De Heidelbergsche catechismus : beknopt, schriftuurlijk, en bevindelijk verklaard in vragen en antwoorden; aanbevolen aan ouders om hunne kinderen te onderwijzen of te laten onderwijzen in de leergronden der hervorming; tegenover den geest onzes tijds waarin de kennis van de leer der waarheid die naar de godzaligheid is bestreden wordt en uitsterft - pagina 71

6i> luc:beil? ben, ende gedoopt zal zijn, ANTW. GFLL bc infcttintjc zal zalig worden; maer die bc£ 00(30/ Itieifie alfao niet en zal gelooft hebben, luijbct: Gaet henen, onder zal verdoemt worden, cfc wijst alle de volckeren, de- ücïoftClliffe llH':t oocii bci"zelve doopende in den name tja Cl t/ öaet bc ^Cljpift bi'11 het badt der wederdes Vaders, ende des Soons, : ende des Heijligen Geestes. geboorte, nibcdeafwasschin<£-llbf/ Die gelooft zal heb ge der zonden noemt. 1. Vraag. Van waar heejt de doop zyn afkomstt Antw. Oudtijds werden de heidenen door den doop in de Joodsche Kerk ingelijfd; daarna heeft de HEERE aan Johannes en Christus aan zijne apostelen de doop ingesteld. Joh. i : 33; Mare. 16 : 15, 16. 2. Vraag. Door wien moet de doop bediend wordend Antw. Die door den HEERE bekeerd, 'geleerd en gezonden zijn om te prediken, daaraan hoeft f'ij ook bevel gegeven den doop te bedienen. Matth. 28: 19; Rom. 1 0 : 1 5 ; 1 '--or- 1 : 1 7 3. Vraag. Waarmede moet gedoopt worden? A ntw. Met rein water, zonder zout, olie of speeksel, door vermenging wordt het sacrament in de beteekenende zaak veranderd, en Christi bloed en geest verloochend. Ezech. 36 : 23. 4. Vraag. Waar moet de doop bediend worden? Antw. Daarvoor is geen bevel, de apostelen hebben in de open lucht en in de huizen gedoopt, onze vaderen achtten het stichtelijkst, in de samenkomsten waar Gods Woord wordt gepredikt. 5. Vraag. Hoe moet de doop lediend worden, door indompeling of besprengingt Antw. Daarvan is geen gebod of verbod, want beide beelden, evenals de besnijdenis, onze .onreinheid af en wijzen ons op Christi bloed en geest 1 Joh. 1:7 ; 1 Cor. 6 : 1 1 . 6. Vraag. Wien moeten gedoopt worden? Antw. Alleen zij die gelooven en de kinderen der geloovigen, en van geen Joden of Turken, noch kinderen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen