichen en de vreugde in de Heere bezingen en Hem de dank brengen, maar zij hebben de beleving van het oprechte geestelijke leven in zich. De meest ellendige, de meest ontdekte zondaar kan deze meezingen en hij vindt daar zijn hart in terug, maar hij wordt alleen maar ellendiger en eenzamer als hem een opwekkingsbundel op de lippen wordt gelegd. Het zijn twee werelden. Er zijn uitzonderingen, zeker, maar de strekking ligt wel deze kant op.ijke instelling van “Opwekking” delen. Omdat het vrije en het denken vanuit de mens en zijn mogelijkheden wordt nagestreefd. Omdat we ook de diepten van de psalmen niet meer verstaan. Psalmen kunnen evenzeer uit volle borst juichen en de vreugde in de Heere bezingen en Hem de dank brengen, maar zij hebben de beleving van het oprechte geestelijke leven in zich. De meest ellendige, de meest ontdekte zondaar kan deze meezingen en hij vindt daar zijn hart in terug, maar hij wordt alleen maar ellendiger en eenzamer als hem een opwekkingsbundel op de lippen wordt gelegd. Het zijn twee werelden. Er zijn uitzonderingen, zeker, maar de strekking ligt wel deze kant op.

Ik voel mee met de vraagsteller maar ik weet dat hij mij toestemt dat preek en lied toch twee verschillende zaken zijn. Hopelijk mag dat ons allen leiden tot de geestelijke doorleving van de psalmen. Het kan niet anders: de psalmen uit de diepten zijn Gods volk lief en dierbaar. En willen we zingen van Christus, dat kan zeker wel. “Gij hebt weleer van Hem Die Gij geheiligd had, gezegd in een gezicht dat zoveel troost bevat, Ik heb bij ene Held voor Israël hulp beschoren”.
Deze psalm is heerlijk messiaans. Mijn overtuiging berust mede dus ook op een voorzichtige benadering van vrije liederen. Ik aanvaard de goede daaronder, maar ik wijs ze als geheel wel af voor gebruik in de eredienst.

Dus ik heb ook bezwaren tegen de door Dr. Van den Belt voorgedragen mening dat veranderingen uiting zijn van het werk van Gods Geest. Dat geldt zeker wel van die ene grote verandering, namelijk dat we veranderd moeten worden door de vernieuwing van het gemoed. Maar juist daaraan hebben we zo grote behoefte en deze vernieuwing wordt bepaald niet van de daken gepredikt. Ik vind het heel onvoorzichtig om in het algemeen deze gedachte te verbreiden. Ik meen ook dat Gods Woord ons een tegengestelde weg wijst. De praktijk bevestigt dat duidelijk. Veranderingen zijn goed, als deze voortkomen uit de werking van Gods Geest. Wat voor mij een mogelijkheid is, lijkt voor van den Belt een werkelijkheid? Ik meen dat elke verandering toetsing nodig heeft. Dat ook alles bezien moet worden tegen de achtergrond van onze tijd. Veranderingen worden tegenwoordig meestentijds ingegeven niet door de Geest, maar door de tijdgeest.

Van den Belt meent dat de reformatie thans door de meeste reformatorische christenen zou worden geschuwd. Dat wijst de armoede van ons allen aan. Maar hij zelf zou een verandering als de Afscheiding weer niet willen onderschrijven. Dus gaat ook hij selectief te werk. Hopelijk zal hij bij nog nader inzien, dit ook willen erkennen en met hem de Gereformeerde Bond en voorts allen die de Heere liefhebben uit een nieuw hart.

Tenslotte: wij allen zingen toch al veel eeuwen: Zingt, zingt een nieuw gezang de Heere! Telkens worden zulke nieuwe gezangen geboren in het hart van Gods kinderen, juist als zij de oude psalmen zingen. De preek moet in onze dagen weer gebracht worden op het niveau van het “Alzo spreekt de Heere”. Het lied moet tot datzelfde niveau verheven worden. Het is maar het beste als we deze psalm kennen: “De Heere is mijn Psalm”. Dat is de mooiste psalm!

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 15 juli 2014

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Een nieuw gezang

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 15 juli 2014

Bewaar het pand | 12 Pagina's