Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Niet besneden in de woestijn.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Niet besneden in de woestijn.

3 minuten leestijd

Via mijn broer kreeg ik een vraag toegespeeld over het feit dat het volk Israel gedurende de woestijnreis het pascha niet had gevierd en waarom niet?

Op de tiende dag van de eerste maand is
Israel de Jordaan overgestoken. Dat is dus kort, 4 dagen voor het Pascha. Het herdenkingsfeest van de uittocht moest op de veertiende van die maand gevierd worden. En wel elk jaar. Het Pascha was echter bijna 40 jaar niet gevierd. En waarom niet? Omdat men niet besneden was. In Exodus 12:48 staat dat iemand die onbesneden is niet aan het Pascha mag deelnemen. Omdat de besnijdenis dus niet plaats vond, kon ook het pascha niet plaats vinden. Maar nu het volk het beloofde land mocht binnengaan, moest na lange tijd opnieuw het pascha gevierd worden. Het feest van de bevrijding. Maar om dat te kunnen houden moest eerst massaal de besnijdenis plaats vinden. (Jozua heeft niet zelf iedereen besneden, maar de besnijdenis vond onder zijn verantwoordelijkheid plaats. Zo wordt bijvoorbeeld ook gezegd dat Jozua de stad Ai verbrandde, maar dat hebben zijn mannen in zijn opdracht natuurlijk gedaan).
Maar waarom was het volk niet besneden? Zelfs met het gevolg dat ook het pascha niet gevierd kon worden? Ik denk niet dat het nalatigheid van Israel is geweest, maar dat het een oordeel van God was over hun ongeloof. Vanaf de tijd dat het volk weigerde in te gaan vanwege hun ongeloof, tot de tijd dat de Heere (Die Zijn beloftewoord getrouw blijft) het volk later toch in het beloofde land bracht heeft het volk onder een oordeel verkeerd. Niet het oordeel, maar een oordeel. De dienst der verzoening ging immers wel door al die jaren.
Mozes spreekt in Psalm 90 donkere woorden over een donkere tijd: Want wij vergaan door Uw toorn en door Uw grimmigheid worden wij verschrikt, Psalm 90:7. Al heeft juist Mozes, die we leren kennen als een echte pleiter op de verbondstrouw van God, in dezelfde Psalm ook gevraagd of de Heere Zijn werk weer aan Zijn knechten wilde laten zien.
Wanneer is men dus gestopt met de ceremonie van de besnijdenis? Pas bij de aankondiging van het oordeel over hun ongeloof. Want uit Numeri 9 leren we dat het volk een jaar na de uittocht uit Egypte wel het pascha heeft gevierd. Toen was iedereen dus ook nog besneden. Jozua 5:6 herinnert aan de zonde van het ongeloof. Ik denk dat we moeten aannemen dat de kinderen vanaf toen niet meer besneden zijn. Niet als een nalatigheid (die door God en Mozes bestraft zou zijn geweest) maar als een oordeel van de Heere. Ik denk dat we dit kunnen opmaken uit Numeri 14:33 en 34. Vooral die dreigende woorden: Zij zullen gewaar worden Mijn afbreking. Dat is tegenstand van God! De kinderen zouden de hoererijen, de ontrouw jegens de Heere, begaan door de vaderen, moeten dragen. Ik denk dat we op grond van dit zwaar beladen woord: Mijn tegenwerking, Mijn afbreking, moeten stellen dat de besnijdenis toen is nagelaten. En dus het pascha. Ze mochten het pascha niet meer vieren, omdat ze de God der verlossing hadden verworpen.
Dus, nog eens: hadden ze dat uit eigener beweging nagelaten, dan had de Heere hen vermaand. Maar de twee oud-testamentische sacramenten worden weer in ere hersteld op bevel van God, zodra ze het beloofde land zijn binnen gegaan. De trouw van God triomfeert hier toch weer over de ontrouw van het volk. Laat het volk zich zien als verbondsbrekers, God breekt Zijn verbond niet! De ‘afbreking’, de ‘tegenstand’ van de Heere was dus niet defi nitief, maar een tijdelijk oordeel. En een oordeel in de tijd is altijd een roepstem tot bekering. Opdat we zouden zoeken aan het eindoordeel te ontkomen en verzoend te mogen worden met God.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 29 november 2016

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Niet besneden in de woestijn.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 29 november 2016

Bewaar het pand | 12 Pagina's