Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Praten over preken. Een vervolg (5)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Praten over preken. Een vervolg (5)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

We hadden het over de verhouding van de drie stukken: ellende, verlossing, dankbaarheid. Of beter: over de kennis daarvan. En over de orde van die kennis. De volgorde zo u wilt.
De vraag is: wat hebben onze vaderen – de opstellers van de Catechismus en van onze liturgische formulieren – daar nu mee bedoeld? Bekend is het beeld van de zieke die de ernst van zijn of haar kwaal beseft. Zacharias Ursinus, opsteller van de Catechismus, hanteert dat beeld. Jeremias Bastingius, een tijdgenoot van Ursinus, doet het niet anders. “De kennis der ellende is noodzakelijk om het verlangen naar verlossing op te wekken. Derhalve is ze nodig tot onze vertroosting. Ze is wel geen oorzaak op zichzelf tot troost, maar een eerste voorwaarde, die vervuld moet worden, een gelegenheid die men kan aangrijpen om troost te zoeken. De kennis der ellende op zichzelf schrikt af. Doch die schrik wordt heilzaam zo het geloof erbij komt” [Ursinus]. “De hoogste en voornaamste welstand van de mens is daarin gelegen dat hij in leven en in sterven de zalige troost deelachtig moge zijn en dat hij die ook zal behouden. Maar omdat hij van zichzelf niet bekwaam is om daartoe te geraken, zo moet hij geleerd en onderwezen worden, hoe hij daartoe zal kunnen komen. (…) Het eerste is de kennis van de grote zonde en ellendigheid van de mens. Daaronder wordt verstaan zowel de erf- als de daadwerkelijke zonden als vruchten daarvan. De kennis daarvan wordt vooraan gezet. Immers niemand begeert een middel of medicijn tenzij dat de pijn van de ziekte hem daartoe beweegt en dringt. Want zo ook plegen alleen zij naar Christus (het enige Medicijn en de enige Verlosser) te verlangen, te zoeken en Hem te omhelzen, die hun ziekte en geestelijke ellendigheid kennen en beseffen” [Bastingius]. Twee getuigen van het eerste uur, beiden in hun verklaring van zondag 1 van de Catechismus.

Hoe moeten we deze uitleg opvatten? Is hier sprake van een voorwaarde? Moet een zondaar eerst voldoen aan de vereiste om zich een bepaalde mate van zondekennis eigen te maken, voordat hij of zij de grote Medicijnmeester mag raadplegen? Nee, zo mogen deze woorden niet gelezen worden. Zo zijn ze ook niet bedoeld. Ik erken dat Ursinus wel het woord ‘voorwaarde’ gebruikt. Toch kom ik hier geen blokkade tegen om zich op Christus te verlaten. Ieder mag (!) tot Christus komen wie hij of zij ook is. Echter, de praktijk leert dat niemand tot Christus komen zal (!), dan alleen degene die overtuigd is van zijn zonde en ellende. Let op het woordje ‘plegen’ in de laatste geciteerde zin van Bastingius. Wie heeft er immers een Zaligmaker nodig? Is het niet bij uitstek degene die behoefte heeft aan de zaligheid, aan redding uit de macht van de zonde?

In de week dat ik dit stukje schrijf, bereid ik me voor op een preek over een gedeelte van zondag 15 van de Catechismus. Deze zondagsafdeling vraagt naar de betekenis van het lijden van de Heere Jezus [37], naar het waarom van Zijn veroordeling door Pontius Pilatus [38] en naar de specifieke van het ‘gekruisigd-zijn’ van Christus [39]. We bevinden ons hier heel dicht bij het hart van het christelijk geloof. Hier vielen de beslissingen voor het eeuwig welzijn van Gods kerk. Hier komen de innerlijke bewegingen van Goddelijke barmhartigheid aan de oppervlakte. Maar tegelijkertijd treffen we hier de afgronden van het strenge oordeel en de grimmige vloek van de heilige God aan. De geladen manier waarop onze Catechismus deze verborgenheden zoekt te verwoorden, zijn indrukwekkend. Niet alleen in de trefzekere typering van Gods heilshandelen op Golgotha. Maar ook door middel van de troostvolle evangelieboodschap, hier beleden.
De Catechismus zou de Catechismus niet zijn als ook en juist in zondag 15 niet verwoord zou worden wat de troost (of: het nut) van het lijden van Christus voor Zijn kerk zou zijn. Als ik het kort samenvat luidt deze in de drie antwoorden: Christus droeg de toorn van God tegen de zonde, opdat Hij mij van de eeuwige verdoemenis zou verlossen [37], Christus werd onschuldig veroordeeld, opdat Hij mij van het oordeel van God zou bevrijden [38], Christus is aan het vloekhout van het kruis gestorven, opdat Hij de vloek die op mij ligt op Zich zou laden [39].

Als ik deze drie belijdenissen (want dat zijn het) tot me laat doordringen, wordt me vooral één ding duidelijk. De verlossing door Christus’ lijden heeft een verloren zondaar tot voorwerp. Geen ander dan die. Wie worden van de toorn van God bevrijd? Zij die zich de eeuwige verdoemenis hebben waardig gemaakt [37]. Wie worden vrijgesproken in het oordeel van God? Die onder dat strenge oordeel liggen [38]. Wie worden ontheven van de vloek door de zonde? Die erkennen vloekwaardig voor God te zijn [39]. Toegepast op (de orde in) de drie stukken: de zegen van de verlossing heeft de werkelijkheid van de ellende als achtergrond. De kennis van verlossing veronderstelt de kennis van de ellende. Zo heeft de belijdenis van de Reformatie het bedoeld. Zo hebben ze de Heilige Schriften gelezen. Zo is ook de bevinding der heiligen. Want de Heilige Geest werkt op geen andere wijze dan Hij Zich in de heilige Schrift heeft geopenbaard. Zonder overigens enige concessie te doen aan Zijn eigen vrijmacht. “De Wind blaast waarheen Hij wil. Gij hoort Zijn geluid, maar gij weet niet vanwaar Hij komt en waar Hij heengaat. Alzo is een iegelijk die door de Geest geboren is” [Joh. 3].

(Slot volgt)

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 15 november 2016

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Praten over preken. Een vervolg (5)

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 15 november 2016

Bewaar het pand | 12 Pagina's